Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den gheestelijcken echo (1694)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den gheestelijcken echo
Afbeelding van Den gheestelijcken echoToon afbeelding van titelpagina van Den gheestelijcken echo

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.52 MB)

ebook (3.19 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den gheestelijcken echo

(1694)–Johanna de Gavre–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

De Siel wordt van Godt straffelijck berispt over haer onghetrouwigheydt.

Op de Wijse: Van het bidden, van het smeecken. (ofte) Even als de Hase-winden. (ofte) Ghelijck eenen visch naer't water.

 
1. LIeve ziel mijn uytghelesen,
 
Ghy bidt my soo dickwils aen,
 
Dat ghy heel aen my wilt wesen,
 
En in my wilt blijven staen,
 
VVilt aenschouwen, u ontrouwe,
[pagina 66]
[p. 66]
 
Daer ghy mijn min me beloont,
 
Uwe minne, mijn vriendinne,
 
Is seer cleyn die ghy my thoont.
 
2. Mijn soo hemelsche aenspraecken
 
Die u zijn als honinch soet,
 
Comt ghy seer licht te verlaeten,
 
En te treden met den voet,
 
Rechte minne, leydt daer inne,
 
Dat m'in teghenheydt en pijn,
 
't Allen stonden, wordt bevonden
 
Den minnaer ghetrouw te zijn.
 
3. Gheeren zijt ghy noch ghepresen,
 
En gheacht van jeder een,
 
Siel ten magh alsoo niet wesen,
 
My comt toe den lof alleen,
 
My alleene, moet ghy meenen
 
In uwen handel vroegh en laet,
 
t'Allen tijden, u verblijden,
 
Als 't op u vernietingh gaet.
[pagina 67]
[p. 67]
 
4. Uwen gheest is veer vervloghen,
 
En gheheel van my vervremt,
 
s'Wereldts borst hebt ghy ghesoghen,
 
Soo langh ghy daer vreught in nemt,
 
Uwe sinnen, die beminnen
 
Dat behoort te zijn ghehaet,
 
Al u wijsen, die volprijsen,
 
Dat van u moest zijn versmaet.
 
5. Naer soo menigh goey inspraecken,
 
En soo innigh soet vermaen,
 
Gaet g'u selven noch vermaecken,
 
En de schepsels hanghen aen,
 
Ghy wilt weten, mijn secreten,
 
En my honden voor u vrient,
 
Uwe daden, die versmaeden
 
't Gheen ghy met den mondt bemint.
 
6. Ghy staet voor met al u krachten
 
Het gheen dat de wereldt leert,
 
Hier door comt ghy te verachten,
[pagina 68]
[p. 68]
 
Dat van u moest zijn ghe-eert,
 
Siel voor desen, moght ghy wesen
 
Sulcken wereldts ydel tuyt,
 
Maer nu zijdy, gheheel aen my,
 
Al dees sotterny moet uyt.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken