Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Voorwaarden voor hergebruik
    • Disclaimer
    • Voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid

Informatie terzijde

Familie en kennissen
Toon afbeeldingen van Familie en kennissen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2,78 MB)

Scans (10,71 MB)

ebook (4,80 MB)

XML (0,49 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

non-fictie/autobiografie-memoires
verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Familie en kennissen

(1876)–François Haverschmidt– Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 9]
[p. 9]

Voor den derden druk

‘Nu “ Familie en Kennissen” in zoo'n sierlijk kleed voor den dag komen, heeft de Uitgever gemeend, dat ook eenige van de hier en daar verspreide verwanten en vrienden van de partij moesten zijn. Het is anders met zulke uitgebreide invitatiën wel eens gevaarlijk, en er loopt licht iemand onder door, die er maar half bij hoort. Intusschen schaadt dat minder, als de heerschende toon maar de rechte is.

Deze of gene zal misschien vinden, dat het gezelschap, ondanks het mooie feestgewaad waarin het gestoken werd, wat ouderwetsch is gaan worden. Maar ik weet er ook die daar juist van houden. En weer anderen vragen niet naar oud of nieuw; als zij er maar iets schoons en goeds in vinden, dan...’

 

Aldus is de Schrijver begonnen den derden druk in te leiden. Hij had thans zijn boekje kunnen opdragen aan zijn kinderen. Maar zoo ver is hij niet gekomen. Den laatsten zin reeds heeft hij niet mogen voleindigen. Zullen wij hem voltooien? Ja, als die ‘anderen’ er maar iets schoons en goeds in vinden, dan zullen zij den Schrijver dankbaar wezen en - dan zou ook de Schrijver van zijn werk voldoening hebben gehad. Welnu, gelukkig zijn er nog velen die niet naar oud of nieuw vragen, maar de gave bezitten om het schoone en goede te ontdekken in allerlei vorm. Zij zullen het ook in deze verhalen vinden, en voor hen, die het voorrecht hadden den Schrijver zelven te hooren spreken en vertellen, zal zijn beeld helder verrijzen in al zijn beminnelijken eenvoud en kinderlijke oprechtheid.

 

Schiedam, Augustus 1894

De Uitgever


Vorige Volgende