Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den gheestelijcken echo (1694)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den gheestelijcken echo
Afbeelding van Den gheestelijcken echoToon afbeelding van titelpagina van Den gheestelijcken echo

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.52 MB)

ebook (3.19 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den gheestelijcken echo

(1694)–Johanna de Gavre–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 25]
[p. 25]

De Siel wenscht om de vreught des hemels te ghenieten, maer wordt door de goddelijcke inspraecke onderwesen, om haer te begheven tot het uyt roeyen der ghebreken, en het beoeffenen der deughden.

Op de Wijse: Geluckigh is den mensch (oft) als van liefde gewont.

 
De Siel.
 
1. O Hemels soete vreught! naer u is mijn verlanghen,
 
Den Enghel.
 
Oeffent de waere deught, wilt altijdt Godt aenhanghen,
 
De Siel.
 
Wanneer sal my den Heer eens helpen uyt dees pijn?
 
Den Enghel.
 
Soo haest, ô lieve ziel, als ghy volmaeckt sult zijn.
 
De Siel.
 
2. Volmaecktheydt is wel schoon, maer daer valt veel te strijden,
 
Den Enghel.
 
Wel meynt ghy tot de croon, te komen sonder lijden;
[pagina 26]
[p. 26]
 
De Siel.
 
Iae maer ick houd' veel meer van minnen als van pijn,
 
Den Enghel.
 
O ziel ghy moet altijdt, in alles te vrede zijn.
 
De Siel.
 
3. Moet ick dan druck en pijn, met bly ghemoet aenveerden?
 
Den Enghel.
 
Iae ziel dat moet soo zijn, dat Godt gheeft, neemt in weerden:
 
De Siel.
 
Mijn hert voor't lijden beeft, maer min en troost is soet;
 
Den Enghel.
 
O ziel! al wat Godt gheeft, moet altijdt wesen goet.
 
De Siel.
 
4. 't Valt de natuer wat hart, sijn selfs altijdt te sterven;
 
Den Enghel.
 
't Is oock wel moeyte weert, om't eeuwigh rijck te erven'
 
De Siel.
 
Wel nu ick ben te vre, al ist dat 'k somtijdts sucht,
[pagina 27]
[p. 27]
 
Den Enghel.
 
Godt die sal helpen me, die ziel die tot hem vlucht.
 
De Siel.
 
5. 'k Omhels dan rust oft strijdt, al wat my Godt wilt geven,
 
Den Enghel.
 
't Is eenen corten tijdt, die ghy hier hebt te leven,
 
De Siel.
 
Al valt het somtijdts suer, 't is Godt die't gheeft en loont,
 
Den Enghel.
 
Verwinnaer der natuer, sal naermaels zijn ghecroont.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken