Langs en over de aarde(1957)–Jaap Harten– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 16] [p. 16] In een kamer Vanuit deze kamer, donker als een herberg, Overkapt door naaldwoud en winternachten, Maar later, bij openingen van het vuur Groeiend als schepen naar het kuststation Van de zon, volgen onze handen de liefde Langs netten van adem en onderzee's licht. Geen berichten van wereld en onweer zullen Dit nest meer bereiken, dat schittert in de morgen. Sneeuwploegen zien wij het spoor bijster raken, Attentie van vliegtuigen zal worden afgeleid En ook de wind, blazend aan gesloten deur, moet Zijn bivak opbreken en terugkeren naar de stad. Voor ons opent zich het vroege uur Uit schaduw, stilte en stijgende vogels: duif Hoog en laag op de lucht. Sterren Vallen in het stroomveld van ons bloed, Overbloeid met hoffelijke woorden, Met een prachtig gebaar van plezier. Vorige Volgende