Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vergelijkend-syntactische studie van den Renout en het Volksboek der Heemskinderen (1934)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vergelijkend-syntactische studie van den Renout en het Volksboek der Heemskinderen
Afbeelding van Vergelijkend-syntactische studie van den Renout en het Volksboek der HeemskinderenToon afbeelding van titelpagina van Vergelijkend-syntactische studie van den Renout en het Volksboek der Heemskinderen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.75 MB)

Scans (2.50 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

proefschrift


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vergelijkend-syntactische studie van den Renout en het Volksboek der Heemskinderen

(1934)–L.A.H. Albering–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

III.
Verschillen in het woordgebruik.

§ 5.

De verschillen in het woordgebruik heb ik in alle zes fragmenten en de daarmee overeenstemmende deelen van Vb. beschouwd, doch alleen daar, waar de teksten overigens, wat den inhoud betreft, correspondeeren. Bij deze vergelijking kunnen we drie groepen onderscheiden:

1. Mnl. woorden, die in Vb. een anderen, meer modernen vorm krijgen.

[pagina 11]
[p. 11]

2. Woorden en uitdrukkingen, die door andere worden vervangen.

3. Uitdrukkingen en zinnen, die in Vb. geheel worden omgewerkt.

In de tweede en vooral in de derde groep gaat het verschil in woordkeuze dikwijls samen met syntactische verschillen; deze afwijkingen worden dan ook in de verschillende syntactische hoofdstukken behandeld.

Mnl. woorden, die in Vb. een anderen, meer modernen vorm krijgen.

§ 6.

Het aantal gevallen van deze groep is vrij gering. Vooral wat de werkwoordsvormen betreft, vinden we maar enkele voorbeelden. Zoo vervangt de analogievorm ‘vanghen’ het mnl. ‘vaen’; ‘geschiede’ staat misschien in plaats van ‘geschach’Ga naar voetnoot1). Een consequenter spelling, die we ook elders aantreffen, heeft Vb. in ‘brengdi’ naast Rt. ‘brindi’.

Ook wat de niet-werkwoordelijke vormen betreft, vinden we weinig veranderingen in de woorden zelf. Ik laat hier een lijstje van afwijkende woordvormen volgen, waarin de eerstgenoemde woorden telkens den ouden vorm aangeven:

binder stede - binnen der stede.
droeve - droevich.
elx - elkes.
haesticheden - haesten.
jegen - tegen.
campioen - campenioen.
kempe - campenioen.
kerstine - kersten.
kerstinede - kerstenrijc.
lachter - laster.
metsers, metsenaren - metselaers.
niemen - niemant.
portenare - portier.
scamp - scande.
sorcors - secours.
sweer - swager.
te hem - tot hem.
willecome - welcoem.

Het voegwoord ‘gelijc’ wordt in Vb. verzwaard tot ‘gelijk of’Ga naar voetnoot2); omgekeerd wordt ‘al te hant’ vervangen door ‘te hants’. Verschil in volgorde in een verbinding vinden we bij ‘mallijc up andren’ > ‘op malcander’; ‘werx mee’ > ‘meer werx’.

[pagina 12]
[p. 12]

Woorden en uitdrukkingen, die in Vb. door andere worden vervangen.

§ 7.

Verouderde of niet meer bekende, althans in een bepaalde beteekenis niet meer bekende vormen worden in Vb. door andere vervangen. Specifiek mnl. en epische woorden en uitdrukkingen zijn daardoor verdwenen, terwijl er vaak andere telkens terugkeerende vaste uitdrukkingen voor in de plaats komen. Ook kan de gevoelswaarde van een uitdrukking door de wijziging veranderen, b.v. als ‘arger puten kint’ vervangen wordt door ‘du verwaende geck’.

A. 1o. Bij de vergelijking van het woordgebruik valt aanstonds in het oog het verschil in keuze bij het werkwoord, dat de inleiding tot de directe rede vormt. Rt. gebruikt bij voorkeur ‘sprac’; hiervan telde ik 34 gevallen, in plaats waarvan Vb. 29 maal ‘seide’ bevat. Eénmaal vinden we in beide teksten ‘sprac’: Rt. 462 Huge dAvernaes sprac te desen: - Vb. 62.22 Heer Hughe van Avernaes sprac met toernigen moet als hi desen raet had horen geven. - Het werkwoord ‘sprac’ heeft hier in Vb. niet zonder meer de beteekenis ‘seide’; feitelijk is de zin een bekorting van: ‘sprac met toernigen moet als hi desen raet had horen geven ende seide’:Ga naar voetnoot1) - ‘sprac’ is hier bepaald geëischt door het volgende ‘met toernigen moet’. Overigens wordt ‘sprac’ met schakeering van beteekenis in Vb. vervangen door: vraechde, antwoirde en: riep met haesten.

In Vb. blijkt dus het oude gebruik van ‘sprac’ (= ‘zeide’) niet meer voor te komen.

Veelvuldig, n.l. 24 maal, bevat Rt. als inleidend Vf. tot de directe rede ‘antworde’, waarvoor in de plaats Vb. weer in de meeste gevallen (22 maal) ‘seide’ kiest; éénmaal blijft ‘antworde’ in Vb. gehandhaafd. Het Vf. ‘riep’ komt tweemaal in Rt. voor als inleiding tot de directe rede; in één geval wordt het in Vb. door ‘seide’ vervangen, in het andere bevat Vb. een constructie met een participium praesentis: riep hi seggende.Ga naar voetnoot2)

Conclusie: Als inleiding tot de directe rede gebruikt Rt. bij voorkeur ‘sprac’ of ‘antworde’, Vb. daarentegen ‘seide’.

[pagina 13]
[p. 13]

2o. Wat betreft het gebruik van de werkwoorden, die ‘zich voortbewegen, gaan’ uitdrukken, bemerken we in Rt. een voorkeur voor ‘varen’, in Vb. voor ‘riden’.

B. Analytische coördinatie als uitdrukking van een complex-begrip is in Rt. een vrij veelvuldig voorkomend verschijnsel, evenals het gebruik van gecoördineerde varieerende woorden.Ga naar voetnoot1) Deze epische of primitieve vormen worden in Vb. in de meeste gevallen door één woord vervangen. Zoo vinden we als voorbeelden van analytische coördinatie bij werkwoordelijke vormen bijv.:

Rt. ginc ende ontboet > Vb. ontboet, Rt. gerede sine vaert ende maectene te C. waert > Vb. gine na C., Rt. gereden si haerre vaert ende voeren > Vb. voeren, Rt. nem ende ghef > Vb. bringe, Rt. namen ende staken > Vb. bonden, Rt. va ende gevaen sendeGa naar voetnoot2) > Vb. gevangen woude senden -

Bij niet-werkwoordelijke vormen vinden we de volgende voorbeelden:

Rt. min no mee > Vb. niet, Rt. stichten roef ende brant > Vb. vernielent, Rt. vrageden omme niemare ende waer.... > Vb. vrageden waer....

Bij de varieerende vormen vinden we enkele met romaanschgermaansche variatie: Rt. prijs en de ere > Vb. eer, Rt. huus ende castele > Vb. castele. Verder: Rt. redene ende wort > Vb. worde, Rt. sprac ende seide > Vb. seide.Ga naar voetnoot3)

Niet altijd worden deze varieerende uitdrukkingen door één woord vervangen. Er komen twee gevallen voor, waarin ook Vb. gecoördineerde woorden gebruikt; in Vb. zijn zij niet in die mate synoniem: Rt. borge ende steen > Vb. steden ende sloten, Rt. edele ende goet > Vb. goedertieren ende eerbair.

Zelfs het tegendeel constateeren we eenige keeren, dus gevallen waarin Vb. wèl en Rt. geen gecoördineerde woorden bevat. Zoo vinden we als gevolg van de neiging in Vb. om ‘sprac’ ende ‘antworde’ te vervangen:

[pagina 14]
[p. 14]

Rt. sprac te R. saen: > Vb. riep hi tot R. ende seide:, Rt. antwoirde hem te hant: > Vb. riep hi ende seide: - Verder moeten nog genoemd worden: Rt. castele > Vb. castele ende sloten, Rt. lachter > Vb. scande ende laster, Rt. misbaren > Vb. clagen ende screyen.

De volgende voorbeelden zijn te verklaren als meer beredeneerde, vollediger mededeeling:

Rt. wel houden > Vb. voeden, ophouden ende liefhebben - Rt. willen allegader // Seggen onse namen. > Vb. willen wi gaerne doen ende seggen hoe wi hieten - Rt. sweech > Vb. antwoirde noch niet ende sweech stille. - Rt. verstoet > Vb. gelesen hadde ende dat inhouden daerof verstaen -

Behalve gecoördineerde woordvormen worden verschillende mnl. uitdrukkingen in Vb. vervangen door één woord met dezelfde of nagenoeg dezelfde beteekenis:

te hulpen staen - helpen.
vor hem brochten - toechden.
sine trouwe geven - beloven.
crone spannen - cronen.Ga naar voetnoot1)
van herten houd - getrou.
in therte vro - blide.
herde gram - toernich.
met also groter listen - heimelic.
taleerst als - als.
luttel min dan - meer dan.
up die stede - daer.

C. Wat het gebruik van romaansche woorden betreft, constateeren we, dat Vb. talrijke van de vormen, die Rt. bevat, vermijdt, maar aan den anderen kant ook verschillende aan het Fransch ontleende woorden invoert. Specifieke mnl. epische vormen zijn verdwenen, nieuwe, vaak ‘deftige’ woorden zijn opgenomen.

Vermeden zijn in Vb. de volgende romaansche woorden uit de 6 fragmenten van Rt.:

assaut.
bottoen.
bovier.
conckereeren.
delijt.
fonteyne.
foreest.
garsoen.
joie,
paradijs.
pardoen.
payiene.
pedrieren.
poutenier.
porte.
prenden.
proye.
quareel.
samijt.
scarlaken.
sorcoersene.Ga naar voetnoot2)
storie.
tribuken.

[pagina 15]
[p. 15]

Toegevoegd in Vb. of in plaats van nederlandsche vormen uit Rt. vinden we:

certeyn. (Rt. in trouwe.)
destrueren.
festeeren.
gracie. (Rt. ere.)
hystorie. (Rt. liet.)
met reverencie. (Rt. met minne).
gescoffiert.
valleye. (Rt. dal.)
vermaledijt (Rt. verdomet).
victorie. (Rt. zege.)
yuwelen.

Correspondeerende romaansche woorden, soms afwijkend in spelling of vorm, zijn:

abt - abt.
bannieren - banieren.
baroene - baroene.
bliaut - bliaut.
campioen (kempe) - campenioen.
casteel (burch, huus) - casteel.
cierheit - chierheit.
couverturen - couverturen, coffertuer.
fransois - fransoeis.
marberijn - morben.
portenare - portier.
roche (rootse, roetse) - roetse.
sorcors - secours.
soudane - soudanen.

De frequentie en de aard der romaansche woorden in Vb. blijkt uit de alphabetische lijst betreffende het overige gedeelte van het Volksboek, die ik hierachter laat volgenGa naar voetnoot1).

D. De praefigeering der werkwoorden neemt, vergeleken bij Rt., in Vb. toe. Verschillende mnl. werkwoorden hebben blijkbaar iets van hun kracht verloren en krijgen in Vb. een praefix toegevoegd; ook wordt het praefix ‘ge’ door ‘ver’ vervangen:

wondert > verwondert, helsten > omhelsten, volgen > navolgen, horde > verhorde, genomen > angenomen, gelinget - verlangen, gehort > verhoert.

Het praefix ‘ge’ verdwijnt in: gereden > reden, gevaen > vanghen. Met afwijking in het praefix vinden we: upgeven > overgeven, opgeleit > beleit, verrechten > berechten.

Zooals herhaaldelijk een Vf. verbonden met een adverbium in Vb. wordt verduidelijkt met behulp van een voorzetselbepalingGa naar voetnoot2), vinden we ook een voorbeeld van een gepraefigeerd adverbium, dat in Vb. vervangen wordt door een voorzetsel-

[pagina 16]
[p. 16]

bepaling: aneprant > nam in de hant; bovendien is hier het verouderde werkwoord vermeden.

E. Evenals bij andere woordsoorten toont Vb. een verarming van woordkeus in het gebruik van het adverbium ‘sere’. Verschillende adverbiale bepalingen met varieerende functie zien we in Vb. gewijzigd in ‘sere’: wende bitterlike > sere, met groten gere > sere, dankes hem omodelike > sere, bad genadelike > sere. Soms is ‘sere’ in Vb. alléén blijkbaar niet duidelijk genoeg meer en wordt daarom nader aangevuld: pinen sere > seer naerstelic, sagen up malcandere sere > seer droevich. Eénmaal wordt ‘sere’ in Vb. door een andere uitdrukking vervangen: liep so sere > met haesten; blijkbaar is deze beteekenis verouderd of verdwenen.

Afwijkende woordkeus in Vb. in geheel omgewerkte zinnen.

§ 8.

Het verschil in woordkeus gaat gepaard met syntactische verschillen; in de desbetreffende hoofdstukken worden deze gevallen behandeld. Hiertoe behooren o.a. stereotiep-epische formaties, die in het Volksboek zijn omgewerkt of door geheel andere constructies vervangen.

Wat de overige gevallen betreft, slechts in enkele zinnen gaat de keuze van een ander substantief samen met de omwerking van een heelen zin; het gebruik van een ander werkwoord daarentegen heeft in meer dan de helft der gevallen een afwijkenden zinsbouw ten gevolge.

Talrijk zijn de voorbeelden, waarin een zinsdeel in Vb. wordt uitgebreid tot een bijzin; ook komen enkelvoudige hoofdzinnen in Rt. voor, die in Vb. verduidelijkend zijn uitgebreid tot samengestelde zinnen. De oorzaak van beide laatste wijzigingen is de verklarende, beredeneerde bewerking van het epos in het Volksboek.

Betrekkelijk zelden vinden we afwijking van woordkeus gepaard gaande met een korteren zinsvorm in Vb.

Zie voor de genoemde verschillen de desbetreffende hoofdstukken.

[pagina 17]
[p. 17]

Hieronder volgt een lijst met oude woorden en beteekenissen, die in Vb. vermeden zijn: als gevolg hiervan is in de meeste gevallen de zinsconstructie gewijzigd:

Rt. 27 Doe die paerde achterwaren wale. - Vb. 24.2 ende doet haer paerden te gemake.
  69 Si bogen neder. -   24.19 Doe vielen die vier heren over haer knien.
  82 Maer hi verzweechse altemale. -   24.26 en antwoerde hem niet.
  102 Nochtoe zweech Aymijn die degen. -   24.35 Aymyn en antwoirde noch niet.
  192 bi mire trouwe! -   26.2 ic seg u certeyn.
  205 Si reiden echt in. -   59.8 Mit dien reden si mit Beyert int heer.
  259 Si beetten. -   59.28 Daer traden si vanden paerde.
  285 Tors es bagel ende groot. -   60.8 het is dat grootste ors.
  290 Yewe die coninc streec te dale. -   60.8 Doe liepen neder die ridders ende ioncfrouwen.
  324 Yewe onthaletse. -   61.10 ontfinc hise met bliscap.
  333 Aldus diendi hem te danke. -   61.12 Aldus dedese de coninc veel gemacs.
  380 Ende si waren hem van herten houd. -   61.29 Aldus dienden si Yewijn getrouwelic.
  439 So hebbic sinen evelmoet. -   62.12 so sal hi mijn viant worden.
  477 Men soudu houden over dwaes. -   62.29 men soude u min achten dan een dwaes.
  531 So haddise qualike upgegeven. -   63.18 dat waer scandelic, heer coninc.
  536 Yewe ginc vort met tesen rade. -   63.20 De coninc docht desen raet goet.
  588 Hier heift omboden (vgl. vs. 923). -   64.3 Hier heeft gesent coninc Karel van Vrancrijc enen bode met enen brief de inhout.
  664 Wat mag ic nu anegaen! -   64.30 Nu raet mij gi heren, wat best gedaen is.
  671 over de marken wijt. -   64.33 in veel plaetsen.
  683 Des balch hem dAvernaes. -   65.2 Dese woerden van Ancel vertorende seer A.
  753 Nu sal Renout al sonder sparen. -   65.24 ende met haesten opmaken.
  770 Sulke lieden wonnen wijngaerden (vgl. vs. 1944). -   65.31 sommige wonnen wyngaerden.

[pagina 18]
[p. 18]

Rt. 799 Aldus es die tale bleven. - Vb. 66.5 Hiermede scheide Yewyn van Reynout.
  854 Hoe soudi proeven nu op mi // Verradenesse! (vgl. vs. 1137). -   147.11 hoe soude hi mi verrader maken!
  923 Ontboet Yewe vele houde. -   148.9 sende eenen bode mit een brief tot Reinout de inhilt seer vriendelic enz.
  954 Die sake al uut ende uut geseit. -   148.19 dien hij die bootscap seide.
  974 Des suldi u...// Hierna scamen. -   148.29 die scande sal u te swair wesen te dragen.
  1067 Ende berade hem so we. -   149.17 ende leren hem sulcken spul.
  1085 Vliet varing van minen ogen. -   149.20 vliet wt minen ogen.
  1106 Ende sal hem te scande vergangen. -   149.32 hi en salt becopen.
  1137 dat willic nu // Al tehant proeven op u. -   150.11 ic does u lijden metten swaerde.
  1140 ‘Ongedeelt ware dese camp. -   150.12 vlg. (een corresp. zin ontbreekt).
  1180 God verwate di. -   150.30 ‘dat die scande geschien moet.
  1253 Roelant, gine doet nemmermeer. In Vrankrike wederkere.’ -   151.25 ghi en sult nemmermeer weder keren in Vranckrijc.
  1414 Metten scarpe van den spere. -   154.8 mit uwen spere.
  1415 Dat hijs niet mochte versumen, // Hine moeste enz. -   154.8 dat hi hem niet onthouden en mocht, hi en moest vallen van Beiert.’
  1456 Daer hi jagede met ghenint // Op .i. groet ors. -   154.19 comen ridende op een wit ors.
  1458 Ende hadde... // .I. ever gheporret. -   154.20 afwijkend: ende vervolchde een ever seer strengelic.
  1925 Wildi sijn dapper ende snel, // Ende u bedarve doen wel. -   201.11 wildi wel doen ende trouwelic arbeiden.
  1944 Hi drouch sulke steen. -   201.16 ende droech sommige stenen.
  1991 Die piners hadden groten toren. -   201.23 dit was den arbeytsluiden verdrietelic.
  1997 Die cnapen slougen .i. raet. -   201.25 sloten met malcander eenen raet.

voetnoot1)
(Rt. 851 Ogiere) geschach (die ere groot) ontbreekt in het Handschrift.
voetnoot2)
Zie bij ‘De functies der voegwoordelijke bijzinnen’: de zinnen met ‘of’, § 61.

voetnoot1)
Zie bij: B. en ‘Kortere vormen in het Volksboek’, § 4, 2o.
voetnoot2)
Zie: Participiale Constructies, § 27, 1o.
voetnoot1)
Een geval van ‘onderbroken’ varieerende coördinatie vinden we in: Rt. 523 Ysoreit sprac ende tart vort, // Ende seide:
voetnoot2)
vs. 591-596, ‘va’ ontbreekt in het Hs.
voetnoot3)
vgl. A.
voetnoot1)
Niet altijd wordt in Vb. ‘crone spannen’ gewijzigd in ‘cronen’: Vb. 24.23 want hi en kent niemant so edel of hoge geboren de hem sonder u mach spannen de croen -.
voetnoot2)
Het substantief ‘sorcors’ heeft in Vb. den correcteren vorm ‘secours’.
voetnoot1)
Zie Aanhangsel, blz. 129.
voetnoot2)
vgl. § 23.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • over Historie vanden vier heemskinderen

  • over Renout van Montalbaen