De kameraadjes van Pietje Smeerpoets (ca. 1900-1910)–Heinrich Hoffmann– Auteursrecht onbekend Vorige [pagina 22] [p. 22] Hannes de dierenplager. Dit bruine, arme paard Staat wel twee uren Hier vastgebonden, 't Moet veel verduren De wespen plagen Het arme dier, En mocht het loopen 't Ging met plezier De dieren voelen smart en pijn Wie wil een dierenplager zijn? Hannes ziet dit vosje staan Loopt heel stil er achten aan, Pakt het bij zijn lange staart, Kwelt daardoor het arme paard; 't Vosje, dat dit niet verdraagt Trapt naar Hannes die het plaagt Raakt hem aan zijn rechterbeen En verbrijzelt hem zijn scheen. ‘Ach mijn been, wat doet het zeer, Nooit plaag ik de dieren weer!’ Vorige