Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639 (1913)

Informatie terzijde

Titelpagina van Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
Afbeelding van Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639Toon afbeelding van titelpagina van Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.59 MB)

XML (1.89 MB)

tekstbestand






Editeur

J.A. Worp



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/brieven


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639

(1913)–Constantijn Huygens–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

1759. Elisabeth Roovers, wed. J. van Ceters. (L.B.)

Ik schrijf u ‘om den armen cappucin, die in de gevanckenis geraeckt

[pagina 332]
[p. 332]

is ende wort bewaert van de santenelle[n], die op sijnnen kost sitten en terren, omdat hij naer Brabant gewest heeft ende, gelijck Mijnheer wel wet hunnen staet ende gelegentheijt, soo bidde ick ootmoedelijck ons daerin te helpen; ick sal t wederom verdien met gelegentheijt, dat Mijnheer hem van mij sal bedancken. Want den comandeur is wat onbeleeft in 't regaert van den gevangen. Ick heb gaen bidden om bermherticheijt, maer en can niet verhoort woorden, dat hij op borge van sijnen persoon in sijn clooster moecht gaen, om de costen te schouwen, maer de comandeur, die en wil t niet, maer wilt 6 duijsent gulden borgen hebben, ende nu wilt hij niet min als 3 duijsent gulden hebben, ofte sal hem op den toren setten. Ick en wete niet, oft hij daer sitten sal te water ende te broode, ofte hoe dat en wete ick niet. Den gouverneur van Bergen, MorganGa naar voetnoot1), die heeft de gevangen cappucinen in de borgers huijs laeten gaen, om den cost te schouwen, totter tijt toe, dat sijn Hoocheijt de cappucinen los gewesen heeft. Daerom, Mijnheer, U Edelheijt heeft al groot crediet bij sijn Hoocheijt, soo bidde ick Mijnheer ootmoedelijck, omdat de saeck soo onnoosel syn, ons te helpenGa naar voetnoot2) .....

voetnoot1)
Zie I, blz. 216.
voetnoot2)
De brief mist plaats, datum en jaar, maar moet in Breda zijn geschreven, niet lang na het overgaan van de stad.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • over Gerardus Vossius

  • over DaniĆ«l Heinsius

  • over Erycius Puteanus

  • over Anna Maria van Schurman

  • over C. Barlaeus

  • over Henrick Bruno

  • over Marcus Zuerius van Boxhorn

  • over P.C. Hooft

  • over Jacob van der Burgh


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 1637