Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Riskante gewoonten en zorg voor eigen welzijn (1963)

Informatie terzijde

Titelpagina van Riskante gewoonten en zorg voor eigen welzijn
Afbeelding van Riskante gewoonten en zorg voor eigen welzijnToon afbeelding van titelpagina van Riskante gewoonten en zorg voor eigen welzijn

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.97 MB)

XML (1.60 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/sociologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Riskante gewoonten en zorg voor eigen welzijn

(1963)–I. Gadourek–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 317]
[p. 317]

Deel II
Methodologische verantwoording

[pagina 319]
[p. 319]

2.1 Algemeen: keuze en verantwoording van de onderzoekopzet

Zoals de in de laatste jaren uitgedijde literatuur op dit gebied aantoont, zijn er verschillende alternatieven waartussen een onderzoeker moet kiezen bij het bepalen van zijn onderzoekopzetGa naar eind1. Ook Ook bij de studie van rooken drinkgewoonten deden zich verschillende mogelijkheden voor. Het was denkbaar de ontwikkeling van de rookgewoonten te volgen gedurende de voorlichtingscampagne omtrent het verband tussen roken en longkanker; men kon een ex-post-facto-experiment houden, waarbij telkens rokers en niet-rokers in tal van relevante opzichten te zamen zouden worden vergeleken, en deze eigenschappen in beide groeperingen gelijk gehouden; in de zo verkregen homogene groeperingen zou men dan doelmatiger zoeken naar de sociale oorzaken van het roken (of ev. het drinken).

Tenslotte kon men naar analogie met het laboratoriumexperiment semiexperimentele situaties in ‘het veld’ zoeken, in de samenleving: b.v. de groepen die door omstandigheden zich aan de invloed van de voorlichtingscampagne hebben onttrokken; de rookgewoonten in deze groepen zouden dan vergeleken worden met de rookgewoonten van de groepen wel aan de invloed der voorlichting blootgesteld, het liefst op twee tijdstippen, vóór en na het ‘oplaaien’ van de publiciteit op dit gebied.

Wij meenden in plaats van deze (en nog andere hier vanwege plaatsgebrek niet genoemde vormen van onderzoek) de voorrang aan de massaenquête te moeten geven. Dit om de volgende redenen. Zoals we elders hebben betoogdGa naar voetnoot2, zijn de verschillende vormen van het sociaal onderzoek niet te beschouwen als alternatieven in de betekenis van keuzemogelijkheden van dezelfde mate van toelaatbaarheid. Ze zijn in verband te brengen met de wetenschappelijke situatieGa naar voetnoot3 op het gebied, waartoe het onderzoek zich uitstrekt. Benadert men een nieuw onderwerp, ontbreken de meest fundamentele gegevens omtrent het voorkomen en de intensiteit van het te bestuderen verschijnsel, dan is o.i. de enquête de aangewezen

[pagina 320]
[p. 320]

weg. Want de meeste bovenvermelde vormen van het onderzoek kunnen slechts dan met succes worden toegepast, indien we reeds over een bepaalde kennis omtrent ons studie-onderwerp beschikken. Het aanbrengen van ‘controls’ zowel bij de ex-post-facto-studies als bij het werkelijke experiment (gebaseerd op de waarnemingen in twee steekproeven aselect getrokken uit de bevolking), kan slechts dan doelmatig geschieden, indien de voor de hand liggende gevolgen van de experimentele stimuli reeds van tevoren bekend zijn. De samenstelling van de steekproef bij een longitudinale studie (‘panel study’) kan eveneens doelmatiger gebeuren nadat door middel van een enquête de belangrijkste ‘parameters’, d.w.z. de spreidingscijfers van de te onderzoeken verschijnselen over de bevolking, bekend zijn.

Zonder de andere onderzoeksmogelijkheden als minder waardevol te beschouwen (zij vormen eerder een latere, meer gevorderde fase van de wetenschap), besloten we tot een massa-enquête naar de rook- en drinkgewoonten en naar enkele andere variabelen bij de volwassen Nederlandse bevolking. Een enquête zou, indien geslaagd, ons gegevens verschaffen omtrent de frequentie en de intensiteit van de onderzochte variabelen niet slechts m.b.t. de totale bevolking (binnen de betrouwbaarheidsgrenzen van onze steekproef), maar tevens m.b.t. de belangrijke onderdelen hiervan. Het samengaan van de door ons onderzochte variabelen met andere aspecten der sociale structuur zou dan een basis vormen voor een aansluitende functionele en causale analyse.

Nadat de belangrijkste beslissing ten gunste van een massa-enquête was gevallen, moest er nog een gehele reeks andere vraagstukken worden aangesneden die ons onderzoekontwerp hielpen te structureren. Zij kunnen onder de volgende hoofden worden gerangschikt:
I. opbouw en testen van de vragenlijst; II. techniek en verloop der ondervraging; III. samenstelling van de oorspronkelijke steekproef, evaluering van de uiteindelijk bereikte steekproef en bepaling der betrouwbaarheidsgrenzen; IV. bewerking van de gegevens: coderen en evaluatie van het coderen; V. constructie van schalen en meetindices; VI. statistische bewerking; VII. classificatie en verdere analyse der samenhangen.

Vanwege de technische aard van de beslissingen genomen in dit verband, zullen we trachten de meer specifieke vraagstukken in de vorm van aanhangsels te gieten en ons hier slechts tot de opsomming der belangrijkste aspecten te beperken.

eind1
Zie b.v.R.L. Ackoff, The Design of Social Research, Univ. of Chicago Press, 1953; H. Hyman, Survey Design and Analysis, Glencoe, 1955; ten onzent, E.V.W. Vercruijsse, Het ontwerpen van een sociologisch onderzoek. Uitgangspunten en richtlijnen, Assen, 1960.
voetnoot2
Onze bijdrage tot de discussie in de werkgroep over de experimentele sociologie van het IVe Wereld Congres van de Sociologie in Stresa; ‘A substitute for randomization designs in sociological research’; in Indian Journal of Social Research, Vol. III, no. 1, blz. 12-24. (1961).
voetnoot3
Dit begrip is thans reeds ingeburgerd in de wetenschappelijke kringen onder de invloed van de ‘decisieleer’. Reeds in zijn Methodology of the Social Science (uitgegeven in 1944 door de Oxford U. Press, zie blz. 52) geeft F. Kaufmann de volgende definitie: ‘the totality of synthetic propositions accepted at a particular time (in a corpus of science)’.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken