Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De beschaving (1983)

Informatie terzijde

Titelpagina van De beschaving
Afbeelding van De beschavingToon afbeelding van titelpagina van De beschaving

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.01 MB)

XML (1.42 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De beschaving

(1983)–J.P. Guépin–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[14]
De afbraak van de begrippenpiramide

Plato is de schepper van de begrippenpiramide, Aristoteles heeft ermee gewerkt, en sindsdien zijn door talloze filosofen classificaties van algemeen naar bijzonder opgesteld; ik noem hier slechts de indelingswoede van de zestiende-eeuwse ramisten, die als extra regel invoerden dat tweedelingen het beste waren, en zo bij voorbeeld een boek over Cicero indeelden in Leven en Werk, het leven in Jeugd en Ouderdom, het werk in Redevoeringen en Theoretische geschriften.Ga naar eind1 Zinloze bezigheden, maar als men mocht denken dat bij voorbeeld psychologische classificaties van persoon, karakter of ras wel voorgoed voorbij zouden zijn: wil, verstand, vernuft, geest, ziel, flegmatisch, melancholisch... arisch... joods;Ga naar eind2 of de sociologische van ParsonsGa naar eind3 - hij wordt wel opgeschrikt door de linguïsten, die de ramistische voorkeur voor in tweeën vertakte boompjes opnieuw uitvinden; door semantici die hoofd- en bijzaak van woordbetekenissen met behulp van een hiërarchisch begrippenapparaat proberen te vangen.Ga naar eind4 Kortom, er worden als nooit tevoren schema's op het bord getekend, omdat docenten én studenten er gelijkelijk verzot op zijn. Een geordende wereld! Opvallend is dat al die indelingen alleen maar mogelijk zijn zolang ze niet onafhankelijk van hun effecten kunnen worden waargenomen. De bloei van de metafysica!

Ook als de systematische hiërarchie niet meer volledig is uitge-

[pagina 95]
[p. 95]

werkt, blijft er toch iets van hangen. Het hogere beïnvloedt dan, is op de een of andere manier de oorzaak van, het lagere: de geest bepaalt de materie. Nieuwe systemen als van Marx of Freud draaien dan dergelijke ordeningen om: de geest is veroorzaakt door de materie, of wordt bepaald door lagere driften.Ga naar eind5

Al wie gelooft aan waarheden die onveranderlijk bestaan - onafhankelijk van het feit dat een of allen, de verstandigsten of velen of iedereen, waar en wanneer dan ook, die waarheden accepteren, dus onafhankelijk van mensen - is geen retoricus meer.

Er is in de oude strijd tussen filosofie en retoriek een scheiding aan te brengen met als tegenpolen die realisten die menen dat hun zo zorgvuldig opgestelde boompjes (of ketenen) een werkelijkheid of realiteit afbeelden, en de retorici die menen dat de aangebrachte onderscheidingen en verbanden het gevolg zijn van een (dialectisch) debat tussen mensen, waarbij als enige eis geldt dat de deelnemers aan het debat hun argumenten volgens aanvaarde spelregels blootleggen. Het verschil ook tussen verificatie en falsificatie. Al wie denkt dat argumenten dwingend zijn doet niet meer mee, wie argumenteert verzwakt juist zijn stelling. Het gaat er in elk debat om de tegenstander te dwingen tot duidelijkheid (een debat is een onderhandelingssituatie) en het aardige van geleerden is dat zij vrijwillig hun stellingen zo duidelijk mogelijk maken. De slechte retoricus vindt het wat mal van de geleerde dat hij zijn stellingen zo kwetsbaar maakt door al zijn kaarten op tafel te leggen. De goede retoricus bewondert echter de goede beoefenaar van de wetenschap omdat hij zijn betoog aan een forum van gelijken ter discussie aanbiedt. Al wie denkt een waarheid bewezen te hebben is apodictisch en beschouwt zijn gehoor als zijn mindere.

 

Duidelijke stellingen zijn falsificeerbare stellingen. Als ik Popper zo de kant van de goede retorici laat kiezen, dan met de bedoeling om te laten zien dat er in de westerse cultuur een constant paradigma bestaat, dat van de spelregels van de argumentatie, dat ik nu het retorische noem: een groep gelijken, experts, geleerden, intellectuelen die van elkaar verwachten dat ze voor hun stellingen zo duidelijk mogelijk argumenten op tafel leggen, en ook de onpartijdige feiten, gegevens, bronnen zo controleerbaar mogelijk vermelden, kortom in onderlinge concurrentie een traditie van betrouwbaarheid in stand houden.

eind1
W.J. Ong, Ramus, Method and the Decay of Dialogue, Cambridge, Massachussets, 1958.
eind2
B.J. Kouwer, Het spel van de Persoonlijkheid, Utrecht 1963, ook al een heel treurig stemmend boek, behalve als Kouwer aan het eind overgaat op rolgedrag in plaats van indelingen.
eind3
Voor de pogingen de systematiek in de sociologie in te voeren zie J. Goudsblom, Balans van de Sociologie, Aula 518, Utrecht/Antwerpen 1974, blz. 17 e.v.; blz. 27 over de sociologische taxonomie van Zetterberg.
eind4
Zie mijn bespreking van de generatieve tekstgrammatica van T.A. van Dijk, waarin ik de hiërarchische analyse van bachelor, in de trant van Katz en Fodor belachelijk maak, J.P. Guépin, Doorkruiste Verwachtingen, Amsterdam 1977, blz, 171, e.v., i, [27].
eind5
Voor omkering van hiërarchieën door verwisseling van subject en predikaat (de methode van Feuerbach, door Marx overgenomen), S. Avinieri, The Social and Political Thought of Karl Marx, Cambridge 1971, blz. 12-15. Logisch gezien is er nog niets aan de hand: ‘De wil van de staat is de wil van de vorst’, of: ‘De wil van de vorst is de wil van de staat’. ‘Is’ moet vervangen worden door ‘veroorzaakt’, ‘vloeit voort uit’, wil de omkering echt iets omkeren: ‘De wil van de staat vloeit voort uit de wil van de vorst’ tegenover ‘de wil van de vorst vloeit voort uit de wil van de staat’. Dat laat het rudimentair aristotelische element zien waar dit soort omkeringen hun aantrekkelijkheid aan ontlenen. De verschillende uitingen van de geest zijn het bijzondere, waar een meer algemene, en daarmee ook meer werkelijke, oorzaak voor gevonden wordt: de relatief simpele structuur van de klassenstrijd of van het Oedipus-complex.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken