Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bric à brac (1957)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bric à brac
Afbeelding van Bric à bracToon afbeelding van titelpagina van Bric à brac

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.64 MB)

Scans (5.88 MB)

XML (0.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bric à brac

(1957)–Jan Greshoff–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Taalkennis en het nieuwe Europa

De taalverarming is geen Nederlands verschijnsel. Uit vrijwel alle landen, zelfs uit Frankrijk, komen geregeld berichten over een geleidelijke vermindering van de kennis der moedertaal. En ook daar wordt steeds meer geklaagd over zwak en verkeerd taalonderwijs op examens. Niet het taalonderwijs laat ernstig te wensen over, maar de algemene taalbewustheid neemt uit onnaspeurbare oorzaken zienderogen af. Dit is een erosieverschijnsel en daarom bedenkelijk, men begrijpt en gevoelt niet meer, zeker niet meer zo sterk als vroeger, dat de taal oneindig méér is dan een technisch uitwisselingsmiddel. Men gelooft niet meer in de taal, men heeft de taal niet meer lief; men gebruikt haar eenvoudig. Van een voorwerp van mystieke

[pagina 101]
[p. 101]

verering, is zij tot een simpele zaak van onmiddellijk nut verlaagd.

‘De taal is gansch het volk’ zei Gezelle, en dat was misschien nog waar in zijn tijd. Wij moeten echter zeggen: ‘de taal behoort weer gans het volk te worden.’ De taal is alles wanneer het volk er zich volkomen mee vereenzelvigt en wordt een practisch, maar vrijwel dood hulpmiddel, zodra het volk er geen wezenlijke belangstelling meer voor toont. De taal komt uit het volk voort, leeft en streeft, groeit en bloeit uit en met en door het volk. En de knapste taalgeleerde kan niet veel anders doen dan die groei en die bloei, dat leven en streven bestuderen, rangschikken en verklaren. Maar hij kan geen invloed hoegenaamd uitoefenen op de richting of de aard van de taalontwikkeling. Een rijke taal is de taal van een (geestelijk) rijk volk; een levendig, beweeglijk, oorspronkelijk volk. En het is deze onafwijsbare wisselwerking, welke de toekomst bepaalt zowel van de taal als van het volk.

Laten wij onszelf en onze kinderen er steeds weer van doordringen dat de taal oneindig méér is dan een hulpmiddel voor het dagelijks verkeer, dat de taal opkomt uit de diepste diepten van ons verleden en in verband staat met de diepste diepten van ons wezen. Dat wij ons onherroepelijk verarmen als wij onze taal door achteloosheid, laten verarmen: dat wij ons karakter verliezen naarmate wij toestaan dat onze taal haar karakter verliest; dat wij onze geestelijke, stoffelijke en politieke persoonlijkheid, en daarmede onze onafhankelijkheid, in gevaar brengen wanneer wij de belangstelling in onze taal gaan verliezen.

Wanneer de toekomstige ontwikkeling van Europa in steeds meerdere mate inbreuk maakt op de souvereiniteit der volkeren, moeten zij, willen zij hun geestelijke zelfstandigheid bestendigen, er alles op zetten hun taal rijk, zuiver, lenig en eigenaardig te houden. Dan meer dan ooit zullen de volkeren, binnen de politieke toekomsteenheid, vereenzelvigd worden met hun taal. Geven zij die op dan gaan zij op, verdwijnen zij, in het nieuwe geheel. Wie dus een voorstander is van de Europese statenbondstaat en tóch Nederland met zijn schat van overleveringen wil bewa-

[pagina 102]
[p. 102]

ren, moet beseffen dat hij dat alleen kan bereiken door het strikt en streng handhaven van het Nederlands in zijn zuiverste, eigenste vorm.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken