Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ongenaakbaar (1981)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ongenaakbaar
Afbeelding van OngenaakbaarToon afbeelding van titelpagina van Ongenaakbaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.99 MB)

Scans (11.38 MB)

ebook (3.00 MB)

XML (0.36 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ongenaakbaar

(1981)–Rudolf Geel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 115]
[p. 115]

[XIX]

Zittend op het balkon van hun hotelkamer, sloot hij zijn ogen tegen het licht van de gestadig dieper zakkende zon. Om hem heen het gekwetter van vogels, dat heviger leek dan in de ochtenduren. Achter hem maakte Helen aanstalten om in het bad te gaan.

Voor het eerst in zijn leven kwam er een herinnering in hem boven die hem op een heel smartelijke manier deed terugverlangen naar het moment waarop die in zijn geest gevormd werd.

Hij liep met zijn vader door de duinen. Op korte afstanden van elkaar lagen bunkers, sommige eenvoudig van aard, andere voorzien van verschillende kamers. Het was een paar jaar na de oorlog. En hij was een kind. Zijn vader verbood hem weliswaar niet de bunkers binnen te gaan, maar sprak telkens zijn afschuw uit over de gevaarten. Het was regenachtig weer, en ze waren op weg van Noordwijk naar Katwijk, waar ze de bus terug zouden nemen. Toen hij zo met zijn vader liep, deels over het fietspad en gedeeltelijk kriskras door het terrein, beklom hij op een gegeven ogenblik de top van een duin. Daarachter lag het strand, niet alleen verlaten vanwege het weer, maar ook omdat hier zelfs op zonnige dagen niemand kwam. Er lag allemaal aangespoelde rommel langs de vloedlijn. Dat kon hij vanaf deze verre plaats zien. Hij had zin om naar beneden te hollen, hoewel er tussen duin en strand prikkeldraad was gelegd. Toen zag hij

[pagina 116]
[p. 116]

een schelpenkarretje, getrokken door een paard. De voerman reed dicht langs het water. Verder gebeurde er niets. Hij keerde zich om en keek op het land achter de duinen. Een militair vliegtuig kwam opeens laag aangevlogen. Hij zag de rood wit blauwe cirkel op de staart en in zijn kinderlijke voorstelling was dit de bevrijding, waarover hij zoveel had horen vertellen en waarvan hij zich een paar beelden herinnerde. De bevrijding! Een golf van geluk doorstroomde hem; opwinding ook, alsof de opluchting van zijn ouders zich in hem, die niets van de ellende gezien had, kon voortplanten. Hij keek het vliegtuig na, dat zonder hoogte te winnen over de scheiding tussen strand en zee voortvloog.

Zijn vader leunde tegen een bunker en bekeek de onderkant van zijn schoen.

Die herinnering kwam in hem terug en stemde hem verdrietig. Hij kon zich zoveel dingen herinneren.

Soms dacht hij: dit is aardig, en vergat het dan. Zijn blik gericht op de dingen die hij nog wilde bereiken, bleef hij niet staan bij datgene wat achter hem lag.

Was dit een eerste teken dat hij oud werd? Begonnen de afgewerkte zaken hem parten te spelen? Wilde hij nu alleen nog maar delen van de tijd terugdraaien, of misschien wel helemaal terughollen naar het begin? Of had dit te maken met die ene dag, waarop de verbondenheid met zijn vader gevoegd werd bij de opwinding om het vliegtuig, dat de oorlog representeerde?

Het kon zijn dat op een onverklaarbare manier zijn jeugd werd samengevoegd in die paar beelden.

Hij stond op en liep naar binnen, in de zoveelste opwelling van tederheid. Hij zag Helen in het bad zitten en zette zich op de rand, legde zijn hand op haar

[pagina 117]
[p. 117]

hoofd, bukte zich en kuste haar, terwijl hij in het door badolie troebel geworden water zocht naar de plaats waar haar dijen bij elkaar kwamen, en waar hij wilde zijn nu zijn geest niet verder de kracht kon opbrengen om zijn herinnering te vrijwaren van prikkeldraad.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken