Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bloedmadonna (1998)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bloedmadonna
Afbeelding van BloedmadonnaToon afbeelding van titelpagina van Bloedmadonna

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.15 MB)

Scans (12.46 MB)

ebook (3.05 MB)

XML (0.46 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bloedmadonna

(1998)–Rudolf Geel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bewezen wonderen

In het begin van de middag voerden Gregorius en Rog in het bisschoppelijk paleis overleg met hun superieur. Het ging om de vraag wat er in de nabije toekomst met het beeldje moest gebeuren. Nu tranen en bloedingen niet op een bewezen falsificatie berustten, kon de kerk het onmogelijk toestaan dat het beeldje nog veel langer in handen bleef van de familie Coumans.

‘Onder ons en strikt binnen de begrenzing van deze muren,’ had de bisschop gezegd. ‘Maar als gelovigen van deze tijd kunnen wij moeilijk leven met zoiets merkwaardigs als een bloedend beeldje. Hoe bent u er trouwens zo zeker van dat de maagd uit laat ik zeggen haar vrouwelijkheid bloedt?’

Dit was een vraag die Gregorius verwacht had. Maar hij had er niet een duidelijk antwoord op. Het was tenslotte allemaal niet meer dan giswerk.

‘Het bloeden is enerzijds echt,’ zei hij, op een toon alsof hij een kind iets uitlegde, ‘maar aan de andere kant ongetwijfeld symbolisch.’

‘Jaja,’ zei de bisschop ongeduldig. ‘Dat begrijp ik ook wel.’

Gregorius liet zich niet van de wijs brengen.

‘Gezien het feit dat dit beeld niet over iets tastbaars zoals een vagina beschikt,’ ging hij onverstoord verder, ‘kunnen wij niets anders doen dan de feitelijke plaats van de bloedafscheiding symbolisch duiden. Dat wil zeggen, zolang wij voor het bloeden naar een betekenis wensen te zoeken. In dat geval bloedt het beeldje heel duidelijk op die specifieke plaats. Geen twijfel aan. We kunnen moeilijk zeggen: de madonna heeft een buikwond. De madonna staat immers voor moederschap en juist dat moederschap is gecentreerd op de plaats waarvan het bloed komt. Kunt u dat billijken?’

[pagina 150]
[p. 150]

‘Mijn beste Gregorius,’ zei de bisschop, onder de indruk van de interpretatie. ‘Ik ben al blij dat ik je kan volgen.’ Hij wendde zich tot Rog. ‘En wat vindt u ervan?’

Rog had geen idee; bovendien bezorgde de gedachte aan ongestelde vrouwen hem een ongemakkelijk gevoel. Daarin verschilde hij niet van Gregorius. Zijn gedachten waren ook niet bij de madonna. Een ander beeld stond in zijn geest, vastgenageld in een rigoureuze stilte, die hem ook lichamelijk pijn deed. Zijn hoofd hamerde; voortdurend moest hij kijken naar dat ene, onbeweeglijke meisje op de harde grond.

De bisschop bekeek de pastoor met een vragende blik, die volgens Gregorius niet vrij was van minachting. ‘Nou, wat vindt u ervan?’ hield de bisschop aan.

Rog hief zijn handen, ten teken dat hij het niet wist.

‘Laten wij er hardop over nadenken,’ ging de bisschop verder. ‘Hoe reageert u als een vrouw u komt vertellen dat zij niet meer bloedt?’

Rog was er geen voorstander van dat vrouwen hem lastigvielen met dergelijke intimiteiten. Klachten over seksueel wangedrag van echtgenoten kapte hij af met een verwijzing naar het lijden in het algemeen en veelvuldig bidden tot de maagd in het bijzonder.

‘Nou?’ vroeg de bisschop.

‘Lichamelijke klachten stuur ik door naar dokter Noordewier.’

De bisschop zuchtte opzichtig.

‘Maar als ze het speciaal aan u komen vertellen?’

‘Ja, dan nog,’ zei Rog. Hij aarzelde. ‘De laatste tijd komt het steeds vaker voor dat vrouwen me komen vertellen dat ze genoeg kinderen hebben.’

‘Daarover gaat u toch geen discussie aan?’

‘Maar dat doe ik ook niet!’ riep Rog. Hij trok een witte zakdoek uit zijn broekzak en bette zijn voorhoofd.

‘Ik vertrouw volkomen op uw vermogen onwillige vrouwen in het gareel te krijgen,’ zei de bisschop. ‘Maar nu gaat het om de theologische verklaring. Wat zou de madonna, die Christus voor ons heeft gedragen, willen uitdrukken door plotseling op die bepaalde plaats te gaan bloeden?’

[pagina 151]
[p. 151]

‘Dat zij een gewone vrouw is,’ antwoordde Rog bijna op fluistertoon.

‘Leg mij uit,’ verzocht de bisschop. ‘Waarom zou de Moeder Gods ons willen meedelen dat zij een gewone vrouw is?’

‘Het is maar een gedachte.’

‘Maar zeker geen slechte. Dat vindt u toch ook, Gregorius?’

‘Zeker,’ zei Gregorius. ‘De Moeder Gods als gewone vrouw. Nadat zij het goddelijke kind had gebaard, is zij weer gaan bloeden. Door ons te tonen dat zij als normale vrouw kan bloeden, benadrukt zij het absolute wonder van de onbevlekte ontvangenis. Alsof zij ons wil zeggen: Ziet, ik ben teruggekeerd onder de vrouwen. Jezus is waarlijk Gods zoon.’

De bisschop knikte tevreden. ‘Dat bedoelde u toch ook?’ vroeg hij aan de pastoor. Deze knikte heftig. ‘Verkondigt u dat dan van de kansel. Begrijpt u mij,’ riep hij. ‘Ik wil iets van u horen. Een krachtig gezag.’

‘Maar natuurlijk, monseigneur, natuurlijk.’

‘Ik wil dat u de vastberadenheid laat zien van de moederkerk. Dat slappe gedrag ben ik beu.’

Het gezicht van de bisschop vertoonde een gekwelde uitdrukking. Maar na een korte stilte had hij zich alweer hernomen. ‘Nog één ding,’ zei hij. ‘De herkomst van dat bloed. Het bevordert de geloofwaardigheid niet bepaald als het ene beeldje mannenbloed naar buiten brengt en het andere dat van een vrouw. Dat moeten we ook nog oplossen.’

‘Het is toch echt vrouwenbloed in Uffel,’ zei Gregorius.

‘Maar natuurlijk is het vrouwenbloed! Maria is toch niet zo'n, zo'n...’

‘Transseksueel,’ hielp Rog, blij dat hij de bisschop van dienst kon zijn.

‘Ik heb dat gedoe in Civitavecchia nooit voor ook maar één cent vertrouwd. Hoe dichter bij Rome, hoe gekker. Dit blijft onder ons. Wij zullen ons openlijk van zelfs de gedachte aan mannenbloed distantiëren.’

‘Dat speelt onze tegenstanders wel in de kaart, monseigneur,’ protesteerde Gregorius. ‘U zou het wonder ook voorlopig kunnen aanvaarden. Tenslotte zou het pas definitief een wonder zijn als wij het als zodanig konden bewijzen.’

[pagina 152]
[p. 152]

De bisschop dacht na, liep een beetje rood aan en opende zijn mond, waarschijnlijk om uit te barsten in een nieuwe tirade. Maar opeens ging hij staan en wees met een breed, bijna zwierig gebaar naar de deur, ten teken dat het gesprek voorbij was.

In de gang werden zij staande gehouden door de secretaris, die gehaast op hen af kwam. Hij fluisterde de bisschop iets toe.

‘Gregorius,’ zei deze, nadat de secretaris uitgesproken was, ‘zojuist krijg ik een nieuwe bloeding door. Het schijnt nu zelfs niet meer op te houden. Ik gelast een nieuw onderzoek. Doe alstublieft iets met röntgen.’

‘Wilt u dat ik het beeldje confisqueer?’ wilde Gregorius weten.

‘Dat zoek je zelf maar uit,’ zei de bisschop.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken