Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De vrouw bestaat niet (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van De vrouw bestaat niet
Afbeelding van De vrouw bestaat nietToon afbeelding van titelpagina van De vrouw bestaat niet

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.77 MB)

Scans (6.74 MB)

ebook (2.97 MB)

XML (0.27 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De vrouw bestaat niet

(1982)–Maarten 't Hart–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 146]
[p. 146]

23 De Gender-identiteit

‘Heel vaak vinden kleine meisjes het niet zo prettig dat zij een meisje zijn. Ze voelen zich “eigenlijk een jongen” (het tomboy-syndroom, dat meestal met de puberteit verdwijnt, of althans wordt onderdrukt) en zijn er trots op als zij met jongens mogen meespelen,’ zegt Andreas Burnier in De zwembadmentaliteit. En een bladzijde verder verklaart zij: ‘Jongens hebben maar heel zelden het idee dat zij “eigenlijk” een meisje zouden zijn.’ Dit is een lievelingsgedachte van Andreas Burnier. Al in Het jongensuur schreef zij: ‘Ik begreep dat je, als jongen geboren, het gewoon zou vinden dat je een jongen was.’

Hoe zijn nu de feiten? Precies andersom. Op verschillende plaatsen ter wereld kunnen mannen zich laten omopereren tot vrouwen en vrouwen tot mannen. De bekendste klinieken waren, tot voor kort, die in Casablanca en het Johns Hoekins Hospital in Baltimore. De laatste tijd kun je ook op allerlei andere plaatsen terecht. In alle ziekenhuizen en klinieken waar dit soort operaties verricht worden behandelt men gemiddeld acht mannen tegen één vrouw. In een boeiend artikel van Iven N. Mush in het boek Gender differences: their ontogeny acid sigtüficance van C. Ormsted en D.C. Taylor vinden we de uitspraak dat mannen drie tot acht maal zo vaak als vrouwen van mening zijn dat zij ‘eigenlijk’ een meisje zijn. De werkgroep T en T van de afdeling Amsterdam van de n.v.s.h., die opgericht is door mensen die menen dat zij eigenlijk van het andere geslacht zijn, telt ongeveer veertig maal zoveel mannelijke(?) als vrouwelijke(?) leden.

In het befaamde boek van Ford en Beach Patterns of sexual behaviour wordt verteld dat in allerlei culturen veel meer

[pagina 147]
[p. 147]

mannen dan vrouwen ernaar verlangen om een lid van de andere sexe te zijn en dat verlangen vaak gestalte geven in de vorm van een of andere mate van vervrouwelijking - dus kleren van het andere geslacht gaan dragen, werkzaamheden gaan uitvoeren die in die cultuur typisch zijn voor het andere geslacht.

Met andere woorden: in werkelijkheid menen jongens heel vaak dat zij eigenlijk een meisje zijn en menen meisjes heel zelden dat zij een jongen zijn. Nog niet eens zo lang geleden publiceerde Jan Morris zijn ontroerende boek over zijn geslachtstransformatie (Conundrum)). Kan Andreas Burnier een vergelijkbaar boek van een vrouw noemen?

Andreas Burniers Een tevreden lach is een aangrijpende roman over een vrouw die eigenlijk een man had willen zijn. Het unieke van dat boek is, voorzover ik weet, dat er geen enkele andere roman van een vrouw bestaat waarin een en ander zo onverhuld wordt uitgesproken. Wel ken ik tenminste drie romans van mannen over dat onderwerp, dat wil zeggen over mannen die er hartstochtelijk naar verlangen een vrouw te zijn: City of Night van John Rechy, Last Exit to Brooklyn van Hugh Selby en I want what I want van Geoff Brown.

Andreas Burnier is ook van mening dat alleen de ‘zéér intelligente en de zéér gevoelige jongens’ zich niet behaaglijk voelen in de heersende kaste (de mannenwereld) waarin zij geboren zijn. Ik ben blij met dit compliment, maar meen dat het onverdiend is. Ik ken zo langzamerhand aardig wat mannen die van mening zijn dat zij ‘eigenlijk’ een vrouw zijn, maar ik zou liegen als ik zou beweren dat zij, voorzover ik dat beoordelen kan, gevoeliger en intelligenter zijn dan andere mannen.

Vanaf het moment dat de koningin door Maassluis reed en ik pas goed besefte dat ik een jongen was, heb ik ernaar ver-

[pagina 148]
[p. 148]

langd om een meisje te zijn. En zelfs daarvoor verlangde ik er al naar, maar niet zo hevig. Vanaf mijn achtste jaar is het, door het lezen van Een zwitserse Robinson, waarin een jongen voorkomt die later een meisje blijkt te zijn, tot een bijna obsessief te noemen hunker naar geslachtsverandering uitgegroeid. Toen ik vijftien jaar was, werd ik bijna gek van verlangen naar mooie borsten, lang haar, mooie vrouwenkleren, ja, naar alles wat mij een vrouw zou kunnen maken en dat verlangen is onverminderd blijven bestaan tot ik begon te schrijven. Al schrijvend heb ik het op de achtergrond weten te dringen - goddank, want er is niet mee te leven.

Als ik Een tevreden lach of Het jongensuur lees, is het net alsof ik lees over mijzelf, terwijl tegelijkertijd alles omgekeerd is. Zo schrijft Burnier in Het jongensuur: ‘Ik ging in bed liggen, trok het licht uit, en begon aan mijn oefeningen. Het waren een reeks magische formules en voorstellingen, die mij binnen afzienbare tijd aan de ontbrekende geslachtsorganen moesten helpen, en mijn borsten zouden doen terugslinken naar hun natuurlijke staat.’

Op analoge wijze ging ik te werk. Voor het naar bed gaan reed ik vaak anderhalf uur op de fiets omdat je geslachtsorganen, als je heel hard gefietst hebt, bijna helemaal verdwenen lijken. Na het fietsen ging ik naar bed en dan keek ik naar het weinige dat er nog over was van mijn geslachtsorgaan en dan stelde ik mij voor hoe ik de volgende morgen zou ontwaken met lang haar en borsten en zonder die knullige aanhangsels tussen mijn benen. Maar als ik dan de volgende dag wakker werd en mijn jongenstepels nog niet eens met een vergrootglas vinden kon, wist ik dat het weer niet gebeurd was en dat het ook nooit zou gebeuren.

Zoals Andreas Burnier beschrijft hoe verschrikkelijk ze het vond dat ze voor het eerst menstrueerde, zo zou ik kunnen beschrijven hoe ellendig ik mij voelde toen ik mij voor het

[pagina 149]
[p. 149]

eerst moest scheren.

Bij mannen komt dit alles vaker voor dan bij vrouwen. In Amerika spreekt men nu over ‘gender identiteit’ om de geslachtsidentiteit die iemand bij zichzelf voelt, een naam te geven. Het woord verklaart niets, maar het klinkt mooi en gewichtig.

Bij mannen lijkt het ook dieper te gaan dan bij vrouwen. Niet zelden komt het voor dat mannen hun eigen geslachtsorganen afsnijden. Mij is geen geval bekend van een vrouw die haar eigen borsten op analoge wijze verminkte. Gelukkig maar, overigens, want zo iets is natuurlijk toch afschuwelijk.

Waarom wordt het door mannen zoveel treuriger beleefd dan door vrouwen? Voor een deel, denk ik, omdat een meisje dat een jongen wil zijn in onze maatschappij veel gemakkelijker stappen kan doen in de richting van verwezenlijking van het ideaal. Burnier beschrijft dat ook prachtig in haar boeken. Een meisje kan haar haar kort laten knippen als een jongenskopje, een meisje kan elke dag, zonder dat iemand haar een strobreed in de weg legt, een broek dragen. Een meisje kan laarzen aantrekken, kan zelfs mannenschoenen dragen zonder dat ze op veel meer narigheid hoeft te rekenen dan op wat vriendelijke spot. Zelfs een colbert is tegenwoordig voor een vrouw een aanvaardbaar kledingstuk. Een vrouw die liever een man wil zijn, kan dat, zonder enige hindernis of tegenwerking, in haar kleding tot uitdrukking brengen. Daarentegen is er voor een man die liever een vrouw zou willen zijn geen sprake van iets dat ook maar enigszins gaat in de richting van een gelijkwaardig alternatief. Wie op straat als man een jurk of rok draagt, wordt niet alleen bespot of nagewezen, maar kan zelfs gearresteerd worden. Make-up, een pruik, hoge hakken, een bontmanteltje? Geen man die er zich in vertonen kan.

Andreas Burnier spreekt er schande van dat Enid Starkie

[pagina 150]
[p. 150]

in Oxford geen broek mocht dragen. Maar werd Enid Starkie gearresteerd toen zij een broek droeg? Nee, natuurlijk niet. Onbegrijpelijk dat Andreas Burnier er geen moment bij stilstaat dat de regels voor mannen in dit opzicht duizend maal strenger zijn, en bovendien, bij overtreding, strafbare feiten opleveren. ‘In een tijd waarin vrouwen hun bh's verbranden,’ zegt Arianna Stassinopoulos zo aardig in haar boek The female woman, ‘missen mannen hun fundamentele recht om er een te dragen.’ Tot de juristen van onze samenleving, waar Andreas Burnier er één van is, schijnt dit nog niet doorgedrongen te zijn.

 



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken