Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Proeve van taal- en dichtkunde (4 delen) (1782-1794)

Informatie terzijde

Titelpagina van Proeve van taal- en dichtkunde (4 delen)
Afbeelding van Proeve van taal- en dichtkunde (4 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Proeve van taal- en dichtkunde (4 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.69 MB)

Scans (217.27 MB)

XML (4.33 MB)

tekstbestand






Editeurs

Nicolaas Hinlopen

Frans van Lelyveld



Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

studie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Proeve van taal- en dichtkunde (4 delen)

(1782-1794)–Balthazar Huydecoper–rechtenstatus Auteursrechtvrij

In vrijmoedige aanmerkingen op Vondels vertaalde Herscheppingen van Ovidius


Vorige Volgende
[pagina I]
[p. I]

[Deel III]

Voorrede.

De dood vanden Heere Frans van Lelyveld, sedert meer dan twintig jaren mynen vriend, trof my, en hen die de Nederduitsche letteren liefhebben niet alleen, omdat hy door zyne onvermoeide vlijt daarin groote vorderinge gemaakt, en door zyne gedurige opwekkinge den lust in my en anderen verwekt, aangewakkerd en bestierd had: maar ook alle dien het vaderland dierbaar is, omdat zyn innig medelyden daarmede, in het diep verval van onze handwerken, hem gedurig aanspoorde, om naar middelen van herstel omtezien, en, was het mogelyk, hun geheele verderf voortekomen.

Dan byzonder trof my zijn overlyden, omdat ik vreesde, dat door het zelve in de uitgave van de Proeve van Huydecoper onoverkoomlijk nadeel toegebracht, en dus de begeerte van den grooten Huydecoper en de wensch van mijn vriend verydeld zoude worden.

[pagina II]
[p. II]

Daar my, door zijn Ed. dikwils te Leyden te zien, zyne behandelinge, en, door de gedurige briefwisselinge, en het nazien van proeven, zyner weduwe, myne veel geachte vriendinne, en zynen byzonderen vrienden bekend was, wat ik tot die uitgave had trachten toetebrengen: bekroop my al vroeg do vreeze, dat men my tot de verdere uitgave zoude aanzoeken. En dit kwam my over, en met dien aandrang over, dat ik meende aan de zoo tedere vriendschap te kort te zullen doen, indien ik dat weigerde. Allergunstigst was ook het andwoord van de Heeren Mrs. C. van Lennep, Z.H. Alewijn H. Calkoen, en M. Röver, toen ik verzocht, om het gene zy den Heere van Lelyveld geleend hadden, te mogen tot mijn gebruik houden, om my aantemoedigen; daar het my ook gelegenheid gaf, om met tot nochtoe voor my onbekende handschriften gemeenzaam te worden. Dan ik zag wel haast, dat die taak, hoe zwaar ik die verwacht hadde, echter zwaarder zoude zyn, dan ik gemeend hadde. de menigvuldige bezigheden, in het voordzetten van den lakenhandel, ook door de sterke afmattingen ontsta-

[pagina III]
[p. III]

ne lustloosheden, hadden den Heer van Lelyveld belet aan het werk te doen, het gene ik gehoopt hadde. Ondertusschen had ik noit Huydecoper met het oogmerk gelezen, om hem uittegeven. Ik had hem in mijn jeugd gelezen: naderhand gebruikt. Dit gaf my veele moeite, en nam veel tyds weg. Kort daaraan wierd ik tot andere dingen geroepen, die my den tyd om er aan te werken geheel wegnamen. daar schoten veeltyds zelfs geene snipperuren over. Eindlyk, meer ruimte gekregen of genomen hebbende, gaf ik my geheel aan Huydecopers Proeve over, werkte die af, en geve die aan het oordeel van den bescheiden lezer over. Daar zijn in myne aanteekeningen vele dingen, die een nader en dieper onderzoek en uitgebreider verhandelinge verdienen. Ik mochte niet verder gaan dan om anderen aanleidinge te geven. uit die zal dan ook blyken, dat er in den Nederduitschen taalbouw noch veel gronds ledig en verwilderd ligt, en dus dat er voor een liefhebber werks te over is.

Eene toevallige omstandigheid heeft verhinderd den uitvoerigen Bladwyzer, welken de Heer van Lely-

[pagina IV]
[p. IV]

veld had begonnen te doen vervaardigen, en gedacht had achter dit Deel te plaatsen, tydig genoeg in gereedheid te brengen. Men wilde ondertusschen het zoo zeer begeerde slot van het Werk aan deszelfs hoogschatters niet langer onthouden, welke verzekerd konnen zyn, dat die Bladwyzer zelve, zoo spoedig mogelyk, volgen zal.

 

N. Hinlópen.

Alkmaar, den 16. van Wijnmaand 1788.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • over Ovidius' Herscheppinge


auteurs

  • over Joost van den Vondel

  • over Zacharias Heyns

  • over DaniĆ«l Heinsius

  • over Frans van Hoogstraten

  • over Daniel Joncktys

  • over Lambert ten Kate Hz.

  • over C. Kiliaan

  • over Arnold Hoogvliet

  • over Arnold Moonen

  • over Christoffel Plantijn

  • over H.K. Poot

  • over H.L. Spiegel

  • over Lodewijk van Velthem

  • over Melis Stoke

  • over P.C. Hooft

  • over David van Hoogstraten

  • over Bernard Vollenhove

  • over Joannes Vollenhove

  • over Melis Stoke

  • over Geeraardt Brandt de jonge