Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Dichtwerken (deel 1 en 2) (1949-1950)

Informatie terzijde

Titelpagina van Dichtwerken (deel 1 en 2)
Afbeelding van Dichtwerken (deel 1 en 2)Toon afbeelding van titelpagina van Dichtwerken (deel 1 en 2)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.64 MB)

XML (2.53 MB)

tekstbestand






Editeur

Frank Baur



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Dichtwerken (deel 1 en 2)

(1949-1950)–Guido Gezelle–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 809]
[p. 809]

XVIII
De dood van Kwasind

 
Wijd en breed in 't volk vermaarde 't
 
wat en welk voor een was Kwasind;
 
niemand meer die worstelwedstrijd,
 
kamp of spel met hem dorste aangaan.
 
Maar de boosgezinde Wiemkes,
 
maar de afgunstige Puk-Wudjies,
 
maar de Dwergen, de Alfgedrochten
 
vielen 's eens en tegen Kwasind.
 
Is het zake dat die Kwasind,
 
zeiden ze, ‘is 't dat die verfoeide,
 
die verwatene wanjaard voort mag
 
al verdoen dat in zijn hand komt,
 
al ont stuks slaan dat geheel is,
 
elk en iedereen verbauweren,
 
wat dan worden wij, Puk-Wudjies?
 
Wie ontziet er nog de Bemels?
 
Weêr een Wiemke, weêr nen drieschling,
 
Kwasind plet het al; in 't water
 
werpt allichte hij ons, tot voedsel
 
voor de kwade Nie-ba-naw-beegs,
 
voor de booze Waternekkers!’
 
Zoo, de licht gestoorde Bemels
 
briewen onraad tegen Kwasind,
 
en den Sterken Man te moorden
 
was hun opzet: weg met Kwasind,
 
dien moedwilligen, stouten, wreeden,
 
boozen, schrikkelijken Kwasind!
 
Nu, de wondere macht van Kwasind
 
zat hem in de kruine alleenlijk;
 
daarin zat ook al zijn krankheid,
 
daar, en el en was hij trefbaar,
[pagina 810]
[p. 810]
 
el en kon geen wapen in hem,
 
zoo verhard was hij, heels lichaams.
 
Ja, daar zelfs en kon geen ander
 
scherp of wapen hem verhinderen,
 
of 't en zij de sperrewapper,
 
't blauw gepintsel van den pijnboom.
 
Kwasind wist dat, en geen anderen
 
mensch die leefde en sprak hij ooit van
 
dit zijns zelfs geheem; alleen het
 
nijdig Eerdevolk, de Wiemkes,
 
hadden 't nagespeurd, och arme!
 
Zoo, ze haalden sperrebotten,
 
in den bosch, bij Taquamenaw,
 
schoone blauwe vuurboomwappers,
 
pijnboomperen, groote en vele,
 
die zij hoopten langs den zijkant
 
van het water, naar de steêwaard
 
waar de rotsmuur voorwaards helde en
 
over 't water hing. Daarboven
 
zaten ze altegare en loerden ze,
 
ont ze Kwasind komen zagen.
 
't Was des zomers, eens namiddags,
 
machtig heet; de winden sliepen,
 
't water sliep, en allenthenen
 
sliep de schaduwe, onverroerbaar:
 
't zonnezoekend krielgedierte
 
schaatsedanste op 't water, ofte het
 
vloog alom de trompe steken,
 
't vloog den harop slaan des oorlogs.
 
Stroomwaards af, wie komt daar? Kwasind,
 
in zijn berken boot gevaren,
 
lijende zeer gezapig afwaards,
 
langs den tragen Taquamenaw,
 
gaap- en geeuwziek van de stilheid,
 
heel omvaakt van 't danig heet zijn.
[pagina 811]
[p. 811]
 
Uit het neêrwaards hangend berkhout,
 
langs de rale berkenroedtjes,
 
kwam de stille Vaak gezepen,
 
met zijn stille wacht rondom hem,
 
zijn onzichtbaar schaduwleger;
 
kwam Nepahwin, kwam de Slaapgeest,
 
lijk een gloeiend pinkernaaldeken,
 
lijk eene Dus-kwo-nie-shie, spiedende
 
't neêrwaards hangende hoofd van Kwasind.
 
't Ronkte in de ooren iets al rond hem,
 
't was lijk 't altijd ruischend zeerot,
 
't was lijk 't zuchten van den pijnboom,
 
en hij droomde, hij voelde waarlijk
 
een gehamer op zijn voorhoofd,
 
iets dat klopte; 't was het slaperig
 
tribbelen van Nepahwins krijgsvolk,
 
't was hunne ademtocht, die deunde
 
rond zijn neêrwaards hangend voorhoofd.
 
't Eerste treffen huns getrommels
 
bracht eene druilinge over Kwasind;
 
't andere deed hem, roer- en roekloos,
 
rieme en roeispa varen laten;
 
't derde deed nen dichten, duisteren
 
doek om land en boom en - Kwasind:
 
vaste en onontwekbaar sliep hij.
 
Stroomwaard af voer Kwasinds lichaam,
 
blind daar zittende en in slape,
 
langs den Taquemenaw, voorwaards,
 
ont beneên de berkenboomen,
 
ont beneên 't begroeide voorland,
 
ont beneên de legersteden
 
van de Wiemkes, de Puk-Wudjies.
 
Daar zat heel 't gespuis, gewapend,
 
ende het viel aan 't tappen smijten,
 
vlugs, op Kwasinds felle schouderen,
[pagina 812]
[p. 812]
 
op zijn hoofd, zijn weerloos kruintjen.
 
‘Weg met Kwasind,’ was de harop,
 
almedeens, van 't nijdig Eerdvolk.
 
Kwasind stook, vooruit gekanteld
 
uit den boot; hij plotste in 't water,
 
dook beneên de trage vlakte en
 
schoot omleege, of waar 't een otter;
 
kraafsch, kiel opwaards, ijele en wepel
 
voer nu 't voogdelooze vaartuig,
 
langs den stroom meê, en van Kwasinds
 
mare en hoorde niemand sedert.
 
Maar de indachtigheid van Kwasind
 
bleef nog lange in 's volks geheugen,
 
en, als 's Winters wilde en woeste
 
buien door de boschen brieschten;
 
als de takken, slag om slinger,
 
kampten, kraakten, openscheurden,
 
zei elk, ‘Kwasind is gekomen,
 
herwaards over, om zijn brandhout.’

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken