Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie (1948)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie
Afbeelding van Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzieToon afbeelding van titelpagina van Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.45 MB)

Scans (2.91 MB)

XML (0.53 MB)

tekstbestand






Editeurs

Jenne Clinge Doorenbos

Garmt Stuiveling



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie

(1948)–Herman Gorter–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 29]
[p. 29]

[Beweging is vóór me ongewis]

 
Beweging is vóór me ongewis,
 
dag nauw siddrend is
 
geboren, waar menschen vluchten
 
doorheen, door de witte luchten,
 
de zwarte menschenstoeten
 
flauwooge, hangvoete -
 
de nacht valt, de zwarte brandnacht, -
 
die heeft nauw omgebracht
 
het zilverige lislicht,
 
of om de gevels
 
zwiepen de nevels
 
weder van stengelend licht.
 
 
 
Levenbeweging is ongewis,
 
ik werd geboren
 
en naar mij te voren
 
drongen op golven aan
 
vlotten met menschen belaan,
 
menschengezichten en dingen,
 
menschen zoo vreemdelinge
 
in 't daglicht, zoo licht en fijn,
 
met zoo welbegrepen schijn.
 
 
 
En ik zelf liep zoo te ademen
 
de heet verbrande wademen
 
der lucht, die van zelf doet drenken
 
keelen en vol beschenken.
 
 
 
Ik ademde licht tevree,
 
alleen des avonds dee
 
ik de oogen der dingen toe,
 
dan was àl om me moe
 
en wou me ook niet meer aanzien -
 
elk ding werd zwart van aanzien.
[pagina 30]
[p. 30]
 
Ik heb honger gekregen,
 
ik voelde de leege
 
holen in mij worden des nachts,
 
in mij is onverwachts
 
verlangen gekomen,
 
o mijne leege armen,
 
o mijn oogen, o mijn arme
 
verlangende ooren en zoomen
 
van mijn bloedenden mond -
 
Sidderd' ik toen, rondom me stond
 
bleek en flauwoogig het lichten
 
van al de wereldgezichten.
 
 
 
Handen omhoog ben ik gegaan
 
vluchten, de zoute traan
 
stroomde over mijn lippen,
 
mijn voeten sloegen de slippen
 
van der dagen gewaân
 
langs waar ik vluchtend gegaan.
 
 
 
Ik schreide, ik schreide zoo,
 
mijn keel verhardde zoo,
 
ik liep zoo hard, zoo hard,
 
zoo'n pijn deed mijn hart.
 
 
 
O witheerlijk licht, wis
 
licht dat rondom me is,
 
maagd die lichtlucht zijt,
 
tot u heb ik geschreid.
 
 
 
Stil sta ik nu bij u,
 
vol licht is het mij nu,
 
het trillende wieglende leven -
 
ik zie het omhoog fijn beven,
[pagina 31]
[p. 31]
 
ik zie het benee vaststaan,
 
warm lichtend, koel donkrend op een effen baan.
 
 
 
Wij staan daar diep verscholen in,
 
hebbe' onze lust en onze zin
 
daarin, is het niet, is het niet, niemand weet
 
ons vrede gekomen, verdwenen leed.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken