Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Van geluk gesproken (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van Van geluk gesproken
Afbeelding van Van geluk gesprokenToon afbeelding van titelpagina van Van geluk gesproken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.94 MB)

Scans (8.53 MB)

ebook (3.00 MB)

XML (0.35 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Van geluk gesproken

(1982)–Marijke Höweler–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 84]
[p. 84]

14 Dat komt van de evenaar

‘Sjef,’ zei meneer de Bruin, ‘er zijn problemen.’

Maar Sjef zat te praten met de dame achter de tap en beduidde hem dat hij even in de wachtkamer zat. De Bruin keek eens om zich heen, stak een sigaret op en toen hij geen afleiding kon vinden, zei hij maar eens voor zichzelf: ‘Sjeffie ik heb problemen.’

‘Neem een pilsje van me,’ zei Sjef.

Tot De Bruins verwondering was hij nu al aan de beurt.

‘Merci,’ zei meneer de Bruin, ‘ik heb problemen thuis.’

‘Dat komt,’ analyseerde Sjef de situatie, ‘dat komt omdat je een thuis hebt, als jij geen thuis had dan had je ook geen problemen. Vroeger heb ik ze ook gehad.’

‘Het gaat om nou, ik heb ze nou Sjef,’ vervolgde meneer de Bruin ernstig.

‘Wat heb je dan?’ vroeg Sjef.

‘Problemen,’ legde De Bruin uit en hij hield z'n pilsje op ooghoogte en bestudeerde, één oog dichtgeknepen, de wegtrekkende schuimlaag.

‘Denk jij dat ze wegtrekken, Sjef?’ vroeg meneer de Bruin.

‘Wàt?’ zei Sjef.

‘Problemen,’ zei meneer de Bruin.

‘Ja die trekken weg,’ zei Sjef en toen zwegen ze een tijdje.

‘Waar heb jij dan problemen van?’ vroeg Sjef.

‘Dat zal jij niet weten,’ zei De Bruin peinzend en hij sloot een weddenschap met zichzelf: als het schuim helemaal wegtrok vóór het glas leeg was dan zou het goed komen met Truus, en als het schuim niet wegtrok voor het leeg was, ook.

‘Waar heb jij problemen van?’ vroeg Sjef nog eens.

De Bruin zweeg hooghartig en legde Sjef toen alles uit door hem veelzeggend aan te kijken.

[pagina 85]
[p. 85]

‘Oh dàt,’ herinnerde Sjef zich nu.

‘Precies,’ zei De Bruin en nam een slok.

‘Ja, dat was wat,’ zei Sjef.

‘Wanneer kan ik beginnen?’ vroeg De Bruin opeens zakelijk.

‘Wat bedoel je?’

‘Jij moet niet zo treiteren,’ zei De Bruin geduldig, ‘heb jij het lekker gehad of niet soms?’

‘Hoe bedoel je,’ wilde Sjef zeggen en plotseling brak de zon door op z'n rooie gezicht. Sjef keek alsof hij metselspecie in pijptabak had zien veranderen, verslikte zich en probeerde z'n lach in z'n rokershoest onder te brengen. Het lukte. De Bruin werd nu een beetje ongeduldig en slokte z'n glas leeg waarna er een randje schuim op de bodem bleef liggen.

‘En nou heb jij problemen,’ zei Sjef en veegde met de rug van z'n hand een gootje schuim en kwijl weg dat uit z'n mondhoek kwam, terwijl hij De Bruin zo ondeugend aankeek dat deze met barkruk en al een eindje van hem wegschuifelde.

‘Dat zijn mijn zaken,’ zei De Bruin nu opeens eenkennig.

‘Ik kan er heel goed inkomen dat jij problemen hebt,’ zei Sjef, ‘ik zou ze ook hebben als ik jou was.’

‘Wat bedoel je?’ vroeg De Bruin een beetje angstig.

‘Net wat ik zeg,’ legde Sjef uit en bestelde nog een pilsje voor zichzelf.

‘Wat bedoel je nou Sjef?’ vroeg De Bruin nog eens.

Sjef gaf geen antwoord en keek, z'n kop naar beneden, De Bruin van onder z'n wenkbrauwen aan. Als hij nog een tijdje zo blijft kijken dan douw ik hem het glas in z'n ogen, dacht De Bruin kwaadaardig.

‘Zal ik jou eens een advies geven?’ zei Sjef, ‘zal ik jou eens wat aanraden? Jij mag dat vrouwtje van je wel 's beter verzorgen, als je begrijpt wat ik bedoel,’ en hij smakte erbij. ‘Moet ik duidelijker worden?’ vroeg Sjef dreigend.

[pagina 86]
[p. 86]

‘Laat maar zitten,’ zei De Bruin.

‘Ik kan wel duidelijker worden als het moet.’

‘Ja, laat maar zitten,’ weerde De Bruin af en bestelde alleen een pilsje voor zichzelf.

Daarop zwegen ze weer een tijdje terwijl Sjef een slok nam, z'n kin in de lucht stak en het bier naar binnen liet klokken en De Bruin zat te kijken naar het bier dat stil bleef staan terwijl hij het glas ronddraaide.

‘Dat zal ik nooit begrijpen,’ zei De Bruin.

‘Wat zal jij niet begrijpen?’

‘Dat de pils niet meedraait,’ zei De Bruin filosofisch, tot teleurstelling van Sjef die iets pikanters verwacht had.

‘Dat komt van de evenaar,’ zei Sjef, ‘had jij het niet over dat badkamertje?’ vroeg hij toen.

‘Ja,’ zei De Bruin, ‘daar had ik het over.’

‘Badkamertje in Buitenveldert, dat wil die man gedaan hebben in decorreliëf met rose badkuip geloof ik of zoiets. Dat kan je wel hebben van me, voor wat ik gehad heb.’

‘Maar de kuip is toch voor de loodgieter?’ vroeg De Bruin die liever niets meer wilde horen over de vergoeding die Sjef genoten had.

‘Jij bent toch loodgieter, is het niet zo?’ en Sjef liet het nieuwe idee vergezeld gaan van een stomp tegen z'n arm en een knipoog.

‘Natuurlijk ben ik dat,’ zei De Bruin en knipoogde terug. ‘Nooit anders gedaan,’ deed hij er nog bovenop.

‘De provisie van het sanitair is natuurlijk voor mij,’ legde Sjef de spelregels uit.

‘Natuurlijk,’ knikte De Bruin instemmend. ‘Kranen ook?’ vroeg hij toen.

‘Kranen ook,’ zei Sjef.

‘Ze zullen toch geen gemeenteboiler moeten?’ vroeg De Bruin bedrukt.

‘'t Is een man alleen,’ zei Sjef.

[pagina 87]
[p. 87]

‘Oh,’ zei De Bruin. ‘Als hij een gemeenteboiler wil dan komen ze controleren.’

‘Die man die weet niets van gemeenteboilers af,’ stelde Sjef hem gerust.

‘Wanneer kan ik beginnen?’ vroeg De Bruin ijverig.

‘Over twee weken plus minus.’ Sjef dacht na. ‘Ik zal 's even opbellen van de week.’

‘Tegeltjes, zijn die voor mij?’ vroeg De Bruin.

‘Tegeltjes zijn voor jou als hij ze zelf niet op gaat halen.’

‘Man alleen?’ De Bruin woog z'n kansen. ‘Een man alleen doet zoiets niet, die laat ze mij halen.’

‘Je kan mazzel hebben,’ meende Sjef.

En daarmee was de zaak beklonken.

Sjef moest nodig weg en rekende alles af terwijl De Bruin begerig naar de honderdjes keek die uit z'n portefeuille puilden. Hij meende er zelfs een groene bij te zien.

‘Bedankt,’ zei De Bruin.

‘Graag gedaan,’ zei Sjef met een geil lachje en De Bruin wilde dat wel geloven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken