Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie (1948)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie
Afbeelding van Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzieToon afbeelding van titelpagina van Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.45 MB)

Scans (2.91 MB)

XML (0.53 MB)

tekstbestand






Editeurs

Jenne Clinge Doorenbos

Garmt Stuiveling



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie

(1948)–Herman Gorter–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 33]
[p. 33]

[Toen zag ik je]

 
Toen zag ik je -
 
Er was toen veel licht,
 
de kamer was een bloem die, dicht,
 
in eens open uit gaat schijnen,
 
het licht vloog rond in lijnen.
 
 
 
Ik was heel stil en ik dacht niet veel,
 
ge hebt gekeken en heel
 
mijn hoofd is wijd opengewaaid,
 
zooals 's zomers opengelaaid
 
boven op een wijd, wijd land,
 
in een wijd wereldsch open land -
 
zoo was ik eens in die kamer
 
in die roode gouddoorlijnde kamer
 
waar het gasgoudlicht doorvloog op vleugels
 
vleugslaande wegslaande roeivleugels
 
in de teere lucht,
 
in de bevende lucht,
 
in de lucht die vlucht als je doorgaat -
 
hoor hoor hoor o ik hoor het,
 
je teer droog keelstemmetje spreken,
 
omhoog en wat lager spreken
 
vlak voor me, ik rook je teer vleesch,
 
je uitschijnend stillevend vleesch,
 
ik stikte in je oogenkijken
 
in dat tintelend bloote kijken
 
uit dat stil hoofdbewegen,
 
in dat trillen en dat bewegen
 
van je handen en je hoofd en je voet
 
zooals het aan me nu nog doet.
 
O kon ik maar vinden
 
het uitvlietend gezwinde
 
woordenriviersterrelsel
 
waarin ik het alles vertel
 
voordat ik weg ga sterven
[pagina 34]
[p. 34]
 
in het leven waarin ik zoo zwerve.
 
Maar o schoone tintelkleure
 
die binnen de groote lichtdeuren
 
van den zonzomer is,
 
en al de lichtlichternis,
 
de hooge heilige mis
 
van de dagen,
 
en goudlicht en avondschijn
 
in de roode kamer die zijn,
 
waarin zij toen was
 
met haar lichaam als glas
 
zoo doorzichtig, zoo lichtig, wilt wezen
 
samen altijd uitgelezen
 
in me die haar eenmaal zag
 
in uw licht roodgoudwitten dag.
 
 
 
Want laat ik maar bibbren
 
en maar heel wèg sidderen
 
in woorden opdat niets meer is
 
dan hare lichternis.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken