Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De club uit Rustoord (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van De club uit Rustoord
Afbeelding van De club uit RustoordToon afbeelding van titelpagina van De club uit Rustoord

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.61 MB)

Scans (5.71 MB)

XML (0.22 MB)

tekstbestand






Illustrator

Adri Alindo



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

detective


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De club uit Rustoord

(1931)–B. van Huët–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 119]
[p. 119]

Hoofdstuk XX.
Besluit.

Het bezoek bij den Baron was afgeloopen.

Behoorde reeds tot den voltooid verleden tijd, zooals Piet zich wijsgeerig uitdrukte.

De lezer heeft zeker reeds begrepen, dat de kampeertenten, waarvan sprake was in 't vorig hoofdstuk, door den Baron aan de jongens werden medegegeven als een geschenk aan de club.

Het afscheid was allerhartelijkst geweest. De Baron had hen vriendschappelijk op den schouder geklopt en hun beloofd eens te komen kijken, als de jongens aan 't kampeeren waren.

Mina had tranen in de oogen en maakte Bertha, haar rechterhand, ook gansch van streek, door haar fluisterend een verhaal op te disschen van eenige goede kennissen van haar, die naar de Oost waren getrokken, schipbreuk hadden geleden en nooit waren teruggekomen.

Eindelijk maakte Bertha, die dit geval diep afgrijselijk en treurig had gevonden, de opmerking, dat de jongens niet naar de Oost gingen, maar slechts naar Rustoord, 'n half uurtje van het kasteel af, doch Mina vond dit hetzelfde en bezwoer Bertha, dat de jongens tòch wel een ongeluk konden krijgen, al was het dan geen schipbreuk.

Coenraad en Gerard waren natuurlijk ook bij 't afscheid aanwezig.

De jongens zouden met den auto thuisgebracht worden en Coenraad zou voor een veilige aflevering zorgen, beloofde hij Mina.

De auto kwam voor, de jongens stapten in, de motor werd aangezet, de wielen begonnen te draaien en, onder een daverend geroep van: ‘Leve de club uit Rustoord!’, waaraan allen deelnamen, schoot het voertuig voorwaarts.

De rugzakken, waarin zich de tenten bevonden, lagen in de bergruimte onder de zitplaatsen.

Cor verkoos zijn voetbalschoenen bij zich te houden; Wim hield zijn voetbal stevig onder zijn armen en Bertus scheen telkens te genieten van hetgeen Mina in de veldflesch had gedaan.

[pagina 120]
[p. 120]

Piet, ja, wat deed Piet?

Onze dikzak lag met half toegeknepen oogen achterover en scheen zich bij het zachte wiegen van den auto te verbeelden, dat hij reeds in zijn hangmat lag.

Coenraad, de man, die voor 't veilige afleveren zou zorgen, verkocht grappen.

De auto toeterde, er liep iemand op den weg.

‘Hoera, leve Akkers!’ schreeuwden de jongens.

‘De schrik der bosschen’ was zóó vereerd met deze ovatie, dat hij zijn sabel trok en dit blinkend metaal driemaal boven zijn hoofd zwaaide.

‘Eénmaal te weinig,’ berekende Piet.

‘Stoppen, chauffeur!’ riep Cor, die 'n goeden inval kreeg.

De auto verminderde zijn vaart en stond weldra geheel stil.

De jongens er uit en, onder aanvoering van Cor, vormden zij een kring rond Akkers en hielden, onder krachtig hoerageroep, dat de chauffeur zeer muzikaal met den claxon begeleidde, een van hun verwoede Indianendansen.

Akkers was verheugd!

Zeer verheugd!

Hoogst verheugd!

Zeer hoogst verheugd!

Dit vertelden de jongens elkander later.

Akkers was werkelijk in zijn nopjes en vertelde 's avonds aan zijn vrouw, dat hij een hulde in ontvangst had moeten nemen voor betoonden moed, beleid en trouw.

De auto vertrok weer.

Reeds was het vroolijke gezelschap dicht bij het dorp gekomen, toen de chauffeur weer een waarschuwend getoeter deed hooren.

De wegversperder trad ter zijde.

‘De schoenmaker, 't Nieuwsblad, de Courant!’ klonk het uit den auto.

't Was werkelijk de welbekende schoenmaker, die, met 'n zak op zijn rug, waarin zich de schoenen bevonden, op weg naar zijn klanten was.

Met open mond van verbazing keek hij den auto na.

Dat was me pas een buitengewoon groot en belangrijk nieuwtje.

Onmiddellijk raadpleegde hij zijn horloge.

‘Vijf uur, dertig minuten!’ las hij van de wijzerplaat. ‘Spoed!’ riep hij zichzelf toe.

[pagina 121]
[p. 121]


illustratie

De schoenmaker snelde voort en overdacht onderwijl, hoe hij zijn nieuws zou inkleeden, om 't wereldkundig te maken.

't Moest goed klinken, natuurlijk, bijvoorbeeld: de schoenmaker werd ten vijf ure dertig minuten op den Boschweg gegroet door een auto, waarin zich vier Rustoordsche notabelen bevonden.

't Zou gaan, maar 't berichtje was wel wat kort, en vooral dat groeten van den auto leek hem wel wat ongewoon.

Maar, de auto moest er in voorkomen.

Nogmaals overdacht de schoenmaker.

't Viel lang niet mee, maar eindelijk had hij toch iets gevonden, wat schitterend klonk en zelfs zeer geheimzinnig gekleurd was.

Na eenige malen, ter repetitie, zijn ‘nieuws’ voor zichzelf opgezegd te hebben, had hij 't volgende samengesteld:

‘Reeds eenige maanden vertoeft in het dorp Rustoord eene club, dewelke, zooals wij uit goede bron vernamen, “de club uit Rustoord” wordt genoemd.

Genoemde club schijnt te werken ten behoeve van het ons zeer na aan 't harte liggende dorp, welks naam zij draagt.

[pagina 122]
[p. 122]

Het bestuur, bestaande uit de heeren Wim van Duin. Cor de Groot en Piet Overwaal, werkt krachtig voor deze club, en schijnt in 't belang van de club en 't dorp een audiëntie aangevraagd te hebben bij den Baron.

Het besprokene schijnt zeer geheim te zijn, maar wij vertrouwen, weldra iets naders te zullen vernemen.

Eerst te vijf uur dertig minuten keerden de heeren van deze conferentie per auto huiswaarts, nadat zij den schoenmaker, die, krachtens zijn ambt van “Rustoordsch Nieuwsblad”, daar vertoefde, zeer voorkomend en vriendelijk hadden gegroet.’

Prachtig was het, 't klonk als een klok, overdacht de goede man.

't Was echter zeer jammer, dat de schoenlapper één ding niet wist, namelijk dat Wim, na de conferentie, stroop voor grutten ging halen, Cor een pakje Van Nelle's thee, Piet voor moeder naar bed moest, omdat 't kind er zoo vermoeid uitzag, en Bertus strafregels voor school ging zitten schrijven, die dit jongmensch den volgenden dag leveren moest.

Maar, we zullen den schoenmaker in den waan laten, dat zijn nieuws werkelijk zeer belangrijk is en ons viertal volgen, dat zoo veilig afgeleverd zou worden.

Getrouw aan zijn woord, droeg Coenraad de uiterste zorg voor de jongens.

Bij de woning van Wim aangekomen, stopte de auto, Coenraad sprong er vlug uit, belde en, toen de deur werd geopend, riep hij met werkelijk veel deftigheid: ‘Mejuffrouw, mag ik, namens den Baron, uw zoon weer onder uw veilige hoede stellen?’

Wims moeder lachte eens om die toespraak, dankte den knecht voor zijn goede zorgen, streek Wim eens over 't hoofd en......

‘Volgende bestelling!’ riep Coenraad en de auto tufte weer weg.

Allen kwamen veilig thuis. Deze dag was voor onze jongens niet prettig begonnen; maar 't einde was schitterend geweest, daar waren allen het over ééns.

Ons viertal was natuurlijk aan de club een verklaring schuldig, hoe alles, en vooral die rooversgeschiedenis, in elkaar had gezeten en Wim kweet zich in de algemeene vergadering, die den volgenden dag in 't schuurtje plaats had, uitmuntend van die taak.

[pagina 123]
[p. 123]

Alleen de namen der inbrekers werden verzwegen, volgens belofte.

Maar, hoe deze vergadering verliep en hoe de club ging kampeeren, na tallooze moeilijkheden overwonnen te hebben, vertel ik misschien een volgenden keer.

De club heeft nog menig avontuur beleefd, zoowel in als buiten het dorp en het grootsprakerige gezegde van den schoenmaker, dat deze club hard werkte in 't belang van het dorp Rustoord, is waarheid geworden.

Leenderts werd spoedig aangesteld als boschwachter en is de raadsman geworden van de club.

Zijn kameraad, Wilhelm, kwam, door toedoen van den Baron, op een groote boerderij, dicht bij Rustoord en was, om zijn ijver en nauwgezetheid, zijn opgeruimd humeur en hulpvaardigheid, spoedig zeer gezien bij zijn baas en het dienstpersoneel.

De smokkelaar, verleider van Leenderts, ontkwam zijn straf niet.

De club, die vrijen toegang had in de bosschen, ontdekte op één van haar tochten de verblijfplaats van den smokkelaar en maakte aan de praktijken van dien booswicht een einde.

Hoe dit alles in zijn werk is gegaan, vertel ik later nog wel uitvoeriger.

Voor heden neem ik afscheid.

Vaarwel en tot weerziens!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken