Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Hofwijck. Deel 1. Tekst. Deel 2. Apparaat (2008)

Informatie terzijde

Titelpagina van Hofwijck. Deel 1. Tekst. Deel 2. Apparaat
Afbeelding van Hofwijck. Deel 1. Tekst. Deel 2. ApparaatToon afbeelding van titelpagina van Hofwijck. Deel 1. Tekst. Deel 2. Apparaat

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (13.71 MB)

Scans (28.59 MB)

ebook (16.11 MB)

XML (1.76 MB)

tekstbestand






Editeurs

Ton van Strien

Willemien B. de Vries



Genre

poëzie

Subgenre

studie
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Hofwijck. Deel 1. Tekst. Deel 2. Apparaat

(2008)–Constantijn Huygens–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 18]
[p. 18]

[1.5.3]
Kyckers antwoord En keur van naemen Voor het houte gebouwaant.

(comm.)

I
De Je-ne-sçay-quoy van Hofwijck.

 
Elck die uw hooft bemickt, treft sijnen Doele niet;
 
Het is altijds geen lap wanneer de Schutter schiet,
 
Nochtans, wanneer der prijs met schieten is te winnen,
 
Sijn s' altemael te been die roer of boogh beminnen,
5[regelnummer]
En hoopt oock d' alderminst 't geluck van eene schoot
 
Door een beleefde pijl of door een gunstigh loodt.
 
So waegh ick mee een kans, en vlam op het Compeerschap
 
Meer als op't beste glas van sulcken braeven Heerschap,
 
Die met een Fenix-pen, wanneer hij 't sich bepijnt,
10[regelnummer]
De Son beschrijven kan veel schoonder als hij schijnt.
 
Maer weer so waeg ick 't niet. Hoe raeck ick dat te vort is?
 
Hoe reijck ick aen een spits daer mijnen arm te kort is?
 
Hoe werd een rappen haes gevangen van een koe?
 
Hoe vlieght een lamme gans tot aen den hemel toe?
15[regelnummer]
Wat maeckt een blinderick in winckelen en hoecken
 
Daer't voor een Arents oogh is duyster om te soecken?
 
Wat vind Tiresias daer Argus is van noo?
 
Noch waeg' ick 't evenwel. Een vrijer al te bloo
 
Besliep noijt schoone vrouw; die 't gunstigh uijr laet deur gaen,
20[regelnummer]
Als sij wel willen souw, moet naemaels voor de deur staen:
 
Mijn vrind, ick ken u niet, gôen avond en gôe nacht,
 
Gij hebt het luck versuijmt dat u heeft toegelacht.
 
Dien de Fortuijn verschijnt die grijpse bij de vlechten;
 
Voor isser vatten aen; 't is naemaels niet te rechten
25[regelnummer]
Sij gij se glippen laet, want achter isse kael,
 
Daer heeft se tuijt noch hayr. dies, Vrijers altemael,
 
Past op het vinck-slagh wel, en laet geen tijd verlooren.
 
So een geluckigh uijr u heden werd gebooren,
[pagina 19]
[p. 19]
 
So wacht tot morgen niet; wanneer het visje bijt,
30[regelnummer]
So slaet den hengelaer of anders is hij 't quijt.
 
Soo waegh ick dan uw naem die so langh sonder naem staet,
 
Men oordeel of men dus het nut en 't soet te saem raedt.
 
Een halve kap, een lap van pluijs of van fluweel
 
Bedeckt voor locht en kouw het teere Vrouwen-scheel
35[regelnummer]
Van 't voorhooft tot de kruijn, en wie kan sich beroemen
 
Dat hij die kap, die lap, met sijnen naem kan noemen?
 
Nochtans krijgt hij een naem waeraen hem yder kent,
 
En echter yder seijt: Ick weet niet wat je bent.
 
Dit is uw beij gemeijn. Dies segh ick sonder wachten:
40[regelnummer]
(Men magh het nemen aen of vrijelijck verachten)
 
Die op het uytterlijck alleen sijn oogen wend,
 
Vind tussen u meer scheels als tusschen Koe en End,
 
Maer, so men meer op reen als nae 't fatsoen en stof kijck,
 
Sijt gij Je-ne-scay-quoy van het Kasteel van Hofwyck.

II
De schou-burg van Hofwijck

 
Die u een Schou-burg seij, sou die sich al vertasten?
 
Of sou het dorre bosch der averrechte masten,
 
Het machtigh Amsterdam, de geld-sack van Euroop,
 
Niet lijden dat men u met sulcken naem hier doop?
5[regelnummer]
Nochtans so kunt gij 't sijn met wel-gegronde reden,
 
Het spijte, so het wil, die groote Stadt der Steden;
 
Haer Schou-burg heb de naem, of heel, of hallif, wel,
 
En dien' haer om te sien een blij of treurigh Spel:
 
Maer die uw Burgh beklimt tot boven op den solder
10[regelnummer]
Schouwt steden daer van daen, en menigh dorp en polder,
 
Jae schouwt op sijn gemack den halven wereld kloot,
 
Daer ijder speelt sijn Rol, hij sij of kleijn of groot.
[pagina 20]
[p. 20]

III
De kiik-in-de-pot van Voorburg.

 
So Voorburgh door de nood of door de gunst van Heeren
 
Sich eens sagh in een Stad met wall' en muijr verkeeren,
 
En bracht haer vestingh uyt tot om dijns Heeren Slot,
 
Was Hofwyck het Kasteel, en Gy Kiik-in-de-pot.
 
 
 
I. WESTERBAEN.

Omne tulit punctum qui miscuit utile dulci.

Ὅττι καλὸν, ϕίλον ἐστὶ· τὸ δ᾽ οὐ καλὸν, οὐ ϕίλον ἐστὶ.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • Vitaulium. Hofwyck. Hofstede vanden Heere van Zuylichem onder Voorburgh


plaatsen

  • Voorburg