Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Roy kan drijven (2011)

Informatie terzijde

Titelpagina van Roy kan drijven
Afbeelding van Roy kan drijvenToon afbeelding van titelpagina van Roy kan drijven

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.53 MB)

Scans (42.42 MB)

ebook (7.04 MB)

XML (0.03 MB)

tekstbestand






Illustrator

Ginoh Soerodimedjo



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

plaatwerk / prentenboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Roy kan drijven

(2011)–Henna Goudzand Nahar–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 11]
[p. 11]

Hoofdstuk 2

‘Schoppen maar,’ roept Roy.

Maar Anil schopt niet.

Hij kijkt naar de lucht.

Hij kijkt naar de zon.

Dan pakt hij zijn bal op.

‘Ik moet gaan,’ zegt hij.

‘Ga je weer naar het zwembad?’ vraagt Roy.

‘Het was net zo leuk samen.’

‘Ja, maar ik wil niet altijd maar voetballen,’ zegt Anil.

‘Af en toe wil ik ook zwemmen.

Op zondag kun je vrijzwemmen.

Dat is zwemmen voor je plezier.’

Roy knikt.

Dat weet hij best wel.

Haast elke zondag gaat Anil nu zwemmen.

Soms wel de hele dag.

Dat vindt Roy helemaal niet leuk.



illustratie

Anil loopt naar huis.

Roy kijkt hem na.

Bij de deur draait Anil zich om.

‘Wil je mijn voetbal lenen?’ vraagt hij aan Roy.

‘Dat mag wel van Sita.’

Roy trekt zijn broek op.

Dan schudt hij zijn hoofd.

[pagina 12]
[p. 12]

De voetbal hoeft hij niet.

Voetballen in je eentje... daar is geen lol aan.

 

Anil trekt de deur van zijn huis dicht.

Roy blijft nog even staan.

Hij weet niet wat hij nu zal gaan doen.

Hij wil ook naar het zwembad.

Hij wil ook van de glijbaan.

Hij wil ook op de mat liggen in het water.

En van de duikplank springen.

 

Roy gaat ook maar naar huis toe.

In de voorkamer zitten zijn vader en moeder.

Ze kijken televisie.

‘Dag, jongen,’ zegt zijn moeder.

‘Mam, ik wil op zwemles,’ zegt Roy.

‘Dat kost veel geld,’ zegt zijn moeder.

‘Je moet maar even wachten.

Op jouw school krijgen de kinderen zwemles.

Jullie hebben geluk.

Sommige kinderen krijgen nooit zwemles.’

 

‘Ik weet wat,’ zegt Roy tegen zijn vader en moeder.

‘De kinderen in het binnenland krijgen ook geen zwemles.

Toch kunnen zij wel zwemmen.

Dat heb ik op de televisie gezien.’

[pagina 13]
[p. 13]


illustratie

[pagina 14]
[p. 14]

‘Dat klopt,’ zegt de vader van Roy.

‘De kinderen in het binnenland wonen altijd aan een rivier.

Daar leren ze in zwemmen.

Dat leren ze van hun vader en moeder.

Dat begint al als ze een baby zijn.

Ze worden gebaad in de rivier.

Ze zijn de hele dag bij het water.

Zo leren ze het water goed kennen.’

Roy knikt.

Maar hij woont niet in het binnenland.

Hij woont in een stad.

Daar moet je wel leren zwemmen in een zwembad.

En hij heeft echt geluk.

Het grote zwembad ligt niet heel ver van zijn school.

Roy kijkt naar zijn vader.

‘Wanneer begint het schoolzwemmen?’ vraagt Roy.

‘Hoe lang moet ik nog wachten?’

‘Je zit al in de vierde klas,’ zegt zijn vader.

‘Dan zal het niet zo lang meer duren.’

‘Moet ik nog een maand wachten of twee maanden?’ vraagt Roy.

‘Dat weet ik niet,’ zegt zijn vader.

‘Heb nog maar even geduld.’

 

Roy loopt de keuken in.

Op tafel ligt een pak met koekjes.

Roy haalt er een koekje uit.

Dan loopt hij weer naar buiten.

Hij gaat naar het voetbalveld.

Dat ligt achter zijn huis.

[pagina 15]
[p. 15]

Roy gaat op een bankje zitten.

Het is prachtig weer.

De zon schijnt en vogels fluiten.

Aan de boom hangen manja's.

Wat ruiken ze heerlijk.

Maar Anil hoort de vogels niet.

Hij ziet de mooie lucht niet.

Hij ruikt de manja's ook niet.

Hij kan alleen maar aan Anil denken.

Die is vast al in het zwembad.

Daar komt hij weer kinderen tegen.

Kinderen die hij kent van zwemles.

Met die kinderen zal hij de rest van de dag spelen.

Met die kinderen zal hij van de glijbaan gaan.

En van de duikplank springen.

En liggen op de grote mat.

Roy kijkt naar de grond.

Er ligt gras voor zijn voeten.

Hij schopt tegen het gras aan.

Het gras gaat kapot.

Maar dat kan hem niks schelen.

 

Plotseling krijgt Roy een duw in zijn rug.

Hij schrikt.

Hé, wie doet dat?

Roy kijkt om.

Daar staat Delano.

‘Hai Roy,’ roept Delano vrolijk.

[pagina 16]
[p. 16]

Delano lacht.

‘Wat doe je nou?’ roept Roy.

‘Ik viel bijna van het bankje af.’

‘Ach, je bent boos,’ zegt Delano.

‘Boos op iemand.

Of boos over iets.’

Dan loopt Delano door.

Delano gaat naar de jongens bij het doel.

Dat zijn jongens die Roy ook kent.

Ze wonen in zijn straat.

Even later hoort Roy gelach.

Het zijn Delano en de jongens die lachen.

Lachen ze hem uit?

Hij weet het niet.

Maar hij staat op en gaat maar gauw naar huis.

[pagina 17]
[p. 17]


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken