Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Uit het kinderleven (ca. 1891)

Informatie terzijde

Titelpagina van Uit het kinderleven
Afbeelding van Uit het kinderlevenToon afbeelding van titelpagina van Uit het kinderleven

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.85 MB)

Scans (13.00 MB)

ebook (5.67 MB)

XML (0.11 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Uit het kinderleven

(ca. 1891)–J.J.A. Goeverneur–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

De grappenmaker.

Er was eens een kleine jongen, die Ernst heette. Die naam paste eigenlijk niet recht voor hem, want Ernst was een recht guitige schalk. Hij was den geheelen dag opgeruimd en vroolijk. Geen uur ging voorbij, zonder dat hij met eene of andere nieuwe gekheid voor den dag kwam, waardoor hij zijne ouders en zusters vaak hartelijk aan het lachen bracht.

Zijne oudste zuster heette Agathe. Zij was bijna twaalf jaar oud.

[pagina 60]
[p. 60]

Daar kwam eindelijk de jaardag van Agathe. Toen zij 's morgens in de woonkamer trad, vond zij daar op tafel eene menigte aardige geschenken. Ook de kleine Ernst had daarbij voor haar eene kleinigheid neergelegd.

Kort daarna ging Agathe naar school. Bij de voordeur fluisterde Ernst haar in 't oor: ‘Zus, als ge weer uit school komt, zal nog iemand je een present brengen.’

‘Wie dan?’ vroeg de zuster haastig.

‘Dat mag ik nog niet verklappen,’ antwoordde Ernst. ‘Ge zult het wel zien.’

Tegen twaalf uren kwam Agathe weer thuis. In de woonkamer kwam de kleine Ernst haar tegemoet. En wat denkt ge, dat de guit op den arm droeg?

Op den arm had hij Bello, moeders lief zwart schoothondje, zitten. Maar hoe was Bello toegetakeld! Iedereen moest er wel om lachen. Ernst had hem van wit papier een stijven halskraag gemaakt. Over dien witten kraag was hem een dikke, roode halsdas gebonden. Aan elk pootje droeg Bello een blauw en aan zijn kort staartje een groen lint. Buitendien had hij nog een snoer roode kralen om den hals, en daaraan hing een krakeling, die bij den koekbakker een cent kost.

‘Vrind Bello feliciteert je, zus,’ zei Ernst met een heel ernstig gezicht; ‘en hij verzoekt je, op je jaardag dezen krakeling van hem aan te nemen.’

Vader en moeder en allen die er nog meer in de kamer waren, kwamen toe. Toen zij het hondje zoo opgeschikt zagen, volgde een algemeen gelach. Bello zag er dan ook allerkluchtigst uit. En toen hij zoo

[pagina 61]
[p. 61]

deftig door de kamer stapte, wou de vroolijkheid geen einde nemen.

Allen zeiden: ‘Die Ernst is dan toch een rechte grappenmaker!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken