Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De geest van tegenspraak (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van De geest van tegenspraak
Afbeelding van De geest van tegenspraakToon afbeelding van titelpagina van De geest van tegenspraak

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.53 MB)

Scans (20.31 MB)

XML (0.40 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De geest van tegenspraak

(1968)–G.H.M. van Huet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 25]
[p. 25]

Het zout der aarde

Er bestaat een anekdote uit het leven van Bismarck die aantoont hoe nuttig het kan zijn de dingen niet op hun beloop te laten. Toen de latere IJzeren Kanselier nog betrekkelijk in het begin van zijn carrière was, werd hij als Pruisisch ambassadeur naar St. Petersburg gezonden. Kort na zijn aankomst merkte hij op, dat op een der lanen van de Zomertuin een permanente schildwacht stond. Aangezien de plek de pas aangekomen diplomaat bijzonder rustig voorkwam, informeerde hij naar de reden waarom hier een soldaat werd neergezet. Niemand aan het keizerlijke hof kon hierop antwoord geven. Bismarck, die, gelijk bekend, niet iemand was die zich gemakkelijk bij een eenmaal gegeven situatie neerlegde, zette zijn nasporingen voort, en op een goede dag kwam hij te weten wat er achter stak. Een eeuw eerder had Katharina de Grote op een wandeling door de tuin een paar sneeuwklokjes ontdekt en een soldaat bevel gegeven zo lang op de plek te blijven staan, tot zij terug zou komen om de bloempjes te plukken. Het voorval was haar evenwel door het hoofd gegaan en zij was nooit teruggekeerd. Maar vanaf die dag tot het moment waarop Bismarck ontdekte wat nu eigenlijk de zin was van die geregelde aflossing, had er altijd - domweg, mogen wij wel zeggen - een schildwacht op die plaats gestaan. Het verhaal, mooi op zichzelf, is ten overvloede nog historisch ook. Het leert ons, dat het niet altijd goed is, de dingen maar te nemen zoals zij zijn.

Moet iemand die doet als Bismarck, een bemoeial worden genoemd? Tenslotte had de waakse Pruis er niets mee te maken waarom op die plek te St. Petersburg een schildwacht stond. De meeste mensen die er een gewoonte van maken bij bepaalde verschijnselen stil te staan en naar het hoe en waarom te vragen, doen dit onuitgenodigd en op eigen houtje. Zij zijn schrander, maar in den regel niet bijster populair. Het is dan ook een typische intellectuelenbezigheid, en zo behoeven wij er ons niet over te verbazen, dat sommigen hier, behalve een tijdpassering, ook een beroep in zien. Een man

[pagina 26]
[p. 26]

als J.B. Priestley bijvoorbeeld vervult al sinds jaar en dag in de Engelse publiciteit de rol van inquisitieve steekneus en eeuwige malcontent. Op het gevaar af voor querulant versleten te worden, stoot hij telkenmale op dingen in het maatschappelijk bestel die volgens hem verdienen onderzocht te worden en, zo nodig, aan de kaak gesteld. Dezer dagen kreeg ik een nummer van de New Statesman in handen, dat al enige maanden oud is en waarin de niet meer zo jonge Britse romancier geducht stoom afblaast naar aanleiding van de scheerzeep die hij pleegt te gebruiken. Het is hem namelijk gebleken dat, ofschoon de zeep nog steeds onder dezelfde merknaam verkocht wordt, zij een andere, dat is minder goede, samenstelling vertoont.

Dit is voor onze afnemer voldoende om een heel stuk hedendaagse economie eens op de korrel te nemen en een paar pertinente vragen te stellen. Hij weet wel, dat het niemand iets kan schelen, hoe hij als privépersoon over zijn scheerzeep denkt. Maar het probleem dat hij stelt, de vermoedens die hij uit, de samenhang die hij ontdekt en de bepaalde tendentie die hij, de kin nog half bedekt met het inferieure spul, als universeel voor ons uitstippelt, laten niet na, op de aandachtige lezer indruk te maken. Wij krijgen maar steeds te horen, aldus Priestley, dat de mensen over hoe langer hoe meer geld te beschikken hebben, maar over hetgeen je voor dat geld kunt kopen - dáárover horen wij niets. De lonen, de winsten, alles gaat omhoog; maar de kwaliteit wordt minder en het gewicht neemt af. Ja ja, wij hebben allemaal meer geld te besteden, maar de mensen die voor dat meerdere geld minder goed werk leveren, zien op hun beurt zichzelf voor de minder goede dingen gesteld, die wij met dat geld dan mogen kopen. De hamers die wij gebruiken, breken. De medicijnen lossen hun belofte niet in. De deuren en ramen van onze mooie nieuwe wagen sluiten niet goed. Onze schoenen slijten direct. En van die prachtige levensmiddelen raken wij ondervoed. Zo gaat het de hele cirkel rond, en geen grafieken of statistieken kunnen ons doen vergeten, dat eigenlijk niemand zich hierbij prettig voelt. Van de mismoedige ingezeepte wang tot het algemene gevoel ‘that somehow life as

[pagina 27]
[p. 27]

we know it is a fraud,’ is het maar en stapje. Dat door de oude heer nadrukkelijk wordt gezet.

Wat wij de Britse mopperaar op een - misschien? - onderschikt punt zien doen, is een hebbelijkheid die meer schrijvers eigen is - zij het ook niet allen. Literatuur is kritiek op het leven, heeft Matthew Arnold gezegd: dezelfde man die het de taak van de intellectueel noemde, ‘to see life steadily and to see it whole’. Nemen wij het woord kritiek in de zin van: ‘nadenken over,’ ‘zijn indrukken weergeven,’ en het neutrum leven als: ‘het doen en laten der mensen, zowel individueel als algemeen,’ dan zullen er inderdaad weinig schrijvers gevonden worden die zich niet met deze levenskritiek hebben opgehouden. Sinds Sartre evenwel van geëngageerdheid heeft gesproken, weten wij, dat niet alle penvoerders over één kam geschoren kunnen worden. Er zijn onder hen onzijdigen en partijgangers, sierdichters en zout-op-alle-slakkenleggers, vormvereerders en ‘venten’. Het hangt van onze eigen houding af, tot wie wij ons aangetrokken voelen; bovendien zijn er graden en trappen in beide categorieën. Het is niet moeilijk, een keuze onder onze eigen negentiende-eeuwers te doen: Beets, Ten Kate en ook Potgieter leggen het af tegen de bemoeial Multatuli. Maar winnen de interveniënten Ter Braak en du Perron het van de neutrale Nijhoff? Is Shaw, bij honderd-en-een ding betrokken, zoveel groter dan de afzijdige Max Beerbohm? Bij al zijn hartstochtelijkheid was Faulkner het tegendeel van een partijganger - zoals trouwens ook Shakespeare, ook Goethe, zoals in den grond - en anders dan zijn broer Heinrich - ook Thomas Mann.

Achteraf, maar dan ook alleen achteraf, kan men zich afvragen, of het wel altijd zo gewenst is geweest, dat een schrijver zijn zogenaamde algemene opdracht, ‘to see life steadily and to see it whole,’ heeft ingeruild tegen de meer specifieke taak van de geëngageerdheid. Zou Montaigne een beter boek geschreven hebben, als hij heftiger partij had gekozen in de godsdiensttwisten van zijn dagen? En bewees Tolstoj zichzelf als kunstenaar een dienst, toen hij het terrein der schoonheid verliet om op dat der zedelijkheid post te vatten? Mis-

[pagina 28]
[p. 28]

schien doet ook iemand als Priestley er geen goed aan, de wereld van de verbeelding zo vaak de rug toe te keren en zich met zulke notore platvloersheden in te laten als het dagelijks toilet. En toch heb ik weleens het idee, dat dergelijke mopperaars en van geen berusten wetende kritische geesten, de gemakzucht van de rest van het mensdom in aanmerking genomen, het zout der aarde verdienen te heten. Nu heten zij vaak doordraver en stokebrand.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken