Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den lust-hof der Christelycke leeringhe (1622)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den lust-hof der Christelycke leeringhe
Afbeelding van Den lust-hof der Christelycke leeringheToon afbeelding van titelpagina van Den lust-hof der Christelycke leeringhe

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (25.43 MB)

ebook (24.45 MB)

XML (0.52 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den lust-hof der Christelycke leeringhe

(1622)–Benedictus van Haeften–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende


illustratie

[pagina 359]
[p. 359]


illustratie

De vreughden des hemels uytgheleyt door eene salighe siele.

Op de wijse:
o vvercken Godts, die t'allen tijden.

 
OCh kost ick nu ten vollen tooghen
 
Dat noyt aenschouden 'smenschen ooghen,
 
Dat niemandts hert' en heeft bedacht,
 
Dat noyt ter wereldt quam ter ooren;
 
De vreughden van Godts Wtverkooren
 
Soud' ick verbreyden naer mijn' macht.
 
 
 
Ick die ten hemel ben ghekomen,
 
Die't nu beproef', en heb vernomen,
 
Kan qualijck segghen al' die vreughd;
[pagina 360]
[p. 360]
 
Dan sal een deel daer af verhaelen,
 
Dat ghy, o menschen, oock soud' taelen
 
Tot 'shemels baen, en tot de deughd.
 
 
 
Veracht ter wereldt, en verstooten;
 
Ben nu met blijschap overgoten,
 
In Godt gheniet' ick alle goedt:
 
d'Armoede swaer', en bitter suchten,
 
Ancxt, pijn, en rouw, die zijn ghevluchten,
 
Met all' des wereldts teghenspoedt.
 
 
 
'tVerstandt dat diep socht te doorgronden
 
Ga naar margenoot+Al wat in wijsheyd is bevonden;
 
Heeft nu ghenomen sijnen standt:
 
En sonder spieghel, oft bedecksel
 
Bemerckt Godts wesen, 'svreughds verwecksel,
 
Der sielen lust, en hooghste pandt.
 
 
 
Ga naar margenoot+Met blijschap is vervult mijn' wille,
 
Die Godt bemindt gherust en stille,
 
Die buyten hem niet en begheert:
 
Maer lieffelijck sonder verdrieten,
 
Sal eeuwelijck sijn' vreughd ghenieten,
 
En loven hem, want hy is't weerdt.
 
 
 
Ga naar margenoot+Al' Godts weldaden groot van machten
 
Doorloopen vrolijck mijn' ghedachten,
 
En maecken boven maten blij:
 
Ga naar margenoot+Met onghemeten vreughd van binnen
 
Zijn oock ontsteken mijn' vijf sinnen,
 
Van alle smert', en droefheyt vry.
 
 
 
Ga naar margenoot+Mijn' ooren, die Godts woordt aenhoorden,
 
Die dick verdroeghen schamper' woorden,
 
Die hooren nu seer soet gheklanck;
 
Och wat al vreughden haer omringhen,
 
Als d'Enghelen en Maeghden singhen
 
Alleluia den nieuwen sanck!
 
 
 
Ga naar margenoot+Die dorst en hongher heb gheleden,
 
Ben nu versaedt met vrolijckheden,
 
Dat ick van vreughde schier beswijck'.
[pagina 361]
[p. 361]
 
Voor mijn' ghebroocken slaep en ruste
 
Drinck' ick de beke der welluste,Ga naar margenoot+
 
En rust' in Godt seer lieffelijck.
 
 
 
Mijn' traenend' ooghen, nat van schreyen,Ga naar margenoot+
 
In Godt t'aenschouwen haer vermeyen,
 
En nemen daer in haer gherief.
 
Nu heb ick vonden, en sal houwenGa naar margenoot+
 
Welck ick soo dickwils socht t'aenschouwen,
 
Mijn Godt, mijn Heer', mijn liefste lief.
 
 
 
Hoe groote soetheyd is verborghen,Ga naar margenoot+
 
O Heere, die met vrees' en sorghen,
 
V mindt en diendt tot alder tijdt!
 
O blijschap soet! o vreughd des herten!
 
Wat schaedt my nu veel droevigh smerten,
 
Dat my maeckt vrolijck en verblijdt?
 
 
 
Der Engh'len choor, d'Apost'len schaeren,Ga naar margenoot+
 
Belijders Godts, en Martelaeren,
 
En 'theerlijck heyr der Maeghden reyn',
 
Zijn mijn' mee'-borghers en ghesellen;
 
Och wat tongh' soude toch vertellen,
 
Dat ick gheniet in 'shemels pleyn?
 
 
 
Dus, Menschen, die noch lijdt ellende,Ga naar margenoot+
 
Peyst neerstigh op het laetste ende,
 
Daer Godt u toe gheschapen heeft:
 
Want niet is weerdigh al dit lijden,Ga naar margenoot+
 
Gheleken by 'teeuwigh verblijden,
 
Dat Godt sijn' Wtverkoren gheeft.
 
 
 
Heeft Christus self sijn lijf en levenGa naar margenoot+
 
Voor 'shemels eeuwigh' vreughd ghegheven,
 
Ghelijcken prijs daer oock voor telt.
 
Soo veel ghy zijt; soo veel is't weerdigh.Ga naar margenoot+
 
V selven gheeft; ghy krijght het veerdigh:Ga naar margenoot+
 
Want 'themelrijck dat lijdt gheweldt.
margenoot+
Vreughde des verstandts.
margenoot+
De blijschap der wille.
margenoot+
Vrolijckheyd der gedachten.
margenoot+
Ghenuchte der 5. sinnen.
margenoot+
Des ghehoors.
margenoot+
Des smaecks.
margenoot+
Psalm. 35. 9.
margenoot+
Des ghesichts.
margenoot+
Cant. 3. 4.
margenoot+
Psalm 30. 20.
margenoot+
Gheselschap der Heyligen.
margenoot+
Vermaninge tot de menschen.
margenoot+
Rom. 8. 18.
margenoot+
Luc. 24. 26.
margenoot+
Aug in manuali cap. 16.
margenoot+
Matt. 11, 12.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken