Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bolke de Beer (1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bolke de Beer
Afbeelding van Bolke de BeerToon afbeelding van titelpagina van Bolke de Beer

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.89 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Illustrators

N.J. de Graaff

Rein Stuurman



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bolke de Beer

(1935)–A.D. Hildebrand–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 22]
[p. 22]

III. Bolke op de hertenwei.

‘Wat voert u hier heen, meneer Bolke?’ vroeg vos Vlens langzaam en deftig.

‘Als ik er, met alle eerbied, één woord van snap, wat u bedoelt, dan ben ik geen Bommeldrom,’ zei Bolke.

‘Wat of u hier komt doen, bedoel ik.’

‘Ik kom hier vluchten,’ zei Bolke en hij vertelde de hele geschiedenis van zijn vlucht uit het circus.

En toen fluisterde de vos Bolke iets in het oor. Bolke werd een beetje bleek om z'n neus, knikte en zei zachtjes: ‘U hebt gelijk, het is zo. Maar spreek er niet over.’

‘Goed, goed,’ glimlachte Vlens. ‘Ik zal er niet over spreken.

Je wou weten, wat Vlens gezegd had? Dat Bolke een beer was. En geen Bommeldrom. Dat had hij direct gezien, want Vlens had veel gereisd.

Het was nu heel donker in het bos geworden. Bolke moest er weer aan wennen. Vroeger had hij in Rusland gewoond, in het Oeral-gebergte en

[pagina 23]
[p. 23]

daar had hij ook hele nachten door de bossen gezworven maar nu, na al die jaren in het circus, moest hij weer aan het pikkeduister wennen.

Een zachte wind blies om zijn oren en plots stond Bolke stil.

‘Ik hoor iets,’ fluisterde hij. Ze bleven alle drie staan.

Heel zacht en van heel ver, kwam het geluid van vele stemmen.

‘Dat zijn de dieren op de hertenwei,’ fluisterde Buizer terug. ‘We zijn er over een minuut of tien.’

Ze stapten weer door en eindelijk kwamen ze bij een open plek midden in het bos.

‘Ojjjj,’ zei Bolke toen ze stilstonden aan de rand van de hertenwei. Het was een prachtig gezicht. De maan was juist opgekomen en in het zachte licht zag Bolke wel honderd herten. Ze stonden bij elkaar in een hoek van de hertenwei. In een andere hoek stonden wel honderd egels en weer in een andere hoek stonden meer dan honderd konijnen en in de vierde hoek stonden veel meer dan honderd hazen. In het midden van het veld zag Bolke een aantal wilde zwijnen staan, tien zouden het er ongeveer zijn.

‘Blijf hier even wachten, Bolke,’ fluisterde Vlens. ‘Laat mij voor gaan met Buizer, want an-

[pagina 24]
[p. 24]

ders schrikken ze van je. Ze kennen hier geen Bommeldrommen.’

‘Accoord,’ zei Bolke en Vlens en Buizer liepen langzaam het veld op.

Buizer ging direct naar de hazenhoek, want hij was voorzitter van de hazenvereeniging.

Vlens ging naar het midden van het veld, fluisterde even met de wilde zwijnen en deze verspreidden zich direct en gingen het nieuws van de Bommeldrom aan alle andere dieren vertellen.

Aller ogen waren gericht op de plek waar Bolke stond en hoewel hij erg verlegen was, deed hij zijn best om zo deftig mogelijk het veld op te lopen.

Er klonk een zacht gefluister, toen Bolke langzaam en waardig naar het midden van het veld liep. Hij had z'n hoofd hoog opgeheven, om nog maar wat deftiger te schijnen en hij keek naar de maan. Zo kwam het, dat hij de grote steen niet zag, die vlak voor hem in het gras lag. Hij stootte er tegen....

Bups! Daar rolde Bolke over het veld. Alle dieren begonnen te lachen en de herten hielden hun zakdoekjes voor hun mond. De egels lachten hard en luidruchtig. Dat klonk ongeveer zo: ‘gebe.... gebe.... gebe....’

[pagina 25]
[p. 25]

Bolke was woedend op zichzelf. Hij had zich belachelijk gemaakt.

Toen alle dieren uitgelachen waren, vormden zij een grote kring om Bolke en Vlens begon te spreken.

‘Beste vrienden,’ zei hij, ‘hierbij stel ik jullie voor aan Bolke, de Bommeldrom uit het circus. Hij is ontvlucht en hij moet geholpen worden om zich te verstoppen. Als de honden komen, ruiken ze zijn spoor en zouden ze hem kunnen vinden. Wie weet een plaats?’

‘Ik, baas,’ zei een egel, ‘ik, baas.’

‘Laat dan maar eens horen, Drubbiebuu,’ zei Vlens.

‘Hij moet een grote sprong maken van wel tien meter,’ zei de egel.

‘Is dat alles?’ vroeg Vlens.

‘Ja.’

‘Dan is het niet genoeg,’ antwoordde Vlens, ‘je plan is niets waard.’

‘Ik weet een beter plan,’ zei een hert, maar je kon het dier haast niet verstaan. Het hert herkauwde en had z'n mond vol gras.

‘Spreek op, Rosientje,’ zei Vlens.

‘Even mijn mond leeg eten,’ antwoordde Rosientje. ‘Zo, luister. We moeten een gang graven onder de grond door. Een lange gang van wel

[pagina 26]
[p. 26]

vijftig meter. Daar kan de Bommeldrom doorkruipen en dan houdt zijn spoor op, op de plek, waar hij de gang binnen is gekropen.

‘Je plan lijkt me zeer de moeite waard, Rosientje,’ zei Vlens. ‘Wat denken de andere dieren er van?’

‘Een goed plan! Een mooi plan! Een verstandig plan! Een knap plan!’ riepen alle dieren door elkaar.

En zo werd besloten, dat er een lange gang van wel vijftig meter gegraven zou worden, waar Bolke door moest kruipen.

De egels haalden hun schoppen en Vlens tikte op de grond.

‘Ja,’ antwoordde een diepe stem.

‘Mol, mol,’ riep Vlens, ‘kom eens even boven. Ik moet met je spreken. Breng zoveel mogelijk mollen mee!’

Het duurde een ogenblikje maar toen kwamen er overal kleine scheurtjes in de grond. Wel zestig mollen kropen de grond uit en kwamen in een kring om Vlens heen staan.

‘Ik heb een mooi werkje voor jullie,’ zei Vlens. ‘Wij moeten een groot gat hebben, waar deze Bommeldrom door kan kruipen. Kunnen jullie de egels helpen met graven?’

‘Is dat een Bommeldrom?’ vroeg de oudste mol, ‘wat een monster van een beest.’

[pagina 27]
[p. 27]

Bolke deed z'n mond al open om hem eens even flink de waarheid te zeggen maar Vlens legde zijn vinger op zijn lippen, ten teken, dat Bolke zwijgen moest.

‘Het is een monster,’ zei Vlens, ‘maar het is een vriend van mij en ik moet hem helpen.’

‘Wat verdien ik er mee?’ vroeg de oudste mol. ‘En wat verdienen mijn kameraden er mee?’

‘Ja.... dat moet je maar aan de Bommeldrom vragen,’ antwoordde Vlens.

Bolke zat met z'n handen in z'n haar. Hij had niets bij zich en hij wist trouwens niet wat hij een mol geven moest.

‘Ik heb niets,’ zei Bolke. ‘Wat willen jullie dan hebben?’

‘Geef ons je jas maar,’ zei de oudste mol.

‘O nee,’ zei hij, ‘die kan ik niet missen. Vlens help me.’

Vlens kwam tussenbeiden want de mollen omringden Bolke en wilden hem zijn jas uittrekken.

‘Nee jongens, dat gaat niet,’ zei Vlens, ‘wat zouden jullie zeggen van een pond bosbessen?’

‘Hoeveel bosbessen gaan er in een pond?’ vroeg de oudste mol.

‘Twee-duizend-acht-honderd-een-en-dertig,’ zei Vlens.

‘Accoord,’ zei de oudste mol.

[pagina 28]
[p. 28]

De egels kwamen met hun schoppen en de mollen begonnen te graven. Het ging ontzaggelijk vlug. Wat de mollen uitgroeven, brachten de egels met hun schoppen weg. Het werd een flink wijd gat in de grond. Zo nu en dan moest Bolke proberen of hij er in kon.

Eerst hadden alle dieren staan kijken maar toen het twee uur werd, moesten de meesten toch naar huis toe.

Juist toen de zon begon op te komen, was de gang klaar. Bolke kroop er door en aan de andere kant er weer uit en toen liep hij direct op een drafje het bos in. Vlens betaalde de mollen een pond bosbessen en twee minuten later was er op de hertenwei geen mol meer te zien. Ze hadden het gat weer dichtgegooid en ze waren in de grond verdwenen. De laatste herten gingen nu ook naar huis en de egels en de konijnen.

Vlens en Buizer voegden zich bij Bolke.

‘Nu klim ik in een boom,’ zei Bolke, ‘en ik verstop me in de top tussen de blaren en ik wacht tot de honden weg zijn.

‘Ik ga naar huis,’ zei Buizer, ‘'t wordt mij te gevaarlijk.’

‘En ik blijf hier,’ zei Vlens, ‘ik wil dart grapje wel eens zien.’

Buizer nam afscheid en Bolke ging met Vlens

[pagina 29]
[p. 29]

een mooie boom uitzoeken. Het moest een hoge zijn, een hele hoge boom.

‘Ik zie straks de domme gezichten van die honden al,’ grinnikte Vlens, ‘als ze bij de plek komen, waar jij in het gat bent gekropen en waar het spoor dus ophoudt, zullen ze wel raar staan te kijken. Ze zullen niet begrijpen waar je gebleven bent, maar ze kunnen ook niet weten, dat je in de grond bent gekropen en dat je er een heel eind verder weer uitgekomen bent. En als je nu maar hoog genoeg in een boom klimt, dan vinden ze je nooit, want dan kunnen ze je ook niet ruiken.’

‘Hoe lijkt je deze boom?’ vroeg Bolke, en hij wees op een hoge beuk, die een eindje van de rand van de hertenwei afstond.

‘Die lijkt me wel goed,’ zei Vlens. Hij gaf Bolke een duwtje en Bolke begon te klimmen.

‘Heb je eten, voor vandaag?’ vroeg Vlens nog.

‘Nee,’ zei Bolke, ‘jongen, daar heb ik niet aan gedacht.’

‘Hier heb je nog een zakje bosbessen. Ik had ze meegenomen voor vannacht, maar ik heb ze niet nodig. Neem jij ze maar.’

Bolke dankte Vlens vriendelijk en klom zo hoog mogelijk in de beuk.

Toen hij naar beneden keek, was Vlens verdwenen. Hij had zich ergens verstopt. Bolke maakte

[pagina 30]
[p. 30]

een soort bedje boven in de boom. Hij brak wat takken af en legde ze zó over elkaar, dat hij er makkelijk op liggen kon. Toen sloeg hij z'n staart om een dunne zijtak, legde er een knoop in en sloot zijn ogen. Bolke viel in slaap.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken