Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Roy kan drijven (2011)

Informatie terzijde

Titelpagina van Roy kan drijven
Afbeelding van Roy kan drijvenToon afbeelding van titelpagina van Roy kan drijven

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.53 MB)

Scans (42.42 MB)

ebook (7.04 MB)

XML (0.03 MB)

tekstbestand






Illustrator

Ginoh Soerodimedjo



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

plaatwerk / prentenboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Roy kan drijven

(2011)–Henna Goudzand Nahar–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 22]
[p. 22]

Hoofdstuk 4

‘Niet rennen,’ roept meester Harto.

‘En heeft iedereen zijn spullen bij zich?’

‘Ja, meester,’ roepen alle kinderen.

Met een grote bus gaat klas 4 A naar het zwembad.

De chauffeur rijdt rustig de straten door.

Het is heel stil op straat.

Er lopen en rijden maar weinig mensen.

De meeste winkels zijn wel open.

‘Het is maandag,’ zegt meester Harto.

‘Dan gaan veel mensen pas laat boodschappen doen.’

Roy kijkt goed om zich heen.

Het is gek om nu op straat te zijn.

Dat is hij anders nooit op de maandag.

De bus rijdt nu een lange straat door.

Hierna gaat hij naar links.

Opeens staan ze voor het zwembad.

Bij het zwembad moet elk kind twee aan twee staan.

Dan pas mogen ze naar binnen.

 

Roy kent de weg in het zwembad.

Het is het zwembad waar hij met Anil is geweest.

Daar zijn de kleedhokjes.

En hier kun je je wassen.

Roy kleedt zich snel om.

Wat is de nieuwe zwembroek mooi!

Hij is rood.

[pagina 23]
[p. 23]


illustratie

[pagina 24]
[p. 24]

De zwemmeester wacht al.

Hij lijkt best aardig.

Hij neemt alle kinderen mee naar het ondiepe bad.

Een paar kinderen steken eerst een teen in het water.

‘Brrrr,’ roepen ze.

Zij vinden het water koud.

Maar Roy stapt er meteen in.

O, wat vindt hij het heerlijk.

Hier zou hij wel elke dag willen zijn.

 

‘Eerst gaan jullie leren drijven,’ zegt de zwemmeester.

‘Dat is liggen op het water.’

Roy probeert het.

Het lukt hem heel goed.

Je moet gewoon stil blijven liggen.

Maar niet alle kinderen vinden drijven makkelijk.

‘Goed zo,’ zegt de zwemmeester tegen Roy.

‘Jij zult snel leren zwemmen.

Jij kunt al heel goed drijven.’

 

Jammer, de les is gauw voorbij.

‘Tot de volgende week,’ zegt de zwemmeester.

Dan moeten alle kinderen het water uit.

Sommige kinderen zijn snel weg.

Maar Roy niet.

Hij vindt het te lekker in het water.

Hij komt er als laatste uit.

Roy loopt langs het diepe bad.

Hij komt langs de duikplank.

[pagina 25]
[p. 25]

De duikplank waar zijn vriend Anil zo van houdt.

Roy blijft staan.

Hij kijkt naar de duikplank.

Dan stapt hij erop.

Hé, de plank is niet glad.

Er zitten korrels op.

Het lijkt wel zand.

Zand met verf.

Gek dat dit op de plank zit.

Dat wist Roy niet.

Roy loopt naar het puntje van de plank.

Dan kijkt hij naar het water onder hem.

Wat zou hij heel graag van de springplank gaan.

Net als Anil.

Net als Anil en het meisje met de lange staart.

Wat hadden die een plezier.

Roy kijkt nog eens naar het water.

Van de springplank naar het water is niet heel ver.

En springen, dat durft hij best wel.

Dat vond Anil zo leuk.

En het meisje met de lange staart ook.

Roy kijkt weer naar het water.

‘Je kunt al goed drijven,’ zei de zwemmeester.

Roy kijkt van de duikplank naar het trapje.

Het trapje om uit het water te gaan.

Van de duikplank naar het trapje is ook niet heel ver.

Je moet gewoon op je rug gaan liggen.

En gaan drijven.

En dan wat draaien met je armen.

Zo kom je gauw bij het trapje.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken