Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (1971)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten
Afbeelding van GedichtenToon afbeelding van titelpagina van Gedichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

Scans (17.68 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten

(1971)–Maria de Groot–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 45]
[p. 45]

Exodus

Exodus

1

 
Mijn smalle voeten gaan
 
achter visioenen aan,
 
die niemand meer kan zien,
 
omdat het schaarse licht,
 
dat in mij overnacht,
 
de wegen onderwerpt,
 
mijn zinnen bindt en scherpt,
 
tot waar de einder rijmt
 
op deze handen hier,
 
het woord in het vizier.
 
Ik ben een mens, ik ben
 
twee voeten en een stem,
 
twee ogen en een keel,
 
waaruit de kwinkslag slaat
 
in deze regelmaat
 
van het gevonden beeld.
 
De scherven in de grond,
 
de munt, het fundament,
 
de kroonlijst en de kruik -
 
ik graaf de resten op
 
van de bedongen tocht,
 
die aanving in het slijk.
 
Planeten in hun baan
 
verruimen mijn bestaan,
 
verhogen mijn gewicht,
 
maar tussen regels door,
 
die ik op goed geluk
 
uit deze pen verloor,
 
schaaf ik mijn knieën stuk,
 
over de scherf gebukt,
 
waarin de ster nog gloort.
[pagina 46]
[p. 46]
 
Ik ben alleen, ik ben
 
een menselijke stem,
 
die antwoordt uit het koor,
 
dat eertijds metten zong,
 
maar tussen lied en gong
 
het visioen verloor,
 
dat uit de verte riep:
 
kind, kom mij tegemoet
 
tot heel dit vergezicht
 
u in de handen ligt,
 
uw eigen vlees en bloed.
[pagina 47]
[p. 47]

2

 
Christine de Pisan,
 
ontslapen zielsvriendin,
 
ik ben als jij alleen.
 
Verlaten van mijn lief,
 
een aangespoelde schelp,
 
waarin de zee nog zingt.
 
Prins, houd mij aan uw oor
 
en luister naar het woord
 
dat ruist in deze keel:
 
uw naam, uw eigen naam,
 
die in mijn bloed beweegt
 
en die mijn hartstocht heelt
 
door in mij om te gaan.
 
Hoe ver de weg nog is
 
door deze duisternis,
 
ik weet dat ik u vind,
 
omdat uw woord mij schiep
 
en in het leven riep,
 
ik ben uw koningskind.
 
Mijn voeten zoeken grond
 
in het doorwaadbaar wad
 
dat dichtslibt tussen ons.
 
Mijn prins, soms is het mij
 
of ik de overkant
 
al in mijn handen houd,
 
of u mij openvouwt.
 
Ik ben de liefdesbrief,
 
die u van hier verwacht,
 
verzonden in de nacht,
 
gesloten en vervreemd,
 
tot u mij neemt en leest,
 
totdat mijn vers, mijn vlees,
 
mijn adem bij u rust,
 
een leven dat geneest,
 
een brand die wordt geblust.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken