Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Uit het kinderleven (ca. 1891)

Informatie terzijde

Titelpagina van Uit het kinderleven
Afbeelding van Uit het kinderlevenToon afbeelding van titelpagina van Uit het kinderleven

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.85 MB)

Scans (13.00 MB)

ebook (5.67 MB)

XML (0.11 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Uit het kinderleven

(ca. 1891)–J.J.A. Goeverneur–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Het kermisgeld.

De kleine Wiebe was een arme jongen. Hij was de zoon van een linnenwever en woonde op een dorp.

Op een dag vernam Wiebe, dat het in 't naaste stadje kermis zou wezen. Nu verzocht hij zijn vader: ‘Och, vader, neem mij toch eens mee; ik ben nog nooit op een kermis geweest. En geef mij ook wat geld in den zak, waarvoor ik iets koopen kan.’

‘Komaan,’ zeide de vader, ‘omdat ge in den laatsten tijd goed hebt opgepast, wil ik je naar de kermis meenemen. En hier hebt ge ook een kwartje, waarvoor ge wat koopen moogt.’

Wat de kleine nu blij was! Hij sprong van blijdschap wel twee voet hoog in de lucht. En zijn kwartje haalde hij ieder oogenblik weer uit den zak, om het toch goed te bekijken. Met zoo veel geld zou hij de halve kermis wel kunnen leegkoopen, meende hij.

De vader en kleine Wiebe gingen dan eindelijk op

[pagina 56]
[p. 56]

weg naar de stad. Wiebe kon niet gaan, zooals ieder bedaard mensch doet. Hij huppelde maar al voor zijn vader uit, zoo blij was hij.

En onderweg overlegde de knaap nog eens, wat hij voor zijn kwartje al zoo koopen zou. Een geweer, eene sabel, een bal, een kegelspel, een grooten sukadekoek en nog veel meer hoopte hij voor zijn geld wel te krijgen.

Na een groot uur gaans kwamen vader en zoon aan de poort van het stadje, waar men wezen moest. Voor die poort zat nu echter eene arme, havelooze vrouw. En naast haar zat haar blind kind, een klein meisje van zoo om de zes jaar oud.

Dat blinde meisje was insgelijks bitter armoedig gekleed. Haar gezichtje was bleek en ingevallen, alsof zij al dikwijls honger had moeten lijden. Hare oogen hield zij gesloten; hare handen lagen gevouwen op haar schoot. Het blinde kind had vóór zich een klein mandje staan, waarin de centen lagen, die het al gekregen had.

Toen Wiebe dat blinde kind zoo zag zitten, bleef hij staan. Hij had in zijn leven nog geen blind kind gezien. Hij voelde diep, diep medelijden.

‘Vader,’ vroeg hij, ‘kan dan die arme stumper heelemaal niets zien?’

‘Niets,’ zeide de vader, ‘heelemaal niets. Geen bloem, geen boom, geen dier, geen mensch, zelfs de eigen goede moeder niet.’

‘Och, hoe akelig!’ zuchtte toen de kleine knaap. Hij zag het arme kind gedurig weer aan. Eindelijk werden hem zelfs de oogen vochtig.

[pagina 57]
[p. 57]


illustratie

[pagina 59]
[p. 59]

‘Weet ge wat, vader?’ zei Wiebe na eene poos; ‘ik zal mijn geld aan dat arme blinde kind geven. Al kan ik dan niets op de kermis koopen, zoo wil ik toch blij zijn, dat ik niet blind ben.’

‘Doe dat, mijn jongen,’ zeide de vader. ‘Het arme kind is recht ongelukkig.’

Hierop tastte Wiebe in zijn zak en liet zijn kwartje zachtjes in het mandje neervallen.

De kleine blinde had evenwel toch gehoord, dat iemand haar een geldstukje gaf, en zei daarom recht vriendelijk: ‘Dank! Duizendmaal dank!’

Wiebe kon nu wel niets op de kermis koopen, maar was daar toch niet bedroefd om. Hij was maar blij, dat hij dat arme blinde kind iets had kunnen geven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken