De poësy van de geest en deugtryke juffrouw G. Gordon de Graeuw
(1710)–Geertruijd Gordon de Graeuw–
AuteursrechtvrijRaadsel Vraag......ALs ik bemerk dat Christus heeft gegeven
Ga naar voetnoot*1. Den Kerken-dienst 2. op datmen schicken souw
Ga naar voetnoot†Elk lidmaat in syn maat tot 's lighaams bouw,
3. Ga naar voetnoot‡Tot dat syn Kerk in 't top-punt is verheven!
En dat ik, van haar leyders af-gedreven,
'T Naam Christendom soo wilt als blind beschouw,
Ey seg my dog, (gy weet het soo 'k vertrouw)
| |
[pagina 217]
| |
Waar nu het Paard en Ruyter is gebleven?
Ga naar voetnoot*'T Paard vuur-rood, swart, ja vaal eerst wit geweest;
Wat; 'k vind een veel en wonderhoofdig beest,
In 't samen-stel der menschelijke ordeningen;
'K soek Kerken-dienst gevormt na Christus leest!
Dog ik gevoel, dus soekende, myn Geest
Te sterker tot myns selfs verpligting dringen.
Ja! soud ons niet de Liefde Christi dringen.
Om van syn Kinds verstand des Naastens Geest,
(Die nog niet kent syn vryheid Christus leest,)
(Maar slaaflijk bukt, voor menschelijke ordeningen)
'T ontheffen en t'ontdoen van 't merk van 't beest
Soo lang gedient en aangebêen geweest?
'K vraag aan my selfs, waarom hier traeg gebleven?
Eyst niet de nood dat yeder lid syn trouw
Voor 't lighaam toon? daar ik elks ziel beschouw
Doods-stil, of als een Zee-golf voort gedreven:
Wat hindert ons? van 't Slaafs gesag ontheven
Voor 't Meesterschap, dat 's Heeren Tempel-bouw
Wel voorgeeft, maar nooyt nooyt beginnen souw:
Niet aan de Kerk tot dienst maar toets gegeven.
|