Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Petra op kostschool (1973)

Informatie terzijde

Titelpagina van Petra op kostschool
Afbeelding van Petra op kostschoolToon afbeelding van titelpagina van Petra op kostschool

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.07 MB)

Scans (55.61 MB)

XML (0.15 MB)

tekstbestand






Illustrator

Guust Hens



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Petra op kostschool

(1973)–Cok Grashoff–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 92]
[p. 92]

14

De commissaris en zijn mannen stellen een onderzoek in. De kamer van juffrouw Bleek wordt overhoop gehaald. Geen enkel voorwerp wat gestolen zou kunnen zijn, wordt gevonden.

‘Zij is onder hypnose,’ zegt juffrouw Boei tegen commissaris Hageman.

De commissaris knippert met zijn ogen.

‘Watblief?’ vraagt hij.

‘Onder hypnose van haar verloofde...’

‘Zij is dus verloofd?’

‘Zij was verloofd.’

‘De verloving is uit?’

‘Ja!’

‘Dat was dus een zware slag voor haar?’

‘Een heel zware slag!’

‘En u beweert dat zij daardoor tot deze vreemde dingen is gekomen?’ vraagt de commissaris.

‘Ja. Dit meisje is door en door eerlijk. Zij is volkomen betrouwbaar. Ik zie het als een wanhoopsdaad. Als een soort signaal: ik ben in nood!’

De commissaris knippert weer met zijn ogen.

‘Zozo,’ zegt hij.

Dan keert de commissaris juffrouw Boei de rug toe.

‘We vertrekken, mannen,’ zegt hij. ‘We zullen deze zaak maar blauw-blauw laten!’

Juffrouw Bleek ligt in een wit bed.

Zij is overspannen van de doorgestane emoties.

[pagina 93]
[p. 93]

De leerlingen mogen haar om beurten van hun zakgeld een cadeautje brengen.

‘Ik ben me daar niet gek,’ zegt Anja de Raaf. ‘Ik ga me daar van mijn eigen centen wat moois aan dat nare wijf geven!’

‘Het hoeft niet duur te zijn,’ zegt Petra. ‘Het mag goedkoop zijn!’

‘Geef jij wel wat?’

‘Ja, wij gaan iets aanbieden,’ zegt Peter.

Hij knipoogt naar Petra.

Ze hebben elk een spekkie gekocht.

Die zullen ze op het nachtkastje van juffrouw Bleek achterlaten.

‘Het overhandigen van de cadeaus is een mooie gelegenheid om te spioneren,’ heeft Sjonnie Molendijk gezegd.

Juffrouw Bleek wordt dan ook overladen met veterdrop, kauwgom, zoethout en zwart-wit.

Als Petra en Peter even alleen zijn met juffrouw Bleek, vraagt Petra opeens:

‘Waar woont uw verloofde?’

‘Paetstraat 313!’ antwoordt juffrouw Bleek automatisch.

Dan begint zij te snikken.

‘Ik heb geen verloofde meer!’

‘Wij zoeken hem op!’ belooft Petra. ‘Wij zorgen ervoor dat alles weer goed komt!’

Juffrouw Bleek kijkt de kinderen dankbaar aan.

‘Doen jullie dat?’ vraagt zij.

‘O ja!’ zegt Peter, die tot dusver zijn mond heeft gehouden. Na het bezoek vragen ze verlof aan juffrouw Kwiel om de verloofde van juffrouw Bleek op te zoeken.

‘Aha!’ roept juffrouw Kwiel uit. ‘Jullie willen koppelen!’ ‘Juffrouw Bleek wordt direct beter als zij haar verloofde

[pagina 94]
[p. 94]

terug heeft,’ zegt Petra. ‘Dat zien wij zo aan haar!’

‘Mijn zegen hebben jullie!’ zegt juffrouw Kwiel.

Petra en Peter gaan op weg naar de Paetstraat. De straat is in de buurt van de Dierentuin. Je kunt er de leeuwen horen brullen. Een grappige bijkomstigheid is dat de verloofde Bram van Leeuwen heet.

Peter belt aan.

Petra's hart bonst van opwinding.

De deur gaat open.

‘Ja?’ horen ze een stem bovenaan de trap.

‘Wij hebben een dringende boodschap!’ roept Peter. ‘Mogen we binnenkomen?’

‘Zeker van juffrouw Bleek. Nou... zeg maar, dat ik niets meer met haar te maken wil hebben. Doen jullie de deur achter je dicht?’

‘Het gaat niet over juffrouw Bleek!’ schreeuwt Peter naar boven. ‘Het gaat over horloges, kettingen, armbanden, ringen, sieraden...’

‘Niet zo luid!’ roept Bram van Leeuwen, terwijl hij enkele treden omlaag komt. ‘Sluit de deur en kom boven!’

Petra en Peter beklimmen de trap.

Ze worden vriendelijk door Bram van Leeuwen ontvangen. ‘Kom gezellig in de kamer, kinderen,’ zegt hij. ‘Dan kunnen wij wat babbelen!’

De kinderen gaan op de brede bank zitten.

Bram van Leeuwen neemt tegenover hen plaats in een fauteuil.

‘Vertel op,’ zegt hij. ‘Hoe maakt mijn verloofde het?’

Petra knikt blij.

Gelukkig, hij spreekt weer over zijn verloofde en niet over juffrouw Bleek. Dat is een gunstig teken.

‘Zij verlangt erg naar u,’ zegt Petra.

[pagina 95]
[p. 95]

‘Ach!’

‘Ja heus!’

‘Ach!’

‘Dat met die sieraden zit u dwars!’ zegt Peter plotseling. ‘Ja!’ roept Bram van Leeuwen uit. ‘Waar zijn ze!’

‘Sjonnie Molendijk heeft ze veilig opgeborgen,’ zegt Peter. ‘En u krijgt de sieraden terug, zodra u het weer goed hebt gemaakt met juffrouw Bleek. Die arme juffrouw gaat er onderdoor!’

‘Bij Sjonnie Molendijk?’ vraagt Bram van Leeuwen. ‘Wie is dat?’

Hij strijkt met zijn hand over zijn ogen.

‘Ach, jullie zijn ook van de kostschool en Sjonnie logeert daar ook.’

‘Die sieraden zijn gestolen,’ zegt Petra.

‘Jaja, dat weet ik,’ antwoordt Bram van Leeuwen. ‘Erg is dat, hè. Ik ontdekte bij mijn verloofde een enorme drang tot stelen. Ik probeer dat zoveel mogelijk tegen te gaan, maar het is me nog niet gelukt.’

‘En u deed zelf mee,’ zegt Petra.

‘Ik moest wel. Als ik geprotesteerd zou hebben, zou ik de aandacht trekken. Dan werd zij misschien wel gearresteerd.’

‘U liegt!’ zegt Peter.

‘Ik lieg niet!’ zegt Bram van Leeuwen met een onschuldig gezicht.

‘Hij kan gelijk hebben,’ zegt Petra tegen Peter. ‘Toen ze vannacht bij die supermarkt inbrak, was hij er niet bij!’

‘Wat?’ roept Bram van Leeuwen uit. ‘Heeft zij ingebroken? Waar?’

‘Niets bijzonders!’ antwoordt Peter. ‘Bij een supermarkt. Zij kwam er met een tas vol wekkers uit!’

[pagina 96]
[p. 96]

De ogen van Bram van Leeuwen beginnen begerig te schitteren.

‘Zijn die ook bij Sjonnie Molendijk?’

Peter kijkt hem niet begrijpend aan.

‘Die wekkers!’

‘O nee, die zijn door de politie in beslag genomen,’ zegt Petra.

‘Politie?’ vraagt Bram van Leeuwen. ‘Is er politie bij geweest?’

‘Er is zelfs een onderzoek geweest op de kostschool,’ zegt Petra.

‘En?’ vraagt Bram van Leeuwen nieuwsgierig.

‘Niets gevonden,’ antwoordt Petra.

‘Gelukkig!’

Bram van Leeuwen zucht.

‘Ook niet bij Sjonnie Molendijk?’

‘Nee!’

‘Bij hem hebben ze niet eens gekeken,’ zegt Peter. ‘Wel bij uw verloofde, maar zij had geen gestolen waar op haar kamer.’

‘Daar ben ik blij om,’ zegt Bram van Leeuwen.

‘Wat moet zij met al die horloges, kettingen, armbanden, sieraden?’ vraagt Petra.

‘Kijk,’ legt Bram van Leeuwen uit. ‘Zij is net als een ekster. Ziet zij een glimmend voorwerp, dan moet zij het pakken. Dat is geen stelen hoor. O nee, dat heeft niets met stelen te maken. Ze houdt alleen van glimmende voorwerpen. En zij is bezeten van alles wat tikt.’

‘Wat tikt?’ vraagt Petra.

‘Ja, horloges, wekkers, klokken.’

‘O, bedoelt u dat!’

‘Elektrische klokken zal zij bijvoorbeeld nooit weghalen,

[pagina 97]
[p. 97]

want die tikken niet. Er zijn natuurlijk wel elektrische klokken met een neptik, maar zover gaat haar begeerte niet.’

‘Dus getikt!’ fluistert Peter tegen Petra. ‘Ik dacht al zo iets!’

‘Zei je wat?’ vraagt Bram van Leeuwen.

‘Nee, nee,’ antwoordt Peter.

Bram van Leeuwen staat op.

‘Ik ben jullie erg dankbaar,’ zegt hij.

‘Gaat u naar juffrouw Bleek toe?’ vraagt Petra.

‘Doe ik daar verstandig aan?’ vraagt Bram van Leeuwen. ‘O ja,’ zegt Petra. ‘Het zal haar genezing zijn!’

‘Dan ga ik naar haar toe!’ beslist Bram van Leeuwen, terwijl hij even zijn ogen dichtknijpt.

Hij loopt op Petra en Peter toe.

‘En voor jullie heb ik een verrassing,’ zegt hij. ‘Kom maar eens mee dan laat ik jullie wat zien!’

Bram van Leeuwen gaat voor, een gang door.

Petra en Peter volgen.

Bram van Leeuwen opent een kast.

‘Het is heel bijzonder,’ zegt hij.

Petra en Peter rekken nieuwsgierig hun hoofd.

Opeens geeft Bram van Leeuwen hen een duw.

De kinderen vallen voorover in de kast.

Petra komt op een stofzuiger terecht en Peter in een mand met aardappelen.

Bram van Leeuwen smakt de deur dicht.

Petra en Peter bevinden zich opeens in het aardedonker.

Bram van Leeuwen draait de deur op slot.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken