Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
X-Y-Z der muziek (1936)

Informatie terzijde

Titelpagina van X-Y-Z der muziek
Afbeelding van X-Y-Z der muziekToon afbeelding van titelpagina van X-Y-Z der muziek

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (16.07 MB)

XML (1.48 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
non-fictie/muziek-ballet-toneel-film-tv


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

X-Y-Z der muziek

(1936)–Casper Höweler–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

[Instrumentatie in Jazzmuziek]

Instrumentatie in Jazzmuziek. Deze heeft als specifiek kenmerk de hoofdindeeling der instrumenten in twee duidelijk afgescheiden groepen of secties met verschillende functies: de zoogenaamde rhythme-groep en de melodie-groep. De eerste heeft tot taak den metrischen en rhythmischen ondergrond en de begeleidende harmonieën te leveren, waarop het werk der melodie-sectie en de improvisaties der solisten steunen. De wijze, waarop dit geschiedt, is aan de fantasie en intuïtie der musici overgelaten, die dan ook vrije figuren improviseeren, vaak ook van contrapuntische beteekenis, soms in analogie met den basso continuo*. In dit verband mag worden opgemerkt, dat de Jazzmuziek nagenoeg altijd berust op een doorloopend viertellig metrum in volkomen regelmatig en onveranderlijk tempo. Duidelijk blijkt het groote belang van de rhythme-sectie!

[pagina 380]
[p. 380]

De in de rhythme-groep gebruikelijke instrumenten zijn: piano, slagwerk (‘drums’), gitaar of banjo* en contrabas of sousaphoon*. De melodie-groep valt bij grootere bandbezettingen uiteen in twee ondergroepen: een saxophoonsectie (doorgaans uit 3, soms uit 4 saxen bestaande) en een kopersectie, varieerende tusschen 2 trompetten plus 1 trombone en 3 trompetten plus 3 trombones; ook andere combinaties zijn mogelijk. Bij kleinere bezettingen is daarentegen geen sprake van een afzonderlijke sax- en kopersectie; de melodie-groep bestaat dan bijv. uit klarinet, trompet en trombone of/en tenorsax. Deze kleinere bezettingen zijn speciaal geschikt voor geheel geïmproviseerde prestaties met zoowel solistische als ‘collectieve’, zelfstandige improvisaties door de leden der melodie-groep. Hoewel de piano in de eerste plaats tot de rhythmegroep behoort, treedt zij vooral in soli tevens als melodie-instrument op. Zoo ook de gitaar, en bij uitzondering de contrabas.

Een ander kenmerk van de Jazz-instrumentatie is, dat elk der twee melodie-secties een volkomen homogeen geheel vormt in de ensembles, als ware zij één meerstemmig instrument door één man bespeeld. Aldus kunnen saxen en koper als twee zelfstandige éénheden ‘tegen elkander uitgespeeld’ worden.

Van de saxophoons zijn vijf verschillende typen in gebruik: sopraan, alt, tenor, bariton en bas. Een saxophoonsectie van drie zal in den regel bestaan uit twee alten en een tenor. Een sax-sectie van vier zal bijv. hebben: 1e en 2e alt, tenor en 3e alt, of bariton, of 2e tenor. Ieder der saxophonisten pleegt buiten zijn hoofdinstrument tevens klarinet en nog één of meer der andere sax-typen

[pagina 381]
[p. 381]

te bespelen, zoodat een sax-sectie de meest verschillende klank-combinaties in hoogte en kleur kan geven. Bovengenoemde instrumenten vormen de ‘standaard-bezetting’, die, naar de ervaring geleerd heeft, het meest geschikt is tot het spelen van Jazz. Dit neemt echter niet weg, dat bepaalde, op zichzelf staande musici ook op andere instrumenten of met anders gevormde bezettingen uitstekende Jazz hebben weten voort te brengen. Zoo bijv.: Joe Venuti, viool; Adrian Rollini,bassax en vibraphoon; Red Norvo, marimba en xylophoon; Wayman Carver, fluit; Fats Waller, Earl Hinese.a.,celesta;in ‘JunkMan’ door Jack Teagarden en zijn orkest (Brunsw. A 500512) treft men een harp als voortreffelijk Swing-instrument aan. Een goede Europeesche combinatie, de ‘Quintette à Cordes du Hot Club de France’ bestaat uit: viool, drie gitaren, contrabas; de violist Stéphane Grapelly (men hoore ‘Dinah’ op Telefunken A 1959) en de gitaarsolist Django Reinhardt (bijv. in ‘Blue Drag’ op Tel. A 1958) zijn hier de twee hoofdfiguren. Niet het instrument, maar de musicus maakt de Jazzmuziek!

P.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • Eliseus Bruning

  • Emiel Hullebroeck

  • C. Poustochkine