Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Emblemata moralia (1625)

Informatie terzijde

Titelpagina van Emblemata moralia
Afbeelding van Emblemata moraliaToon afbeelding van titelpagina van Emblemata moralia

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.38 MB)

ebook (6.28 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

emblematiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Emblemata moralia

(1625)–Zacharias Heyns–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[Folio 34v]
[fol. 34v]

[Alle weldaet, u bethoont,
Sy met dancbaerheyt geloont
]

 
Alle weldaet, u bethoont,
 
Sy met dancbaerheyt geloont.
 
GHy ondanckbare, die verachtende de Wetten,
 
Op geene weldaet (u geschiet) en tracht te letten:
 
Siet wat den Sperwer doet, die siinde seer verkout,
 
Een heete musse dicht aen siine borste hout,
 
Die hy dan vliegen laet: en vliegende is daer mede
 
Aen d'ander sijde wech, wijt van de selve stede
 
Op dat hy onversins de selve musse niet
 
Hergrijpe: mits die deucht hem daer van is gheschiet.
 
Ne mettez iamais en oubli
 
Le bien-faict de ton ami.
 
INgrat qui acceptez, & n'observant les loix
 
Ne rendez (comme il faut) tout autant que tu dois,
 
Voy que faict l'Esprevier ayant tenu sous l'aile
 
Pour fourmenter son sein, la chaude Paßerelle,
 
L'uy redonne les champs, et d'vn vol different
 
S'esloigne tant qu'il peut, du chemin qu'elle prend,
 
A fin qu'a l'advenir dans la chair tremblotante
 
De l'oseau bien-faisant, sa bouche il ne sanglante.
[Folio 35r]
[fol. 35r]

Beneficij accepti memor esto.



illustratie

Ga naar margenoot+Vergeet niet der weldadicheyt ende gedeelsaemheyt: Want met sodanige offerhanden behaegtmen Godt.
Ne mettez en oubli la beneficence & communication: car Dieu prend plaisir à tels sacrifices.
[Folio 35v]
[fol. 35v]

Wtlegginghe.

DE ondersoeckers der naturen schrijven dat de Sperwer verkout siinde een mussche siet te grijpen die hy (dewijle sy heet van naturen is) voor siine borst hout, tot dat hy beternisse gevoelt ende die daer na laet vliegen, sich beghevende naer een ander gewest, opdat hy de selve niet weder en grijpe mits het goet hem van de selve musse geschiet, streckende dit voor-beelt om sulcke tot danckbaerheyt te vermanen die de weldaet (haer geschiet) vergeten, die leyder, in dese onse eeuwe in sulcken overvloet syn dat het voor den milde goetwillige een grouwel is: daermen nochtans klaerliick siet dat de oude d'ondancbaerheyt boven alle andere gebreken veracht hebben. geliic oock P. mim. seyt

Ingrato homine nihil peius terra creat.
D'aerde brenght niet snooders voort als een ondancbaer mensche.

Ende Quintilianus declam. 9.

Maximum omnium vitiorum signum est ingratitudo.
D'ondancbaerheydt is het grootste teecken aller ondeuchden.

Ende geliick Seneca seyt.

Erunt homicide, Tyranni, fures, Adulterj, raptores,
Sacrilegi, proditores: infra ista omnia ingratus est,
Nisi quod ista omnia ab ingrato animo fuint, sine
Quo vix ullum magnum facinus accrevit.

Dat is

[Folio 36r]
[fol. 36r]

Daer sullen moorders syn Tyrannen ofte dwingelanden, dieven, overspeelders, roovers, Kercken-schenders verraders: doch een ondanckbaer mensche is beneden die alle, ten sy men segge dat die alle uyt een ondancbaer gemoet onstaen, sonder 'twelc qualiic eenich groot schelmstuck opgekomen is, daerom betamet ons (geliick Hesiodus seyt) de vruchtbare ackers te slachten, die veel meer uytgeven als sy ontfangen hebben. alsoo worden naect verthoont, om dat de reyne vrientschap een open ende onbevlecte herte is thoonende ende twee die wederkeeren als d'eene komt om te bethonen dat het eerliicker te geven is als te nemen ende eene vriendtschap tweewaerdich is. de Heere selfs (geliick Paulus seyt Act. 20. Cap) heeft gesproken dat het saliger is te gheven als te nemen, soo gelijct oock Isocrates, ad demo. d'ondanckbare menschen by de vremde honden, die altijt blaffen, knorren, ende byten wat vrientschap men haer doet. eyndeliick gheliick Stobeus schrijft.

Ingratus quisquis est, is maior in modum Deos parentes et patriam negligit.
Wie ondanckbaer is, is Godt, d'overheyt, den ouderen ende het vaderlant verachtende ende vergetende.
margenoot+
Hebr. 13. 16.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken