Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Dichtwerken (deel 1 en 2) (1949-1950)

Informatie terzijde

Titelpagina van Dichtwerken (deel 1 en 2)
Afbeelding van Dichtwerken (deel 1 en 2)Toon afbeelding van titelpagina van Dichtwerken (deel 1 en 2)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.64 MB)

XML (2.53 MB)

tekstbestand






Editeur

Frank Baur



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Dichtwerken (deel 1 en 2)

(1949-1950)–Guido Gezelle–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 85]
[p. 85]

Vlanderens kroone

 
Mag Vlandrens weerde zoon stoutmoedig Vlandren noemen,
 
wanneer de vreemde spot: ‘Waar is uw Vaderland?’
 
't en is niet om de pracht van 't glorieloof te roemen
 
op 't rookend slagveld in het bloedig slijk geplant;
 
noch om den glans alleen, glans heet het bij de volken
 
en nietigheid bij God, den glans die dóór de wolken
 
onz' letterhelden en onz' kunstenaren voert:
 
met eedler eene kroone is Vlandrens hoofd gesnoerd!
 
 
 
In 't Oosten klom de zon in rooden glans, en gloeide
 
omleege nog; heur straal en stroomde niet als nu
 
van 't hooge middagpunt op rijken oest die bloeide,
 
maar moeilijk boorde zij door bosschen tot aan U,
 
en schonk U, dierbaar land van Vlandren, de eerste vonken
 
van 't heilig vier dat God ontsteken kwam: zij blonken,
 
zij blonken, ja, welhaast tot helder licht gegloeid,
 
en, Vlandren, in dit licht is U een kroon gegroeid.
 
 
 
O Godelieve...! Uw naam, 't is honing hem te namen
 
voor Vlamings herte en mond, toen blonk uw roode kleur,
 
gij, Vlaamsche Roozebloem, in 't steken van de bramen
 
gedoken, en uw gloed van liefde, uw zoete geur,
 
uw hert was God zoo lief, zóó lief, dat Satans herte
 
en zwarter herte nog dan Satans ervan smertte;
 
uw teedren stam brak hij, en zond U hemelwaard:
 
van zulke bloemen wordt een eedler kroon vergaard.
 
 
 
Van zulke bloemen blinkt veel rijker gloriekroone
 
gevlochten om uw kruin, mijn Vlandren, en die lof,
 
die lof ontbreekt U niet, die voor den hoogen throone
 
des Heeren nooit verviel tot nietigheid en stof.
 
Ja! daar zijt gij bekend, in 't glorierijk hierboven,
 
waar Vlaamsche Heiligen den driemaal Heilge loven,
 
Hem, die de volken weegt, en Wiens getuigenis
 
in 't schatten van den roem alleen van weerden is.

1855


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken