Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Een afgezant uit niemandsland (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van Een afgezant uit niemandsland
Afbeelding van Een afgezant uit niemandslandToon afbeelding van titelpagina van Een afgezant uit niemandsland

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.13 MB)

Scans (11.34 MB)

ebook (3.19 MB)

XML (0.34 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Een afgezant uit niemandsland

(1968)–Rudolf Geel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 163]
[p. 163]

26

Er kwamen meer soldaten, die de op het veld verzamelde menigte in de richting van de uitspanning begonnen te drijven. Niemand kon ontkomen en het was de vraag wie daaraan dacht.

Toen zij zagen wat er gaande was betraden zij als eersten de grote restaurantzaal en zochten een tafeltje aan de achterkant waar je tenminste naar buiten kon kijken, maar er viel niets te zien dan wild groeiend struikgewas. Daarbuiten was de wereld akelig licht, terwijl hier een soort schemer hing en de gedachte aan regen. Misschien stond de vlakte in het noorden van het eiland in brand.

Er stond één soldaat op wacht bij de deur.

De sirene loeide met tussenpozen.

Boven de zachtgroene kleuren en het geschitter van zon op bladranden steeg een nieuw motorgehuil op. Hij drukte zijn neus tegen het glas en kon juist een glimp opvangen van een helikopter die laag overging.

Asquit probeerde het schuifraam.

- Wilt u dat laten! schreeuwde de wachtpost. Afblijven van dat raam alstublieft! Wilt u rustig op uw plaats blijven!

De mensen die geen stoel hadden gingen op de grond zitten.

Het werd langzaam benauwd in de weinig geventileerde zaal. Een vrouw riep om water, kinderen begonnen spelletjes en een baby jengelde. Begoresj speelde met Asquit zakschaak. Enkele jongens begonnen gescandeerd geluid te maken.

Na twee zetten van Asquit kwam Senkar binnen.

- Dames en heren! riep hij.

Hij wachtte geduldig tot het stil was.

[pagina 164]
[p. 164]

- U bevindt zich hier in een onvoorziene situatie! riep Senkar. Geef mij eens eventjes die megafoon aan.

Een soldaat overhandigde hem het gevraagde.

- Luister! kwam Senkars vervormde stem. Dit is een onoverzichtelijke situatie! En ik kan geen mededelingen verschaffen. Wij zullen trachten u zo spoedig mogelijk te evacueren.

Een kind dat een lampion voor zich uithield die in de donkere ruimte een onrustig, bibberend licht verspreidde, wees naar buiten.

- Er zijn enige moeilijkheden met een vliegtuig! riep Senkar in de megafoon.

- Dat meen je niet vader! schreeuwde Asquit.

- Dames en heren, kwam de metalen stem. Wij kunnen dit eiland voorlopig niet vrijgeven. Geen paniek alstublieft.

- Geef een deel vrij! riep een man.

Senkar knikte.

- Vertrouwt u ons toch, zei hij ongeduldig. Wij doen wat wij...

- Praatjes! riep een vrouw. Laten we naar de hotels gaan!

- Het eiland vrij! riep dezelfde man, alleen wat harder. Of anders het veld. Godverdomme, ik stik hier!

- Luister, zei Senkar een beetje vermoeid. Het is niet mijn schuld. Er wordt alles aan gedaan. Waar zijn de obers? Gaan jullie voorlopig toch dansen.

Gehaast kwamen drie soldaten binnen met instrumenten. Paul herkende ze. Een aantal mensen stond op. Senkar begaf zich op weg naar het raam waar zij zaten. Begoresj boog zich over het schaaketui.

- Henri, zei Senkar, naast hem staande. Dit is ernstig.

- Belazer mij wat, zei Asquit onverschillig.

- Dit is geen grap, zei Senkar. Anders zou ik lachen.

- Kom nou! zei Begoresj. Je bent aan zet Asquit. Of zie je het niet meer jongen?

[pagina 165]
[p. 165]

- Het is hier warm, zei Asquit, met een zakdoek zijn hals afvegend.

- Kan het je niets schelen Peter? vroeg Senkar. Ik heb niet veel tijd meer.

- Je dame, zei Begoresj op hoffelijke toon. Het duurt niet lang hoor Henri,

- Ik neem een pion, zei Asquit. Dit is altijd een gevaarlijk eilandje geweest. De zeerovers van Omar; de zendelingen van Jezus die hier hun illegale drank stookten. Het paradijs is in gevaar.

Senkar speelde zenuwachtig met een manchetknoop,

- Zo je wilt, zei hij, alsof hij van plan was raad te vragen en naar een manier zocht onder zijn plicht van geheimhouding vandaan te komen. Zo je wilt Asquit.

- Noem me maar Adam, zei Asquit.

- We zullen een ark bouwen, zei Begoresj.

- Of een onderzeeboot, zei Asquit. Daarop varen wij weg, onzichtbaar voor god. Gods engelen hebben geen echolood.

- Misschien móet je wegvaren, zei Senkar.

- Wat is er aan de hand? vroeg Paul.

Op deze zakelijke vraag gaf Senkar geen antwoord.

Opeens begon Begoresj naar luchtte happen. Zijn hoofd werd rood. Hij had een tijd zijn adem ingehouden.

- Wat is er? vroeg Senkar nerveus.

Asquit steunde Begoresj bij zijn schouders.

- Het is de lucht, rochelde Begoresj. Het is stikkensbenauwd.

- Naar buiten! zei Senkar. Naar het grasveld.

- Wat is er gebeurd? vroeg Paul aan de kolonel, terwijl zij zich een weg door de mensen baanden. Is het neergestort?

Senkar haalde zijn schouders op.

Buiten zag hij de helikopter terugkomen uit het noordoosten. Hij was nog een eind van hen vandaan en daarom zonder geluid.

[pagina 166]
[p. 166]

- Ik zal jullie naar de haven brengen, zei Senkar. Wij evacueren het eiland.

De helikopter draaide vlakbij hen gekomen een kwartslag en bleef dicht boven de bomen hangen.

Het malen van de wieken door de lucht was duidelijk hoorbaar. Rechts van hen vertrok een motorordonnans. Verder zag hij geen soldaten. Senkar staarde in de lucht.

- Kom nou verdomme, zei hij, met zijn linkervoet op de grond stampend.

- O man, dit is oorlog! riep Asquit.

Er kwam beweging in de helikopter. In glijvlucht zweefde hij naar het veld voor de uitspanning. De motoren werden afgezet. De wieken draaiden uit, je zag ze langzaam loskomen uit de cirkel.

Een witte arm schoof een deur open.

Uit de helikopter sprongen drie mannen in witte pakken. Zij hadden ruimtehelmen op het hoofd en droegen zware, eveneens witte laarzen. Hun ogen gingen schuil achter donkergekleurd glas.

Senkar liep snel naar het toestel.

Paul speurde de hemel af. Het kon natuurlijk zijn dat ergens iets brandde. Een paarse gloed die je ogen vernietigde verlichtte de achterkant van de heuvelrug. Hoe kon hij te weten komen wat er gebeurd was?

Er stond zweet op Senkars voorhoofd toen hij terugkwam.

- Ik kan jullie niet wegbrengen, zei hij. Jullie gaan terug met de groep.

- Met de groep! riep Asquit.

- Jullie gaan naar binnen, zei Senkar. Onmiddellijk.

Hij draaide zich om en liep van hen weg. Na twee stappen bleef hij staan en zei ‘Het spijt me.’ Over het grasveld kwam een jeep. Daarin stapte Senkar.

De witte mannen gingen terug in het toestel. De wieken sloegen de lucht weg.

[pagina 167]
[p. 167]

Hij begreep niet waarom Senkar hun zo makkelijk de kans liet te ontvluchten.

Zij renden naar het struikgewas opzij van de uitspanning en slopen voorzichtig noordwaarts om de soldaten uit de buurt te blijven.

De hehkopter had alweer een behoorlijke hoogte.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken