Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De kleine snapper (1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van De kleine snapper
Afbeelding van De kleine snapperToon afbeelding van titelpagina van De kleine snapper

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.67 MB)

Scans (3.79 MB)

ebook (3.40 MB)

XML (0.03 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De kleine snapper

(1877)–J.J.A. Goeverneur–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

De kleine Snapper.

In een groot bosch woonde een vos. Deze vos was even listig en slim als alle vossen.

Eens tegen den avond kwam de vos uit het bosch en liep naar een dorp. In dat dorp kwam hij bij eene groote boerenplaats.

‘Ik mocht toch wel weten, of de boer, die op deze groote plaats woont, ook hoenders, ganzen en einden houdt,’ dacht de vos bij zich zelf.

Terwijl de vos de groote boerenplaats van alle kanten bekeek,

[pagina 12]
[p. 12]

kwam een kleine hond buiten de deur springen en begon geducht tegen den vos te blaffen. Deze zei echter: ‘Waarom blaf je toch zoo tegen mij? Ik doe je immers niets, en ik wil je ook niets doen. Kom liever hier bij mij. We willen dan onder dien pereboom gaan zitten en eens bedaard praten. Het is zoo'n kostelijke avond! Kijk maar, hoe prachtig de maan door de vruchtboomen schijnt. Heb je misschien ook honger? Ik heb hier nog een gebraden eendeboutje van vanmiddag over. Dat kun je met pleizier krijgen.’

Daar de vos zoo vriendelijk praatte, kwam Spits - zoo heette de hond - op hem toe, nam het eendeboutje en at het op.

Toen hij dat binnen had, vroeg de vos heel vriendelijk: ‘En nu zeg, hoe heb je het hier, beste vrind?’

‘O, ik heb het hier heel best,’ zeide Spits. ‘Mijn baas zorgt goed voor mij.’

‘En is je baas rijk?’ vroeg de vos verder.

‘Ja, heel rijk, schatrijk,’ antwoordde Spits.

‘Dus heeft hij zeker ook veel vee op stal?’ vroeg de vos.

‘O, heel veel,’ zei Spits; ‘paarden, ossen, koeien en varkens in menigte; ook een ezel heeft hij.’

‘Maar hoe is het met het gevogelte?’ vroeg de vos. ‘Heeft je boer ook hoenders en ganzen?’

‘O, 'k weet niet hoe veel wel!’ zei Spits.

‘En zijn die goed vet?’ vroeg de vos haastig.

‘De ganzen zijn zoo vet als varkens en de hoenders zoo dik en vet als mollen,’ zei Spits.

‘En waar heb je dan die gansjes, als ik vragen mag?’ vroeg de vos.

‘De ganzen hebben haar stal vlak naast de schuur,’ antwoordde Spits.

[pagina t.o. 12]
[p. t.o. 12]


illustratie

[pagina 13]
[p. 13]

‘En waar slapen je hoendertjes 's nachts?’ vroeg de vos.

‘Die hebben haar rek in den koestal,’ zei Spits. ‘Daar, waar dat ronde gat in den muur is, hebben ze haar in- en uitgang.’

‘Daar je boer zoo rijk is en zoo veel vee heeft,’ vroeg de vos verder, ‘heeft hij zeker ook een stevigen hofhond, die 's nachts op het erf waakt?’

‘Een hofhond is er wel, en groot is hij ook,’ zei Spits; ‘maar hij is al heel oud, en daarom ziet hij niet goed meer en hoort ook niet goed meer.’

‘En waar ben jij 's nachts, Spits?’ vroeg de vos eindelijk.

‘Ik slaap in de woonkamer onder de tafel,’ antwoordde Spits.

‘Ei, ei, dat is zoo'n kwaad plaatsje niet,’ zei de vos. ‘Maar ik moet nu zorgen, dat ik naar huis kom. Het wordt al mooi laat. Slaap wel, mijn allerliefste Spitsje. Ik hoop dat je vannacht genoeglijk droomen zult.’

Hierop ging de vos weg, en Spits ging ook weg en maakte dat hij in huis kwam.

Den volgenden morgen was er groote schrik en ontsteltenis op de boerderij. En waarom? - De vos had al de hoenders en ganzen gebeten, en de vetste gans en de vetste hen had hij meegepakt.



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken