Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Methodologie (1961)

Informatie terzijde

Titelpagina van Methodologie
Afbeelding van MethodologieToon afbeelding van titelpagina van Methodologie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.28 MB)

XML (1.16 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/sociologie
non-fictie/filosofie-ethiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Methodologie

(1961)–A.D. de Groot–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige
[pagina 403]
[p. 403]

Zaken-register

De getallen achter de hoofdwoorden en afgeleide trefwoorden verwijzen naar pagina's, waarop het onderwerp in kwestie of letterlijk genoemd wordt zoals het in het register staat, of in iets andere vorm aan de orde komt.

Vetgedrukte getallen verwijzen naar passages van bijzonder belang: definities en dgl.

 

aanvaarding
- (en verwerping) van theorieën 112-124, 117
 
abstracta en illata 68, 69
 
ad hoc
- hypothesen 45, 114, 119, 335
selectie - 56, 57
- constructie (van instrument) 192
codering - 220-224, 221
 
afbeelding
meting als analoge - 229-233, 234
 
afstand
logische - tussen theorie en feiten 67, 78, 83, 84, 137, 224
- in meetschaal 227, 232, 233, 234, 280, 281, 311, 312
-sinterpretatie van fouten 311
 
algorithmische
heuristische en - routines 357
 
antropologie 128, 190, 210
 
antropometrie 111
 
antropomorfisme 74
 
aselecte
- keuze 106, 166
- steekproef (random sample) 195, 201, 204, 208
tabel van - getallen 206
 
aspect-rijkdom 327, 369
 
astronomie 95
 
atomisme 52
attitude
-test 189, 345
-schalen 215, 301
 
attribuut(buten)
- (eigenschap) tegenover object (systeem) 68, 90, 194, 232, 369
invariante en veranderlijke - 294
isoleerbaarheid van - 369, 370
 
axiomatische
- methode, opbouw, vorm 42, 51, 63, 80, 129, 352, 353, 354
 
bedrijf
beoordeling in - 242, 250
selectie in - 266, 267, 269
werkclassificatie in - 345
 
begrip(pen)
theoretisch(e) - 39, 40, 42, 85, 89, 120-124, 150-153
verklarings- 39, 40
hypothetische (vs. empirische) - 39, 40, 67-70, 85, 274, 303
eigenschaps-(attribuuts-) vs. systeem-(objects)- 68, 90, 194, 232, 369
metaforische - 69, 70
ontwikkeling van - 92, 120-124, 277
-zoals-bedoeld 78, 87, 89, 90, 122, 135, 138, 183, 187, 260, 261, 262, 264, 277, 278, 304
-(factor) en variabele 68, 85, 89-92, 121, 179-193, 179, 256, 258, 264, 271-277, 271
nomologisch net van - 85, 121, 122, 272, 276, 318
[pagina 404]
[p. 404]
operationeel definiëren van - 31, 87-88, 89-92, 122, 152, 256, 257, 258, 273
empirische specificatie van - 86, 87, 121, 138, 150-153, 178
instrumentele realisering van - 135, 150, 152, 179-193, 179-182, 225, 239, 240, 261, 292
meting van - 271, 306
 
begrips-
-vorming (vrijheid van -) 39-40, 67, 70, 316
-onderscheidingen 78, 87, 88
 
begripsvaliditeit (construct validity) 153, 218, 249, 271-274, 275, 282, 296, 306, 318
mate van - 274, 277
bijdragen tot - 274-276, 277
predictieve en - 273, 277, 278, 297
- en betrouwbaarheid 278, 292
- en interne consistentie 278
- als theoretisch probleem 276-278
- van samengestelde variabele 346
 
begrijpelijke samenhang 56, 168, 169, 175
 
begrijpen (zie interpretatief denken)
 
belang
maatschappelijk en theoretisch - 22, 23, 24, 260
- van analyse vooraf 142-146
 
benadering
- van begrip(-zoals-bedoeld) 90, 91
- van ware waarde 282, 283
lineaire - 348, 349
 
beoordelaar(s)
- als instrument 236-239, 253
persoonlijke vergelijking van - 242
ongecontamineerde - 237, 244, 333, 343
belangeloze - 244, 248-250
onafhankelijke - (getuigen) 244, 249, 341, 343
onwetendheid van - 246, 334
 
beoordeling(sprocedures) (zie ook objectiviteit en intersubjectiviteit) 181, 227, 236-255
- in onderwijs 239-244
- in bedrijf 242, 250
- van materialen of personen 249, 250
-scriteria 239
-sproblemen en -effecten 239-244, 250
-svariabelen 249, 250
-svoorzorgen en controles 244-248:
concentratie bij - 244, 245, 246, 251
decompositie bij - 246, 248
eliminatie bij - 244, 245, 246, 251
gedwongen verdeling bij - 244, 247, 248
reductie bij - 244, 245, 251
variatie van volgorde bij - 244, 246, 251
- per factor 246, 252
betrouwbaarheid en intersubjectiviteit bij - 237, 242, 243, 251
zekerheid bij - 247, 252, 253
kosten van - 299
- als kans- of deterministisch proces 309
 
besliskunde 66, 270, 352
 
beslissing
-sprocessen 52, 321, 360
confirmatie- vs. -sproces 295-297
 
betrouwbaarheid (meet-, reliability) 138, 140, 153, 186, 212, 216, 218, 219, 249, 252, 264, 265, 285-297, 292, 293, 302, 332
- van beoordeling (en intersubjectiviteit) 237, 242, 243, 251, 293
- van meting van object 284, 285, 294
- van instrument (vs. object) 290
- van achtergrondsvariabele 291, 292
- inclusief stabiliteit 294
maten voor - 285-289, 292-295:
herhalings-(-scoëfficiënt) 286, 287, 289
parallel -(-scoëfficiënt) 288, 289
halveer-(split halves)- 288
Kuder-Richardson- 288, 289
keuze van - maat 294, 295
normen voor - 295
- (precisie) en instrumentele utiliteit 261, 264
- en validiteit 264, 302
- en begripsvaliditeit 278, 292
- en interne consistentie 288, 289
 
bezinning
systematiek van de - 49, 50
[pagina 405]
[p. 405]
biased sample (zie representatieve steekproef)
 
biografie 336, 337, 341, 343, 367, 368
 
biologie 356, 368
 
bootstraps-effect
Münchhausen effect (-) 268
 
botanie 49
 
casuïstiek (case studies) 48, 323
 
causaal(ale)
- netten 349
- hypothesen 95, 98, 103, 106
 
causaliteit 169, 170, 347, 348, 349
- en finaliteit 348
 
chemie 49, 213, 214
 
classificatie
objectieve - (is meting) 227, 245
 
codering (objectieve -) 207, 217-220, 217, 253, 254
- en precodering 217, 219, 220
- ad hoc 220-224, 221
 
combinatie
- van (item)scores 187, 253, 300, 301, 305-308
(lineaire) - van variabelen 344, 345, 346
 
communicatie
wetenschappelijke - 114
-middelen 218
 
complexe
- problemen 344, 347, 348, 349, 352-360
- hulpmiddelen (procedures) 344, 345, 346, 349-352, 352-360
 
confirmatie 80, 82, 83, 103-133, 135, 137-140, 160, 164
-criteria 82, 106, 107, 108, 143
- van deterministische hypothese 103-105
- van probabilistische hypothese 107, 108, 109
- van samengestelde hypothese 108
- van theorie 112-124, 164, 166
(positieve en) negatieve - 83, 132
-waarde 83, 105, 106, 109, 111, 159, 164, 169, 170
probabilistische (statistische) - 105-109, 165, 166, 167
gegeneraliseerd -probleem 164, 165, 166, 167, 204
-waarde van simulatie 360
- vs. beslissingsproces 295-297
 
consistentie
logische (in)- of (niet-)strijdigheid van theorie 71-73, 72, 115, 117, 126, 131, 353
-(-controles) bij beoordeling 237, 249, 251, 252, 253, 311
interne - van instrument 289, 299-305, 300, 309, 311:
-controles 215, 302, 303, 304
-beleid 300, 301, 302
-analyse 302, 303, 304, 305, 306
begripsvaliditeit en interne - 278
betrouwbaarheid en interne - 288, 289
 
constructie (van instrument) 192, 193, 258, 260, 261, 262
- ad hoc 192, 193
-eisen 258, 262-264
schaal- 230, 300, 301, 309, 310, 311, 312
 
contaminatie 57, 139, 160, 161, 162, 163, 172, 173, 204, 206, 207, 222, 223, 237, 243, 244, 248-250, 254, 318, 323, 326
-(-effect) in engere zin 243, 248
voorzorgen tegen - 244, 248-250
gemeenschappelijke -s 250
- in registratie-methode 258
 
content analysis
inhoudsanalyse (-) 218
 
contradictie(s) (zie strijdigheid)
 
controle(s)
experimentele (en -)groep 135, 155, 163
experimentele (en -)populatie 154
-validatie 266
empirische - (zie ook criterium):
- op beoordeling 244-248
- op consistentie 246, 251
- op interpretatie 335, 341, 342, 343
 
- op intersubjectiviteit 244
- op Verstehen 365
convergentie (bij interpretatie) 337-341, 339
- binnen één interpretatie-methode 339
[pagina 406]
[p. 406]
correctie(s)
validiteits- 265, 266
- van betrouwbaarheidscoëfficiënt 286
 
correlatiepassim
- en dimensionaliteit 234, 235
betekenis van -coëfficiënt 348
 
counseling (zie psychotherapie)
 
creativiteit
- van de theoreticus 136
- van de expert 254
 
criterium(ia)
- voor evaluatie en validiteit (zie criterium(- variabele))
- voor waarheid en zekerheid 20
- voor waarnemen, classificeren, meten 49
- voor confirmatie 82, 106, 107, 108
- voor uitschakeling (selectie) 209, 334
- voor mate van objectiviteit 237
- voor (instrumentele utiliteit van) empirische variabelen 256-312, 262-265
- voor of controles op interpretatie 326, 330, 333, 335, 341, 342, 343
- voor ‘simulatie’ 358, 359
 
criterium-analyse 123
 
criterium (- variabele)
- voor evaluatie en/of validiteit 140, 234, 237, 238, 239, 250, 306
- voor predictieve validiteit 264-274:
tussentijds - (intermediate criterion) 91, 268
uiteindelijk - (ultimate criterion) 189, 268
essentieel en substituut - 268, 269
gelijktijdig - (concurrent criterion) 269
- problemen 266-271
validiteit van - 268
(verwisseling van) voorspeller en - 268
veelheid van - 346
 
cross validation
controle-validatie (-) 266
 
cybernetica 3, 4, 52, 356, 361
 
cyclus(i), (empirische) 1-19, 29-34
- zonder reflectie 1-5, 15
- van activiteiten 2, 3, 4
- in de reflectie 5-6, 12, 15, 24
- van psychische processen 6, 7
mentale (vs. reële) - 7-9, 15
verwerkings- van probleem 8, 9
algemene middel-doel - 10-12
creatieve - 12-14, 13
hermeneutische - 12-14, 14
- in de rapportering 18-19, 27
- in de wetenschap 29-34, 84, 176, 177, 178, 315
overlappende (substructuren van) - 4, 15
-vormen 15-16
onderzoek- 33, 37
 
deductie
- (als cyclus-fase) 29, 31, 71-102
- in methodologische zin 31
(logische) - vs. (empirische) specificatie 31, 76-82, 76
-(en specificatie-)stappen ad, bd (as, bs)76-79, 83, 85, 86, 89, 110, 135, 148, 149, 151, 152, 157
 
deductief(ve)
- verbijzondering 31, 76-79
- systeem 42, 80
- theorie 353
 
definitie
stipulatieve - 90
operationele - van begrippen (zie operationele -)
 
dekking (van begrip door definitie) (zie ook surplus-betekenis)
volstrekte, partiële, benaderende - 89, 121, 187, 256
 
denken
gericht - 7
het - van de schaker 8, 9
hardop - 9, 321, 358
creatief - 10, 12, 13, 14
productief - 12
interpretatief - 12, 14
 
denk-
-psychologie (zie psychologie van het denken)
(-)psychologie en methodologie X, 26, 35
[pagina 407]
[p. 407]
-processen 7-19, 356, 357
-simulatie 356, 357, 358, 359
 
descriptief(ve)
- en normatieve methodologie 25, 35
- systematiek 48
- onderzoek 224, 316, 317, 318, 319-322, 325
- universum- en steekproefonderzoek 319
 
determinisme (vs. wilsvrijheid) 22
 
deterministische
- hypothese 81, 107, 108
- machine 181, 187
 
diagnose(n)
medische - 154, 161, 162, 293
psychiatrische - 175
 
didaktiek 184
 
differentiatie
- van (meet-)schaal 279-281, 285, 287, 294, 296, 311
-maten 279, 280
 
dilemma van de onderzoeker 235, 236 (zie ook objectiviteit vs. relevantie)
 
dimensionaliteit
- van het universum 196
meer- 234, 235, 304, 305, 310, 311
 
dissertatie 350, 351, 352
 
distortie 258, 259, 281, 282
 
doel
sprong van - naar middel 6-7, 9, 11
algemene middel-cyclus 10-12
- van wetenschapsbeoefening 19-21
-, effect, maatstaf 182-185, 262
operationeel gerichte -analyse 183, 270
voorspellings- en beïnvloedings- 238
 
dogma(tisch) 40, 60, 65, 315, 354
 
economie(ische wetenschap) 68, 90, 110, 190, 273, 321, 336, 338, 353
 
economisch principe (parsimony) 66, 73-74, 115, 126, 130
-, formeel en inductief 73, 74
effect(en)
leer- 1, 3, 4, 197
doel, -, maatstaf (van beïnvloeding) 182-185, 262
- van psychotherapie 37, 182, 188, 191, 204
- bij beoordeling 239-244, 250:
halo- 241, 243, 246
signifisch - 242, 243
contaminatie- (in engere zin) 243, 248
normverschuivings- 243
sequentie-(of context-)- 243, 252, 254, 310
gemiddelde - (error of central tendency) 247
- bij instrument-constructie:
Münchhausen (bootstraps-)- 268
geheugen- 287, 288, 290, 291
 
efficientie
interne - van instrument 261, 263, 264, 297-312, 297, 298, 299
interne - en validiteit 264
interne - en scoring 297-312, 305
 
eigenschap
- (attribuut) tegenover systeem (object) 68, 90, 194, 232, 369
 
embeddedness 109
 
empathisch begrijpen 57-60, 59, 362 (zie ook verstehen)
 
empirische (zie ook controle, criterium, cyclus, specificatie, variabele, verbijzondering, wetenschap)
- vs. hypothetische begrippen 39, 40, 67-70, 85, 274, 303
(omlijnde) - referenties 75-76, 85, 114, 115, 126
 
entropie280, 281
 
ervaring
kennis en - 1, 2, 6, 7
verwerven van - (leren) 1-9
denkend verwerken van - 7
beredenerend verwerken van - 18-19
hogere -sprocessen 10-19
[pagina 408]
[p. 408]
e.s.p. (extra sensory perception) 44, 81, 109, 118, 205, 206, 207, 208
 
evaluatie
- in leer- en denkproces 3, 4, 5-19
passim, 25
twee delen van -proces 3, 5, 6, 32
-(-fase), van toetsingsuitkomsten in wetenschap 29, 32, 33-34, 40, 71, 102, 103, 137, 164, 168, 170, 182, 278:
toetsing en - 6, 32, 33
interpretatieve - 33, 46, 169, 170, 177, 329
(globale) - van theorie 353, 354, 356, 357, 358, 359
- van effect van beïnvloeding 182-185, 187, 188, 237:
- van effect van onderwijs of training 182, 184, 239
- van effect van psychotherapie 37, 182, 188, 191, 204
- criterium (zie criterium(- variabele))
- van variabelen (instrumenten) 262, 278
 
evident(e)(ie) 168, 175, 373
- generalisatie 168
 
existentie-bewijs
(empirisch) - 148, 153, 164, 317, 335
 
experiment
crucial - (experimentum crucis, kritisch -) 44, 112, 113, 133
variërend - 119, 165
 
experimentator
- en theoreticus 136
 
experimentele
- (toetsings-) opzet (experimental design) 16, 135, 136, 140, 142, 144, 153-156, 166, 186
- (en controle-)populatie 154
- (en controle-)groep 135, 155, 163
- factor en storende factoren 155
multi-factor - opzet 346
 
expert
- en formule 253-255
creativiteit van - 254
 
explicitering (van theorie of hypothese) 83-92, 84, 318, 357, 358, 360
-splicht 130-132, 336
-svertakking 83-84, 110, 134
 
explicitness 42, 72
 
exploratie(f)
- onderzoek 44, 54-57, 198, 223, 224, 266, 316, 317, 322-324, 325
- en toetsing(-sonderzoek) 54, 55, 56, 119, 266, 323, 351
empirische - 54-55
materiaal- 55-57
- als eufemisme 323
 
extensieve kwaliteiten 233
 
extrapolatie
toetsing door - (bij interpretatie) 335-337, 364
 
factor(en)
storende - 95, 99, 138, 139, 155, 158, 159, 161-163, 172, 244, 347
experimentele - en storende - 155
- en variabele (zie ook begrip) 179-180
 
factoranalyse 56, 91, 123, 124, 141, 224, 225, 235, 304, 324, 345, 346
 
falsificatie104, 105, 107, 108
- (weerlegging) van voorspelling 97, 99-102
- (weerlegging) van hypothese 132-133
- (weerlegging) van theorie 112-115, 132-133
 
falsifieerbaarheid99-102, 104, 105, 107, 132-133, 336
 
feedback
terugkoppeling (-) 3, 4, 12, 13, 17
 
feit(en) (zie ook materiaal)
-elijke ondergrond (uitgangsmateriaal) 29, 30, 37, 41, 43, 44-47, 48, 50, 51
verzamelen van - (als uitgangsmateriaal) 29, 30, 47, 48, 50, 54-55, 323
- en ideeën (theorieën) 30, 47-50, 136, 171
verzamelen van - (als toetsingsmateriaal) (zie materiaal)
 
fenomenologie 23, 49, 50, 130, 320, 350, 362, 363, 373
 
finaliteit348
[pagina 409]
[p. 409]
forced choice
gedwongen keuze (-) 225
 
forced distribution
gedwongen verdeling (-) bij beoordeling 244, 247, 248
 
formule
van expert naar - 253-255, 299
semi-intuitieve - 255
 
formulering (van theorieën en hypothesen) 71-133
- vooraf 71
normen, principes, eisen voor - 71-76, 177, 353
-sresultaat en -handeling 133
van - naar toetsing 134-170
- c.q. publicatie 40
 
forum(a) 18, 24, 27-28, 33, 39, 84, 109, 114, 115, 116, 117, 118, 121, 123, 124, 126-129, 130, 131, 168, 278, 330
(conventies van) verschillende - 126-129, 370, 371
 
fout
(systematische en) toevallige (meet-)- 281, 282, 283, 284, 290, 332
-score 284, 286, 289
 
functionele eenheid 212, 304
 
fysica (zie natuurkunde)
 
fysikalisme 52, 62, 315, 321
 
gedragsneerslag 249
 
gedragsvariabele(n) 262, 285, 287, 302
 
gedragswetenschap(pen) VIII, passim
 
gedwongen keuze (forced choice) 225
 
geesteswetenschap 14, 332, 372, 374
- en natuurwetenschap 361-362, 373
meting en tellen in - 365
 
geldigheid 264 (zie ook validiteit)
 
generalisatie
statistische - van steekproefbevinding 56, 163, 195, 203
-pretentie van theorie 66
-(-probleem) in wetenschap 104, 163-169, 164-165, 204
- naar kenmerk en naar populatie 165, 166
evidente - 168, 169
- van meetuitkomst naar begrip 138, 295-296
 
generaliserende en individualiserende methode 367
 
geologie 93, 368
 
geschiedenis (historisch, -icus)
quantificatie in - 62
hypothese, voorspelling, toetsing in - 93, 95, 113, 331, 334, 336, 337, 342, 343, 368
uitschakeling en selectie in - 209, 210, 335
beoordeling van ‘begrip’, in - 239-244, 245, 248, 249
interpretatie in - 14, 250, 337-341, 367
psychoanalyse van - materiaal 326-329, 331
uniciteit (idiografie) in - 362, 368
objectiviteit en forum in - 371
 
geschiktheid(scriteria) 269
 
groep(en)
experimentele (controle-)- 135, 155, 163
gelijkgeschakelde (matched) - 155, 163, 203, 215
 
grondslagenonderzoek 128
 
halo-effect 241, 243, 246
 
helderziendheid (prognosie) (zie E.S.P.)
 
herhaling
- van meting 285, 289
 
herhaalbaarheid 94, 104, 197, 198, 199, 249, 250, 362, 364
 
hermeneutische
- cyclus (cirkel) 12-14, 14
 
heuristische
- betekenis van theorie (model) 118, 354
- en algorithmische routines 357
 
historisch, -icus (zie geschiedenis)
 
holistisch 365
 
homogeneïteit (van item; van instrument) 303
[pagina 410]
[p. 410]
hypothese 16, 25, 29, 30, 31, 32, 33, 35-133, 45-46, 79
interpretatie, -, verklaring 44, 45, 46, 329
theorie, -, voorspelling 79-80, 81-82, 83-87, 93, 193
pretentie(-gebied) van theorie of - 63, 64, 66, 67, 75, 167, 359
- als-afgeleid en als te toetsen 86, 87, 194, 200
deterministische - 81, 103-105, 107, 108:
positieve (negatieve), universele - 81, 103, 104, 108
existentie - 81, 104, 109
‘gestoorde’ deterministische - 107
probabilistische - 81, 107
impliciete - 30, 48, 49, 168, 329, 335, 364
ad hoc - 45, 114, 119, 335
werk - 58, 65, 118
causale - 95, 98, 103, 106
operationele - 195, 200
finale - 348
unieke - 364
-toetsing, (zie - vorming en - toetsing)
 
hypothesevorming 30, 33, 35-70, 176, 177, 255, 315, 368
- en interpretatie 37, 46, 47, 335, 341
- en (hypothese-)toetsing 54, 55, 56, 59, 119, 199, 266, 341, 351
 
hypothetical construct (zie hypothetisch begrip)
 
hypothetisch begrip (vs. empirisch begrip) 39, 40, 67-70, 85, 274, 303
 
idiografisch
- vs. nomothetisch 360-362, 361, 362, 364, 365, 366, 367
 
illata
abstracta en - 68, 69
 
individualiseren
- vs. generaliseren 332, 367
 
inductie
- (als cyclus-fase) 29, 30
-proces en -resultaat 30, 71
-principe (-logica) 38, 39, 40
-probleem 164 (zie generalisatie-probleem)
 
informatie
(relevante) - en schijn-informatie 236, 247, 253, 279, 285
-theorie 279, 280, 281, 352, 356
-processen 360
 
inhoudsanalyse (content analysis) 218
 
input 9, 12, 14, 15, 33, 37
 
instrument(en)
- en variabele 135, 140, 141, 152, 179, 180, 257, 258, 260, 261, 262, 263
objectieve (of meet-)- 180, 185-187, 258, 299:
- in engere en ruimere zin 186, 257
constructie (ontwikkeling) van - 191-193, 216, 258, 260, 262-264, 300, 318
criteria voor (utiliteit van) - 256-312, 262-265
voorspellende en metende - 274, 302, 303, 305, 306
interne structuur van - 258, 298
(zie ook consistentie en efficiëntie)
samengesteld - 257, 298, 344
parallel- 288, 289
beoordelaars als - 236-239, 253
subjectieve en objectieve - 249, 299
 
instrumenteel(ele)
- realisering (van begrip) 135, 150, 152, 179-193, 179-182, 225, 239, 240, 261, 292
-(-nomologisch) onderzoek 140, 141, 316, 318-319, 325
- utiliteit 258, 259-262, 263
- utiliteit en validiteit 264
 
intelligentie 70, 77, 91, 122, 123, 173, 191, 228, 276, 295, 305, 345
kunstmatige - (artificial intelligence) 356, 357
 
interjudge-reliability (zie intersubjectiviteit)
 
interpretatie 44-47, 327
-, hypothese, verklaring 44, 45, 46, 329, 330-335, 340
- en hypothesevorming 37, 46, 47, 335, 341
[pagina 411]
[p. 411]
systematische - 55, 56, 57-60
-schema 58, 101, 339, 370
alternatieve - van bevindingen 138, 161, 169, 332, 339
het - probleem 326-329
methodologie van de - 47, 326-343:
(empirische) controles op (criteria voor) - 326, 330, 333, 335, 341, 342, 343, 365
aanvaardbaarheid van -(-methode) 331, 340
gebruik van beoordelaars bij - 333, 334, 343
extrapolatie bij - 335-337, 364
convergentie bij - 337-341
onafhankelijke - methoden 341
universum-partities bij - 341-343, 364
partiële ignorantie bij - 341
 
interpretatief(ve)
- denken 12, 14
- evaluatie 33, 46, 169, 170, 177, 329
-(-theoretisch) onderzoek 298, 316, 317, 325, 326-343, 350
 
interpreteerbaarheid
meervoudige - 327
 
interrelatedness 73
 
intersubjectiviteit (intersubjectieve overeenstemming) 236-255, 237
objectiviteit en - 236, 237
betrouwbaarheid en - 242, 243, 293
-scontrole (-scriterium) 237, 244, 249, 251, 252
 
interval
voorspellings- 97
-schaal 227, 228, 231, 232, 233, 234, 280
tijds- tussen metingen 287, 290, 291
 
interveniërend(e)
- variabelen (intervening variables) 68, 122, 224, 347
- psychische processen 347
 
interview 214, 321, 344
 
introspectie 223, 321
 
inventiviteit
- van de vorser 136
 
inversie252, 311
isomorfie (isomorfisme) 233-236, 233, 309
 
item212, 262, 299
-intercorrelaties 288, 289, 303, 304
-analyse (-selectie, -samenstelling) 301, 302, 306, 307
-parameters 302, 303, 308:
-differentiatie 302, 308
-moeilijkheid 302, 307
-validiteit 302
-homogeneiteit 303, 306, 308
-bijdrage tot validiteit 304
(optimale) -scoring en -weging 262, 305, 306, 307, 308, 345, 346
-bewerkelijkheid 307
-belangrijkheid 307
-rangorde 311, 312
 
kapitalisering
- op toevalligheden 56, 351
 
kengetal 227, 229
 
kennis
- als doel van wetenschap 19, 27
hypothese, -, wet 117, 118
- en ervaring 1, 2, 6, 7
 
kern
-gebied (en onbepaaldheidszône) van begrip 64, 314
 
keuze
-processen 5, 7-11, 354
rationele - 7, 11, 13, 356
- problemen bij hypothesevorming 60-70
aselecte - 106, 166
meervoudige - (multiple choice) 213, 214, 215, 219
gedwongen - (forced choice) 225
 
koorts (thermometer) 121, 122
 
kosten (van instrument) 298, 299
 
leer-
-processen 1-9
-effect 1, 3, 197
 
leren
(psychologie van het) - 1, 4, 17, 39, 120, 354
- van ervaring 1-9
[pagina 412]
[p. 412]
logica 31, 352, 353
- en methodologie 24-26, 25, 27
-, normatief en descriptief 25
 
logische (zie: afstand, consistentie)
 
maatgetal 226, 227, 228
 
maatstaf
doel, effect, - 182-185, 262
 
machine
-simulatie 16, 17, 355, 356, 357
vertaal- 217
schaak- 356, 357
-definitie (-ideaal) van objectiviteit 181, 187, 221, 236, 254, 259
 
matched groups
gelijkgeschakelde groepen (-) 155, 163, 203, 215
 
materiaal
uitgangs- (feitelijke ondergrond) 29, 30, 37, 41, 43, 44-47, 48, 50, 51, 54-57, 198, 323
-exploratie 55-57, 323
nieuw (en oud) - 29, 32, 33, 45, 55, 57, 119, 323, 325, 331, 335, 336
toetsings-:
objectieve - selectie 193-210, 334, 335
objectieve - verzameling 211-216
objectieve - bewerking 217-224
-verzameling en - bewerking 224-226
technieken voor beoordelings- 244-255
gesloten (interpretatie-)- 45, 325, 335, 336, 337, 341:
objectieve -begrenzing (-selectie) 334, 335
toetsing in gesloten - 341-343
 
measurement (zie meting)
 
mechanistische systemen 52
 
medisch(e)
- wetenschap 128, 293, 294
- (psychiatrische) diagnose 154, 161, 162, 175, 293
 
meet-
-schaal 226-233, 257, 303:
-model 225, 226, 233, 305, 306, 309, 310, 346, 348
-object 226, 227, 228
-theorieën (theories of measurement) 226, 301, 311, 346
-punten op - schaal 301, 311, 312
differentiatie van -schaal 279-281, 285, 287, 294, 296, 311
-instrument 258
van -uitkomst naar conclusie 295-297
-fout (zie fout)
 
meetbetrouwbaarheid (zie betrouwbaarheid)
 
meetkunde
(doel van) -onderwijs 184, 185, 297
inzicht in - 185, 187, 238, 296, 306
plezier in - 185
hogere - 353
 
mentaal
- proberen 7, 8, 9, 142
 
metafysica 40, 74
 
methode
-strijd in wetenschap 361-366
generaliserende en individualiserende - 367
 
methodologie (methodenleer)
logica en - 24-26, 27
descriptieve en normatieve - 25, 35
denkpsychologie en - X, 26, 35
termen in - 313, 314
exacte uitwerking van - 314, 315
 
meting (meten) 226-233, 225, 226, 229, 258
- en (als) kwantificatie 61, 62, 226
fundamentele - 229
niet-metrische - (non-metric measurement) 229
- als analoge afbeelding 229-233, 234
- en voorspellen 261, 271-273, 271, 274, 297, 301
- van een begrip 271, 306
herhaling (en quasi-herhaling) van - 283, 285, 287, 288, 289, 290, 291, 298
twee principes van - 301
- (en tellen) in geesteswetenschap 365
 
metrische
- schaal 227, 280
[pagina 413]
[p. 413]
middel
algemene -doel-cyclus 10-12
sprong van doel naar - 6-7, 9, 11
 
model42, 314 (zie ook taalvorm)
concreet - 15, 16
experimenteel - 16
theoretisch (logisch) - 16, 52, 63, 71, 73, 80, 143, 352:
mathematisch - 15, 51, 63, 71, 144, 352-355, 352, 353
verbaal - (theorie) 62, 63, 64, 72, 354
machine-(programma-)- 355-360, 355
meet- 225, 226, 233, 305, 306, 309, 310, 346, 348:
meer-dimensionaal - 235, 304, 305, 310
lineair, compensatorisch - 235, 346, 348
conjunctiel, disjunctief - 346
afstands- en correlatie- 309
theorie en - 80, 314
 
modificatie
- van theorie 33, 114, 115, 116, 118, 119, 139, 354
 
monster 195
 
multiple choice
meervoudige keuze (-) 213, 214, 215,219
 
münchhausen-effect 268
 
natuurkunde (fysica)
theorie- en begrip(svorming) in - 38, 40, 49, 63, 68, 88, 118, 121
- als (nomothetisch) model 62, 99, 348, 358, 362
forum in - 127, 370
experimentele vs. theoretische - 136
ordinale schaal in - 231
 
natuurwetenschap
- en gedragswetenschappen 51
geesteswetenschap en - 361-362, 373
cultuur- en - 367, 371
 
nauwkeurigheid
mate van - van voorspelling 97, 110
- ongeacht relevantie 279-281
- van een meting 281-285, 294
- van een instrument 153, 261, 263, 264, 285-289 (zie ook betrouwbaarheid)
- en stabiliteit 283, 289-292
normen voor - 295
 
negativisme
filosofisch - 373, 374
 
neurologie 356
 
nominale schaal226, 230, 234, 257, 280, 345
 
nomologisch
- net(-werk) 84-87
- net van theorie 84, 115, 116, 117
- net van hypothese 85
- net van (rondom) begrip 85, 121, 122, 272, 276, 277, 318
mazen van het - net 167
instrumenteel- onderzoek 316, 318-319
 
nomothetisch
- vs. idiografisch 360-362, 361, 362, 364, 365, 366, 367
 
non-parametrische
- toets 156, 228, 352
 
normen (eisen)
- in empirische wetenschap 21-28, 25, 26, 27
- en technieken 24-26
impliciete - 26, 27
- voor formulering, hypothesen en theorieën 40, 71-76, 130-133
- voor publicatie 27, 40, 55, 124-133, 130-133, 160
 
nulhypothese 77, 82, 97, 106, 143, 156, 157, 158, 198, 207, 208
 
nulpunt 226, 228, 232, 233, 234
 
numerology 53
 
object
- (systeem) tegenover attribuut (eigenschap) 68, 90, 194, 232, 369
- en subject 171
- als voorwerp en doel 171
toevallige -fluctuaties 290, 291, 292
 
objectieve
- technieken (van materiaalverzameling en -bewerking) 178, 201, 211, 225:
-instrumentele realisering 179-193, 179-182
[pagina 414]
[p. 414]
- bewerkingsstap 180, 181
- materiaalselectie 193-210, 334, 335
- steekproefkeuze 200-205
- uitschakeling van gevallen 205-210, 219, 222, 234, 334, 335
- vraagvormen 211-216
- codering 217-224
- rapportering 177 (zie ook publicatie)
- variabele 180, 186, 249, 258, 259, 345
- (of meet-)instrumenten 180, 185-187, 258, 299
- effect-evaluatie 182-185
(mate van) - specificeerbaarheid 237
semi- codering 245
 
objectiviteit 171-210, 172
algemene eis van - 171, 172, 176
het -sprobleem 172-176, 206, 207
- in verschillende cyclus-fasen 176, 177, 178
- bij toetsingsopzet 178, 179, 208
machinedefinitie van - 181, 254, 355
eisen van - voor variabele(instrument) 182, 186, 187, 224
gebreken in - 181, 182
verzet tegen - 254, 255
- en herhaalbaarheid 94
- vs. relevantie 186, 187-190, 213, 219, 220, 225, 235, 238, 259, 260
- en intersubjectiviteit 236, 237
- en andere waarden 371-374
 
observatie (als cyclus-fase) 29, 30. 211
 
observe-guess-predict-check 6, 34
 
occam's razor 73
 
onbepaaldheidszone
kerngebied en - van begrip 64, 314
 
onderscheiding
begrips- 78, 87, 88
-als-bedoeld en als-bepaald 90
 
onderwijs 182, 183, 184, 269, 293, 294, 297
- research 144
 
onderzoek
-typen 315, 316, 317:
toetsings - 29-34, 134-146, 315, 316-318, 323
instrumenteel(-nomologisch) - 140, 141, 316, 318-319
descriptief - 224, 316, 317, 318, 319-322, 325
exploratief - 44, 54-57, 198, 223, 224, 266, 316, 317, 322-324, 325
interpretatief-theoretisch - (studies) 198, 316, 317, 325, 326-343, 350
complexe - vormen 349-352
voor - 145, 223, 245, 324
steekproef- of universum- 198, 199, 317, 319, 369
 
oorzaak
- en gevolg 169, 170, 347, 348, 349
 
operational validity 69
 
operationeel (ele)
- gerichte doel-analyse 183, 270
- populatie (universum) 194, 195, 203
- hypothese 195
 
operationele definitie 31, 87-88, 89-92, 122, 152, 256, 257, 258, 273
instructies voor - 88, 122, 135, 186, 187
 
operationisme 272, 273
 
opinie-onderzoek 43, 213, 244
psychologie en - 202
 
opzet voor toetsingsonderzoek 134-146
(zie ook experimentele opzet)
 
ordinale schaal 226, 227, 231, 234, 280
 
orienterend onderzoek (zie exploratief onderzoek)
 
overschrijdingskans106, 157
eenzijdige of tweezijdige - 156
 
paarsgewijze vergelijking (paired comparison) 247, 250-253, 252, 311
 
parallel-instrument(-test) 197, 288, 289
 
parapsychologie (zie e.s.p.)
 
parsimony 66, 73 (zie ook economisch principe)
inductive - 73
 
partitie 230, 345
toetsing (van interpretatie) door - 341-343, 364
[pagina 415]
[p. 415]
pathologisme 52
 
pedagogie (opvoeding) 182, 183, 254, 343 (zie ook onderwijs)
 
peer ratings 250
 
persoonlijke vergelijking 243, 246, 247
 
persoonlijkheid(sleer) 52, 123, 140, 149, 169, 170, 173, 191, 218, 224, 319, 337, 344, 347 (zie ook psychodiagnostiek)
 
pilot-investigation 145
 
politicologie 113, 198, 336, 371
 
populatie (zie ook universum)
universum en - 194
- (of universum) en steekproef 57, 80, 155, 156, 157, 162, 163, 164, 193-210, 327
experimentele (en controle-)- 154
operationele - (universum) 194, 195, 203
open of gesloten - (universum) 198, 199, 201, 202
 
positivisme 39, 40
 
postdiction 93
 
postulaten 63, 64
 
precisie (zie nauwkeurigheid)
 
precodering 182, 211-216, 212, 217
codering en - 217, 219, 220
 
predictie (zie ook voorspelling)
- en postdiction 93
klinische vs. statistische - 254
- operationisme 272
 
Predictieve
- validiteit 265, 267, 269, 271, 275
- validiteitsopvatting (-gedachte) 270, 272, 273, 274
- en begripsvaliditeit 273, 277, 278, 297
 
predictor-variabele (zie voorspeller)
 
pretentie (zie ook generalisatie en empirische referenties)
-(-gebied) van theorie of hypothese 66, 67, 75, 167
wetenschappelijke - 373
 
probabilistisch(e) (zie ook statistische)
- hypothese 81, 107
-(-statistische) confirmatie 105-109, 164, 166, 167
 
proberen
- en trial and error 4
-, of... 6
- op papier 16
mentaal - 7, 8, 9, 142
exploratief - 142
 
programma (machine-) 355-360
- en theorie 359
 
psychiatrie 157, 322, 338
 
psychoanalyse (-tische) 190, 213, 322
- theorie(vorming) 59, 60, 65, 69, 110, 151, 354
- interpretatie 326, 328, 329, 334, 339, 340, 343
 
psychodiagnostiek 271, 273, 299, 326, 336 (zie ook persoonlijkheidsleer)
 
psychofysica 233, 301
 
psychologie
theorie- en begripsvorming in - 38, 49, 64, 68, 70, 74, 91, 122, 123, 151, 271, 272, 273, 347
fysikalisme in - 52, 62, 315, 321
generalisatie-probleem in - 266, 202, 369
forum-eisen en -beslissingen in - 115, 117, 128, 371
instrumenten (tests e.a.) in - 140, 191-192, 213, 214, 218, 251, 252, 256-312 passim
methode-tegenstelling in - 254, 255, 361, 362, 367, 368
descriptief onderzoek in - 319, 321
interpretatie in - 329, 338, 340, 341
- van het leren 1, 4, 17, 39, 120, 354
- van het denken 35, 65, 113, 174, 354, 359
- van de waarneming 65, 113, 174
test- 65, 140, 149, 232, 233, 238, 256-312 passim
diepte- 100, 101, 151, 190, 210, 330, 331
Gestalt- 113, 117, 118, 120
experimentele - 136, 143, 144, 158, 164, 190, 192, 343
[pagina 416]
[p. 416]
klinische - 175, 210, 294, 295, 329, 343
(denk) - en methodologie X, 26, 35
- en opinie-onderzoek 202
 
psychometrie 301 (zie ook (test-) psychologie)
 
psychosomatiek 146-148, 161, 168, 322
 
psychotherapie
effect van - 37, 182, 188, 191, 204
 
p-techniek 336
 
publicatie
normen, eisen, code voor - 27, 40, 55, 124-133, 130-133, 160
selectie bij - 334, 335
 
quantificatie 61, 62
 
quantophrenia 53
 
q-sorteer-techniek 188, 191, 238
 
random (zie aselecte)
 
randomiseren 99, 206, 207, 259
 
ranggetal 227, 229, 231
 
rapportering 18, 19, 27
(empirische) cyclus in de - 18-19
objectieve - 177
 
rassentheorieën 113
 
rechtspraak
getuigenverklaring bij - 173, 250
jury- 176
interpretatie bij - 329, 338, 341
 
recommendation(s)
technical - (voor test-publicatie) 272, 273, 298
 
referenties
(omlijnde) empirische - 75-76, 85, 114, 115, 126
 
regressie-analyse 305
 
rekenkunde 353
 
relevantie190
- van voorspelling 96, 109-112, 131
- vs. objectiviteit 186, 187-190, 213, 219, 220, 225, 235, 238, 259
nauwkeurigheid (van meet-instrument) ongeacht - 281
 
reliability (zie betrouwbaarheid)
inter-judge - (zie intersubjectiviteit)
 
replicatie(-onderzoek) 36, 108, 142, 163, 177
 
restriction of range (bij beoordeling) 175
 
ruis 258, 259, 281, 282
 
sampling-methoden 201, 202
 
scaling (zie schaal-constructie)
 
schaal(alen)
meet- 226-233, 257, 303:
nominale - 226, 227, 230, 231, 234, 257, 280, 345
ordinale - 226, 227, 231, 234, 280
interval- 227, 228, 231, 232, 233, 234, 280
verhoudings- 228, 231, 233, 234, 280
metrische - 227, 280
sterkte vs. zwakke - 228, 311
partieel geordende - 234, 253
geordende metrische - 234
subjectieve en intersubjectieve - 309, 312
perfecte - 311, 312
-constructie 229-233, 230, 301, 305-312
differentiatie van (meet-)- 279-281, 285, 287, 294, 296, 311
grafische schattings- 310
 
schaken (schaak-) 8, 9, 11, 13, 320
- simulatie 356, 359
 
scheppen (zie creatief denken)
 
schijnprobleem 22
 
school(-vorming) 190, 370
 
score
ware (gevonden, fout-)- 179, 284, 286, 287, 289
item-(of sub-)- 186, 187, 262, 299, 300, 302, 305, 345
combinatie tot eind-(totaal-)- 187, 253, 262, 300, 301, 302, 345, 346
optel- of arithmetische - 301, 303, 305, 307
[pagina 417]
[p. 417]
afmeet- of geometrische - 301
bijdrage tot (validiteit van) eind- 302, 303, 304, 305
 
scoring 305-312
objectieve - 163, 182, 186, 187, 262
item-en -weging 262, 305, 306, 307, 308, 345, 346:
optimale - en -weging 305
verantwoorde - en -weging 307, 308
eenvoudige - en -weging 308
doorzichtige - en -weging 308
 
selectie (zie ook uitschakeling)
- van (wetenschappelijke) problemen 21-24, 372
- van personen 43, 65, 239, 266, 267, 269
- in steekproef 159, 161, 162, 163
objectieve - van toetsingsmateriaal 193-210
objectieve - van interpretatiemateriaal 334
objectieve - bij publicatie 334, 335
 
sequentie-effect243, 252, 254, 310
 
significantie (zie ook toets)
-niveau 97, 106, 139, 143, 156, 157
-(-toetsen) bij exploratief onderzoek 56, 351
 
signifisch effect 242, 243
 
simplicity (zie ook economisch principe) 73
systematic vs. formal - 73
 
simulatie (machine-) 17, 355-360
denk- 356
schaak- 359
criteria voor - 358, 359
 
sociografie 48
 
social physics 254
 
sociologie 52, 62, 68, 128, 176, 190, 210, 338, 343, 371
 
specificatie
(empirische) - vs. (logische) deductie 31, 76-82, 76
(deductie- en) -stappen (ad, bd) as, bs76-78, 83, 85, 86, 89, 110, 135, 148, 149, 151, 152, 157
empirische - van begrip 86, 87, 121, 138, 150-153, 178
 
spiraal(sgewijze voortgang)
- in leren en denken 5, 7, 12, 14, 17
- van wetenschappelijk onderzoek 34, 119, 170, 358
 
split-halves-reliability
halveer-betrouwbaarheid (-) 288
 
stabiliteit (van attribuutsvariabele) 153, 263, 264, 283, 289-292
betrouwbaarheid inclusief - 294
 
standaardmeetfout (van instrument) 286, 287
 
statistische (zie ook probabilistisch en toetsing)
- overwegingen bij onderzoek-opzet 139, 140
- toetsing(-smethoden) 32, 156-158, 200, 219, 228
(grenzen van) - generalisatie 163, 164, 195, 203
- confirmatie van theorie 166, 167
- toets (zie toets)
 
steekproef195, 196, 317
- en universum (of populatie) 57, 80, 155, 156, 157, 162, 163, 164, 193-210, 327:
representatieve (vs. geselecteerde, scheefgetrokken)-159, 160, 162, 163
trekken van - 195, 196, 200-205
aselecte - 195, 201, 204, 208
- of universum-onderzoek 198, 199, 317, 319, 369
herclassificatie van -materiaal 221, 222
 
strijdigheid (niet-) of (in-)consistentie van theorie 71-73, 72, 115, 117, 126, 131, 353
 
subject (en object) 171
 
subjectieve
- verschijnselen (variabelen) 172, 250, 251, 253
 
subjectiviteit
- als storende factor 172-176, 239, 244, 299, 326 (zie ook contaminatie en inter-subjectiviteit)
[pagina 418]
[p. 418]
sufficiency
deductieve volledigheid (-) 73
 
surplus-betekenis69, 70, 89, 124, 256, 273
afslijten van - 121, 122
 
systeem
-(object) tegenover eigenschap (attribuut) 68, 90, 194, 232, 369
 
taalvorm (zie ook model)
(logisch-)mathematische (abstract-symbolische) - 60-63, 354, 355
verbale - 60-63, 354, 355, 359, 360
keuze binnen één - 63-64
programma - 355
 
taalwetenschap (filologie) 62, 319
literatuur en - 217
 
telepathie (zie e.s.p.)
 
terugkoppeling (feedback) 3, 4, 12, 13, 17
 
test(s) 140, 191, 215, 256-312 passim, 332, 344
-constructie 186, 187, 278, 306, 307, 308, 318
-gebruik en -keuze 260, 261, 270
-publicatie 272, 273
-theorie 43, 259, 301
-validatie 65, 159, 204, 265-278 passim, 318
-betrouwbaarheid 279-297 passim
-items (-vragen) 212, 213, 214, 220, 297-312 passim
-codering en -scoring 186, 187, 218, 245, 305-312, 345, 346
- sophistication 308
objectieve - 123, 172
persoonlijkheids- 149, 151, 272, 273
prestatie-(vorderingen-, geschiktheids-)- 185, 186, 187, 193, 213, 214, 220, 266, 267, 274, 306
attitude- 189, 345
 
testomania 53
 
theoreticus
experimentator en - 136
 
theoretisch raam 37, 42-44, 47
theorie 16, 21, 42-44, 314
-, hypothese, voorspelling 79-80, 81-82, 83-87, 93, 193
pretentie(-gebied) van - of hypothese 63-64, 66, 67, 75, 167, 359
empirische referenties van - 75-76, 80
- zonder empirische referenties, als deductief systeem 80 (zie verder model)
taalvorm van - 60-63, 354, 355, 359, 360
algemeenheid van - 65-66, 116
heuristische betekenis van - 118, 354
werk- 58, 65, 118
-vorming en -ontwikkeling 33, 38, 39, 43, 51, 52, 53, 59, 60-67, 70, 119-120, 353, 357, 358, 359, 364
formulerings-eisen voor - 71-76, 130-133
explicitering van - 83-92, 84, 318, 357, 358, 360
confirmatie (evaluatie) van - 112-124, 164, 166, 167, 353, 354, 356, 357, 358, 359
(vergelijking met) alternatieve - 33, 58, 111, 112, 116-118, 125, 138, 144, 162, 170
modificaties in - 33, 114, 115, 116, 118, 119, 139, 354
proto-42
miniatuur - 65
ware -: systeem van wetten 80
unieke (individuele) - 329, 332, 364
 
ties (ex-aequo-uitkomsten) 227, 231, 252
 
tijdsinterval (bij herhaalde meting) 287, 290, 291, 294
 
toets (statistische -) 56, 139, 143, 157
non-parametrische - 156, 228, 352
 
toetsbaarheid 72, 74-75, 88, 115, 124-126, 131, 151
-, absoluut en relatief 75, 125
 
toetsing
- van verwachting 6-19 passim, 25
-(sfase) van hypothese 29, 30, 31-32, 40, 74:
- en evaluatie 6, 32, 33
- en confirmatie 83
- en exploratie 54, 55 56 119, 266, 323, 351
- en falsificatie 105
-sonderzoek (tegenover andere typen
[pagina 419]
[p. 419]
onderzoek) 29-34, 134-146, 315, 316-318, 323
opzet van -(-sonderzoek) 134-158, 178, 179:
vrijheid van keuze bij - 134-136, 137
deducties en specificaties bij - 134, 135, 149-153
experimentele opzet bij - 135, 136, 139, 140, 153-156
opzet van statistische - 139, 140, 156-158, 200
voorbereiding en uitwerking van opzet bij -142-146
uitvoering van -(-sonderzoek) 158-161
objectieve selectie van - smateriaal 193-210
- door extrapolatie 335-337
- in gesloten materiaal 341-343
 
toeval
-sfout (-score) 281-285
- als alternatieve hypothese 332 (zie ook nulhypothese)
 
tote(-unit) 4
 
transformatie
één-waardige - 181, 258, 259
1-1- 227
monotone - 227, 231
lineaire - 228, 232, 288
scalaire - 228, 233
 
transitiviteit of in- 231, 237, 252, 253, 311
 
uitschakeling (zie ook selectie)
(objectieve) - van gevallen 205-210, 219, 222, 234, 334, 335
 
uniciteit (uniqueness, Einmaligkeit) 332, 363-366
 
unieke
- verschijnselen (objecten, persoon) 325, 362, 363, 364, 365
- verzameling (materiaal, universum) 325, 329, 331
- theorie 329, 332, 364
- configuratie 363, 367, 368
 
universum
- en populatie 194
begrenzing (beperking, versmalling) van - (populatie) 46, 75, 196-200, 203, 333-334
- (of populatie) en steekproef 57, 80, 155, 157, 162, 163, 164, 193-210, 327
operationeel - (populatie) 194, 195, 203
-soorten (typen) 196-200, 368, 369
open of gesloten - (populatie) 198, 199, 201, 202
steekproef-of-onderzoek 198, 199, 317, 319, 369
-, steekproef, uitgangsmateriaal 198
convergentie in - (bij interpretatie) 337-341
partitie in - (bij interpretatie) 341-343
 
utiliteit
instrumentele - 258, 259-262, 263
- van testprogramma 33, 270, 299
psychologische - 143, 144
 
validatie (test-) 65, 159, 204, 265-278 passim, 318
controle - (cross validation) 266
 
validiteit (van instrument) 65, 138, 140, 153, 186, 212, 216, 218, 249, 258, 261, 264, 265-278, 270 (zie ook validity en validatie)
- en evaluatie(-criteria) 237, 238, 239
- en instrumentele utiliteit 264
- en interne efficientie 264
- en nauwkeurigheid (precisie, betrouwbaarheid) 264
predictieve - 238, 265-266, 265, 267, 268, 269, 270, 271, 275, 277:
-scoëfficiënt (en -correcties) 265, 266
- van criterium-variabele 268
predictieve en begrips- 273, 277, 278, 297
begrips - (construct validity) 153, 218, 249, 271-274, 275, 282, 296, 306, 318:
mate van begrips - 274, 277
bijdrage tot begrips - 273-276, 277
begrips - en betrouwbaarheid 278, 292
begrips - en interne consistentie 278
begrips - als theoretisch probleem 276-278
begrips- van samengestelde variabele 346
[pagina 420]
[p. 420]
inhouds- (content validity) 274, 275, 277, 307
soortgenoot- (congruent validity) 275, 277
bijdrage van item tot - 302, 303, 304, 305
 
validity (zie ook validiteit)
concurrent - 269, 272
predictive - 269, 272
construct - 271-272
content - 272, 274
congruent - 275
 
variabele
begrip (factor) en - 68, 85, 89-92, 121, 179-193, 179, 180, 256, 258, 264, 271-277, 271
empirische -(-zoals-bepaald) 88, 89, 138, 272
(kwantitatieve en kwalitatieve) waarde van - 88, 178, 224, 257, 345
- en instrument 135, 140, 141, 152, 179, 180, 257, 258, 260, 261, 262, 263
objectieve - 180, 186, 249, 258, 259, 345
(objectieve en) beoordelings- 249, 250
criteria voor empirische - 256-312, 262-265
interveniërende - (intervening variable) 68, 122, 224, 347
meer-dimensionale - 304
suppressor- 306
(enkelvoudige en) samengestelde - 316, 344, 345, 346
onafhankelijke en afhankelijke - 349
 
variantie280, 281, 290
-analyse 289, 346, 349
 
varieteit (variety) van meetschaal 279
 
veld-onderzoek(ingen) 158, 167
 
verbijzondering
- van hypothesen in deductieve fase 31, 76-79, 110, 149-150, 152, 155, 156, 157
logische vs. empirische - 31, 76-79 (zie ook: deductie(-stappen) en (empirische specificatie)
 
verhoudingsschaal (ratio scale) 51, 228, 229, 231, 233, 234
 
verificatie
- van voorspelling 80, 82, 94, 96-99
-normen 82, 96, 97
- van deterministische hypothese 104, 105
positieve - (of - in engere zin) vs. falsificatie 104, 105, 107
 
verifieerbaarheid (van voorspelling) 30, 31, 74, 80, 81, 96-99
-scondities 96, 98, 99, 100, 101, 159, 160
 
verklaring 19, 45, 46, 55
interpretatie, hypothese, - 44, 45, 46, 329, 330-335, 340
-sbegrippen 39, 40 (zie ook hypothetisch begrip)
 
verstehen 12, 14, 59, 60, 130, 168, 254, 362, 363, 365, 373
 
verzameling
gesloten-(zie gesloten materiaal) -sleer 230
 
volledigheid
(logische) - van theorie (sufficiency) 73, 353, 354
(empirische) - van nomologisch net 84
 
vooronderzoek145, 223, 245, 324
 
voorspeller (predictor) 159, 238, 265, 269
(verwisseling van) - en criterium 267, 268
 
voorspelling (voorspellen) 6, 19, 31, 32, 92-96
- en weten (schap) 19, 20, 21, 341
theorie, hypothese, - 79-80, 81-82, 83-87, 93, 193
van hypothese naar - 81-82, 146-158, 200
functie, inhoud, kenmerken van - 92-96
verifieerbaarheid van - 80, 96-99
-sgebied 97 (zie ook verificatie-normen) nauwkeurigheid van - 97, 110
(niet-)falsifieerbaarheid van - 99-102
relevantie van - 96, 109-112, 131
- en meten 261, 271-273, 271, 274, 297, 301
 
vraagvorm
objectieve (geprecodeerde) - 211-216, 212
open - 213, 223, 224
- en bewerkingswijze 224-236, 225
[pagina 421]
[p. 421]
vragenlijst 191, 214, 215, 304, 318, 344
 
vrijheid
- van hypothese- en theorievorming (-ontwerp) 35, 37-39, 41, 60, 61, 130, 136
- van begripsvorming 39-40, 67, 70
- van keuze bij toetsingsopzet 134-136, 137
 
waarde
kwantitatieve of kwalitatieve - van variabele 88, 178, 224, 257, 345
ware - van variabele (en toevalsfout) 281-285, 296
gevonden - (en ware -) 281, 296
 
waarde-vooronderstellingen
- (wertvoraussetzungen) 366, 371-373, 372
 
waarheid20, 371
 
ware
- (en gevonden) waarde van variabele 281-285, 282, 296
- (en gevonden) score 282, 284, 287
- (en gevonden) variantie 290
 
weerleggen
bewijzen en - 105
 
weerlegging (zie falsificatie)
 
weging (gewichten)
item - 301, 302, 305, 307
negatieve - 306
verantwoorde - 308
- van expert-oordelen 307
 
werkhypothese, -theorie 58, 65, 118
wet 32, 79, 80, 84, 117, 118, 202, 232, 362
empirische - (van lagere orde) 43, 86
 
weten
- en voorspellen 20, 21, 341
 
wetenschap (pen) (zie ook natuur- en geesteswetenschap)
doel van-sbeoefening 19-21
normen in empirische - 21-28, 25, 26, 27, 55, 128, 129-133
sociaal aspect van - X, 18, 133
democratische uitwisseling in - X, 24, 144, 372, 374
methodologische eenheid der - 366, 367, 374
empirische cyclus in - 29-34
systeem der (A-, B-, C-) - 360, 361, 366, 367, 374
verschillen tussen - 128, 360-363, 366-371
deductieve - 73, 353
gedrags - VIII, passim
sociale - VIII, passim
 
wetenschappelijke
- houding 26, 27, 172, 173
- methode-strijd 361-366, 367, 374
- en andere waarden 366, 371-373
- pretentie 373
 
wiskunde (mathematisch) 88, 127, 128, 219, 220, 230, 248, 358
 
wijsbegeerte (filosofie) 14, 20, 254, 336, 367, 373
 
zekerheid (subjectieve -) 174, 247, 252, 253

Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken