Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Proeve eener theorie der Nederduitsche poëzy (2002)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.21 MB)

XML (0.61 MB)

tekstbestand






Editeur

F. Bulhof



Genre

proza
sec - letterkunde

Subgenre

poëtica


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Proeve eener theorie der Nederduitsche poëzy

(2002)–O.C.F. Hoffham–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

§. 47. Een dichter kan slechts door een' dichter vertaald worden

Een dichter kan slechts door een' dichter vertaald worden. ‘Het is onmogelyk,’ zegt een genootschap van geleerden, ‘dat een dichter wél vertaald word, of het moest door een' dichter geschieden’ (Levensbeschryving van verscheidene vermaarde Italiaansche mannen, enz., bl. 158) Ga naar voetnoot275. -- Het verstaat zich, dat vaerzen in vaerzen moeten vertaald worden, en hy, die in vaerzen vertaalt, is alzins poëet (§. 46.). Gelyk, natuurlykerwyze, de vaerzen den oorsprongklyken dichter (§. 6.) waarlyk en alleen tot dichter maaken: zo verklaaren de vaerzen des vertaalers ook hem evengelyk tot poëet, en bewyzen dat hy zyn origineel wél en kunstig vertaald hebbe.

Vondel uit zich aldus:

 
Vertolken staet elk vry, is ieder even na
 
Doch geensins even nut. -- -- --
 
Indien Ovidius quam 's levens licht t'aenschouwen,
 
Hy zou zyn werkstuk slechts een' fenixtolk vertrouwen;
 
(Poëzy, Deel II, bl. 293) Ga naar voetnoot276

en hy,

 
De fakkel onzer taal, de Fenix van zyn' tyd,
 
(De juigchende Schouwburg, tooneel I) Ga naar voetnoot277

[pagina 99]
[p. 99]

heeft zulks door zynen vertaalden Ovidius beweezen. Alle prosavertaalingen van uitheemsche dichters die wy bezitten zyn niet dan zeer gebrekkig, en welk een overwigt van volkomenheid heeft niet Vondels vertaalde Virgilius in vaerzen, boven zyne vertaaling in prosa! Het vertaalen eens dichters in prosa doet hem zyne wezenlykste schoonheden (§. 22.) verliezen, en levert hem dus zeer onvolkomen; wyl de prosaïsche inhoud der vaerzen alleenlyk derzelver grove en stoflyke deelen levert, die men het caput mortuum zou kunnen heeten. De Guardiaan toont zulks aan, als hy zegt: ‘De poëzy is zo vol van fyne geesten, dat zy in het overgieten vervliegen; en als 'er geen nieuwe geesten bygedaan worden, blyft 'er niets over, dan het geene de stookers terra damnata of caput mortuum noemen’ (Deel II, bl. 475) Ga naar voetnoot278.

't Is waar, dat Vondel zelf belyd: ‘Rym en maet, waer aen de vertolcker gebonden staet, verhindert oock menighmaal, dat de vertaelder niet zoo wel en volmaacktelyk naspreekt, 't geen zoo wel en heerlyck voorgesproken word, en yet van d'eene taal in d'ander, door eenen engen hals te gieten, gaet zonder plengen niet te werck’ (Opdragt voor Elektra Ga naar voetnoot279. Maar het geene van de oorsprongklyke vaerzen verloren gaat, moet en kan de vertaalende dichter, door de schoonheden zyner eigene vaerzen, herstellen en vergoeden. Dit is het bydoen der nieuwe geesten, waarvan de Guardiaan

[pagina 100]
[p. 100]

spreekt, en hieröm kan een dichter slechts door een' dichter vertaald worden.

De waarheid van deezen regel bewyst tevens alzins de vruchtbaarheid der Neêrduitsche dichteren, en den overvloed van goede vertaalingen onder ons; want in welke spraak, meer dan in de onze, zyn uitheemsche poëeten zo algemeen in vaerzen, en dus door dichters, vertaald? -- En uit overtuiging van deezen grondregel, heeft Voordaagh zyne fraaije Neêrduitsche vertaaling van Voltaires Dood van Cesar aan dien Franschen dichter zelf opgedraagen Ga naar voetnoot280.

voetnoot275
Levensbeschryving van verscheidene vermaarde Italiaansche mannen en vrouwen. Beschreeven door een Genootschap van Geleerden; uit het Fransch vertaald, Harlingen, bij V. van der Plaats jr, 1769: in ‘Aanmerkingen over het leven van Torquatus Tasso’: ‘Het is onmooglyk dat een Dichter wel vertaald wordt, of het moet door een Dichter geschieden’. PBF C 19533.
voetnoot276
‘Opdraght van Ovidius of Loofwerk, aen Diedrik Buisero’, r. 125-126 en 131-132 (WB VII, p. 381).
voetnoot277
Pater, De juichende schouwburg, p. 2.
voetnoot278
De Guardian of de Britsche Zedenmeester, II, p. 475 (spelling licht gewijzigd); terra damnata of caput mortuum: ‘dodekop’, het bezinksel dat bij de bereiding van zwavelzuur uit ijzervitriool in de retort achterblijft.
voetnoot279
‘Opdragt voor Elektra’ (WB III, p. 642-643, r. 49-53).
voetnoot280
Jacob Voordaagh (gestorven na 1742), mecenas van Willem van der Hoeven, vertaler van Voltaires Dood van Cesar, Amsterdam, bij Izaak Duim, 1737. Het bevat een brief in het Nederlands: ‘Aan den Heere de Voltaire’. KB 3186 G 39.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken