Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Op een wit paard naar Geel (1989)

Informatie terzijde

Titelpagina van Op een wit paard naar Geel
Afbeelding van Op een wit paard naar GeelToon afbeelding van titelpagina van Op een wit paard naar Geel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.92 MB)

Scans (7.88 MB)

ebook (3.05 MB)

XML (0.37 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Op een wit paard naar Geel

(1989)–Robin Hannelore–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 73]
[p. 73]

18.

Die zaterdag ontplofte thuis een bom. Ik zat te werken aan een artikel over ‘De Kemphaan’, een aktiekomitee dat pas was opgericht in het naburige Nieuwland en dat zich tot doel had gesteld de streek te vrijwaren voor golfterreinen en lustoorden (naar het patroon van een paradijshof of -eiland), toen mijn moeder thuiskwam van de zesuremis. Aan de manier waarop ze naar het koffiezetapparaat liep, zag ik dat ze helemaal overstuur was. ‘Weet je wat ze nu zeggen?’ begon ze.

‘Neen,’ antwoordde ik, schijnbaar onoplettend.

‘Ze zeggen dat jij aanhoudt met de kantoorhoudster van dat nieuwe bankfiliaal!’

‘Aanhouden?’ meesmuilde ik. ‘Ik?’

‘Val nu niet uit de lucht!’ zei ze kribbig.

Ik schoof mijn stoel achteruit. ‘Ira Bergeman is evenmin gehuwd als ik. In zo'n geval gebruikt men het woord... vrijen. Of niet soms?’

‘Die vrouw heeft al een minnaar!’

‘Er is inderdaad nog een ander die naar haar gunsten dingt,’ gaf ik ongemakkelijk toe. ‘Mag dat niet?’

‘Onnozelaar!’ smaalde ze. ‘Denk jij nu echt dat ze in het dorp niet weten dat die vrouw de bijzit is van een Hollandse zakenman én dat ze jou slechts in haar bed haalt als die vent aan gene zijde van de grens is?’

Dat was een opdoffer. Ik schudde duizelig het hoofd. ‘Ben ik niet oud genoeg?’

‘Neen!’ haakte ze daarop in. ‘Jij zult nooit oud genoeg zijn om onze familie te schande te maken. Jij gaat niet te grabbel gooien wat jouw vader en ik in meer dan dertig jaar hebben opgebouwd! Als jij nog naar... dat wijf loopt, verbied ik je de toegang tot dit huis... Ik hoop dat je het eens en voorgoed begrepen hebt!’ Ziedend van woede bekommerde ze zich weer om haar koffiezetapparaat. ‘Als je graag naar de hoeren loopt, doe het dan elders,’ zei ze nog met verstikte stem.

Daarmee wist ik het. En ik wist ook dat ze niet bazelde. Mijn moeder was een Poels uit Lovenhoek, en in die familie had nooit iemand met zich laten sollen.

's Anderendaags in de vooravond, stond Kranendonk alweer op stelten. Op ongeveer een halve kilometer van het kruispunt versperden rijkswachters de straten die naar ‘De Weerwolf 2000’ leidden. Iedere automobilist die daar voorbijkwam, werd aan een ademtest onderworpen. Na een tijdje was de chaos onvoorstelbaar. Brave huis-

[pagina 74]
[p. 74]

vaders die met hun vrouw en kinderen een pannekoekje of een roomijs waren gaan eten en die toevallig het kruispunt moesten passeren, werden niet ontzien... Als dan bleek dat ze een paar trappisten gedronken hadden, konden ze te voet verder. Van de klanten van ‘De Weerwolf 2000’ werd niemand betrapt... Het schorem baande wegen waar ze niet lagen: langs gevels, door tuinen en velden en bossen... Als iets ooit een maat voor niets geweest was, dan kwam die rijkswachtkontrole er zeker voor in aanmerking. Het hoogtepunt echter kregen we pas om tien uur: toen stond plotseling de frituur van de Franne in lichterlaaie... Het was aandoenlijk te zien hoe de dikkerd poogde met zijn schort een toorts van wel tien meter hoog te blussen. De brandweer moest uitrukken... Iedereen dacht weer aan een schurkenstreek van de klanten van ‘De Weerwolf 2000’, doch de Franne gaf ruiterlijk toe dat hij, verstrooid door al die drukte, de vlam in zijn olie gejaagd had. Aan dat evenement dankte ik een foto die in Amerika beslist zou gedongen hebben naar een grote onderscheiding.

Op maandagmiddag liep ik langs bij een televisiester die in Muisdonk een buitenverblijf had. De man was presentator van een soort van zottenfeest in patronaatsstijl, en ik wilde hem voorstellen aan de Kempenaars. Werd me dat een tegenvaller! Voor prullen als het streeknieuws van ‘De Brabander’ wilde de man in geen geval van zijn wit paard komen. Het enige wat ik van hem kreeg was het adres van zijn manager. Toen ik hem bij het afscheid vroeg of dat niet triest was zo helemaal alleen op een groot wit paard te zitten, leek het wel of hij koliek kreeg.

Het grote raadsel in Groot-Kranendonk was vooralsnog de beduusd aangekondigde lijst der Ekologen. Een partij van de Groenen moest er immers nog gesticht worden, en dus was de eventuele aanhang ervan een grote onbekende. Erwin Moreels, een achtentwintigjarige notarisklerk, had het initiatief genomen. Meer dan een jaar had hij erover gedaan om een lijst van genodigden voor die eerste vergadering in ‘De Schuur’, het lokaal van de padvinders, samen te stellen. Het gekke was dat alles in feite voortkwam uit een doktersadvies. De laatste jaren had Erwin inderdaad meermaals te kampen gehad met depressies. Pas de derde psychiater in de rij had de vinger op de wonde gelegd: de patiënt kon de verloedering van zijn biotoop niet verwerken... Die biotoop was Groot-Kranendonk en daar waren in korte tijd nogal wat natuurgebieden (bossen, drassen, heiduinen, landbouwgronden...) te kust en te keur verkaveld tot percelen bouwgrond, geëffend tot industrieterreinen, of zo maar illegaal be-

[pagina 75]
[p. 75]

bouwd met lusthuizen en chalets. Een enkeling stond machteloos tegenover die dingen, doch een drukkingsgroep zou misschien kunnen pogen een stem in het kapittel te krijgen... Enfin, de tijd was rijp om van idealisme over te schakelen op pragmatisme, en aldus aan te tonen dat de Groenen niet langer groen achter de oren waren.

Terwijl ik die maandagavond in zijn nabijheid van de stilte zat te genieten, stond Erwin met de moed der wanhoop te wachten op de resultaten van zijn patetische circulaire. Als lid van alle denkbare verenigingen had hij nogal wat vrienden en kennissen onder de natuurliefhebbers, doch die lui hadden allemaal een heilige afschuw voor alles wat naar politiek zweemde. Alle politici waren in hun ogen tafelspringers, mouwstrijkers, strebers of arrivisten. Ook fatalisme was hun vreemd. Naar hun mening was de aarde God, en God zou zich bij tijd en wijle wel wreken op de natuurschenders... Het was dan ook tot Erwins zichtbare opluchting dat even voor acht uur uit de bossen nogal wat natuurminnaars opdoken. En bijna gelijktijdig verschenen twee groepjes fietsers op de bosweg. Iedereen keek een beetje onwennig naar iedereen. De mannen krabden in hun baarden en lachten schaapachtig. De vrouwen klopten het stof van hun broekspijpen en troepten samen. Op slag van achten kwam een zware B.M.W. het grasplein opgedraaid. Iedereen keek verstoord. De officiële mandatarissen van Agalev konden toch niet geroken hebben wat hier nog moest bekokstoofd worden? Uit de wagen sprongen twee knappe meisjes, in bloemige jurken; ze waren keurig gekapt, smaakvol geschminkt... De mannen grinnikten hoorbaar; de vrouwen keken verslagen naar hun zware schoenen. Ik kon mijn ogen niet geloven... Ik herkende Rebecca Holvoet, de jongste dochter van een dorpsdokter, en Linda Roelants, de enige dochter van een opticien die - naar ik al vaker had gehoord - onder de ornitologen gekend was voor zijn verrekijkers. Nou ja... Waarom niet? Tien minuten later zaten precies achtentwintig eerder jonge mensen rond de rudimentaire eiken tafels in het lokaal. Erwin Moreels verwelkomde hen gloedvol. Het was alsof een tong van vuur over hem neerdaalde toen hij uitweidde over de noodzaak van een gezond, intelligent, eerlijk en natuurminnend tegenwicht in de Groot-Kranendonkse politieke weegschaal. Zijn ogen vonkten toen hij de miskleunen van het gemeentebestuur opsomde, en werden vervolgens troebel bij het noemen van de uitgeroeide of verdreven vogels, vissen, insekten en planten... Voorwaar, de man had charisma. En dan zou een soort van rondvraag volgen... Tot grote verbazing van iedereen

[pagina 76]
[p. 76]

sprong Linda Roelants op, met een pollepel in de hand. Zij bleek kleuterleidster te zijn en zij had de... praatkabouter van haar klasje meegebracht. Elke ochtend mochten haar kleuters om beurten aan de praatkabouter - op de rugzijde van de pollepel stond inderdaad een narrentronie afgebeeld - vertellen wat ze de laatste vierentwintig uur hadden beleefd, wat hen bezwaarde, en wat ze verhoopten... Haar voorstel werd op gejuich onthaald. En toen volgden achtentwintig ontboezemingen. Eigenaardig genoeg bleek ook hier dé konstante... de sluiting van ‘De Weerwolf 2000’ te zijn.

Na deze mengeling van biechtviering, programmaverklaring en ludieke grootspraak of humbug, nam Erwin Moreels weer het woord. Wie wilde zich kandidaat stellen voor de goede zaak? Het hoefde geen geld te kosten, doch er kon ook niets verdiend worden: eventuele zitpenningen moesten immers de kas spijzen. Al het werk zou dus onbaatzuchtig moeten opgeknapt worden... Zevenentwintig handen werden opgestoken.

‘Als we nu allemaal onze naam eens op een strookje papier schrijven,’ stelde Erwin voor, ‘en we gooien die strookjes in een doos... Een onschuldige meisjeshand - bij voorbeeld die van Rebecca - kan de negentien kandidaten opvissen... We hebben dan tevens de rangorde van de lijst.’

Zo gezegd, zo gedaan. Tien minuten later was de lijst klaar. En iedereen was tevreden. De natuur had gewild dat Linda Roelants als lijsttrekker figureerde. Erwin Moreels kwam zelf op de zesde plaats. En het twaalfde strookje papier dat Rebecca opdiepte, was dat met haar naam erop.

Om het vereiste aantal handtekeningen van peters of meters van de lijst bijeen te krijgen lieten Erwin en ik ons die avond door Rebecca naar het kabinet van dokter Holvoet brengen. De arts, die juist de wratten van een slager aan het bevriezen was, keek raar op... doch deed wat hem gevraagd werd. En ook de slager, die in doodsangst naar de bistouri zat te kijken, plaatste zijn handtekening. Alhoewel mijn portefeuille al bol stond van de partijkaarten, beloofde ik de Groenen ook eeuwige steun. Met handen waarin nog de viooltjesgeur van haar handen zat, tikte ik die avond een uitermate lyrisch beeld van Linda Roelants uit. Ditmaal reageerde Arnout Koleman niet.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken