Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten. Deel 8: 1671-1687 (1898)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten. Deel 8: 1671-1687
Afbeelding van Gedichten. Deel 8: 1671-1687Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten. Deel 8: 1671-1687

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.08 MB)

Scans (4.51 MB)

XML (1.08 MB)

tekstbestand






Editeur

J.A. Worp



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten. Deel 8: 1671-1687

(1898)–Constantijn Huygens–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

[1679]

Wisse waerheitGa naar voetnoot3).

 
Wijstm' een man die niet liegen kan,
 
Ick wijs u een die vliegen kan.
 
26. Ian.

Op NeelGa naar voetnoot4).

 
Tast ijemand Neel haer' oude Memmen aen,
 
Sij kijft, als om een saeck van groot belangen,
 
En roept, als waer 't wat jongs, foeij, laet dat staen:
 
Veel beter riep sij, foey, en laet dat hangen.
 
21. Feb.
[pagina 239]
[p. 239]

Dircks rymerijGa naar voetnoot1).

 
Dircks dicht siet als wat swacks dat los aen een gelijmt waer.
 
Ick hoopt'er reden in te vinden; maer 'ten rijmt maer.
 
1. Apr.

Ad archiatrum alcmarianumGa naar voetnoot2).

 
Curasti Autorem; sed eris mihi maior Apollo,
 
Aegrius hoc Illo si medicaris opus.
 
Omne feres punctum, post Vesicam, Caput et Cor,
 
Claudos hic etiam si medeare Pedes.
 
Aprili.

Lesse van den heer Theodore de Mayerne opper-medicijn vande coninghen van Groot BrittannienGa naar voetnoot3).Ga naar voetnoot+

 
Houdt beide voeten warm, wilt ghij 't Hoofd wel bevrijden;
 
Pist dickwils, soo ghij noijt Steen noch Graveel wilt lijden;
 
Maeckt geenen Oven van uw Slaepmuts, noch een' grond
 
Vol rauwe Groenten als een Kruijd-hof van uw' Mond:
5[regelnummer]
Laet springen als het komt, al soud 't sich laten hooren:
 
Past op dit reglement, en dan op geen' Doctoren.

Vodderij voor en tegen den houten hof vanden heere R. van HeemskerckGa naar voetnoot4).

1.
 
Pronckt, Heemskerck, met uw Werck; en, sonder u te uijten
 
Tot eigen yd'len lof, laet kloecke lien besluijten,
[pagina 240]
[p. 240]
 
Die sulcke wondertiens in 't dorr Hout weet te doen,
 
Wat braght hij, als hij wouw, niet wel te weegh in 't groen?
2.
 
Behalven dat hier licht wat Hemel-nats door druijpt,
 
En datter weinigh schutt of schuijlen schijnt te vinden
 
Des Somers voor de Son, des Winters voor de Winden,
 
Noijt sagh ick hoepstock Hout bevallijcker verkuijpt.
3.
 
Die desen Hof geplantt, 'k will seggen, heeft gebouwt,
 
'k Vrees dat hij even soo ons arme groen Voorhoutje,
 
In plaets van sijn schoon Haer, eens 's jaers niew en eens oud,
 
Veel liever een Perruijck sagh dragen van dorr houtje.
4.
 
Waer ick tot Boom of Struijck geschapen en geplantt,
 
Ick sprack, Heer Heemskerck brocht dit kostlijck mall aen stucken.
 
Wij staen en gaen alleen, spaert uwen Winter-brand,
 
Wij hoeven geen behulp van recht' of kromme krucken.
5.
 
Dit dunckt ons van dit Werck: Het staet wel, maer 'ten gaet niet:
 
Dit vreesen wij d'er af, 'tstaet wel, maer 'ten bestaet niet.
6.
 
Wat light men en bedilt het Werck van mijn Vermaecken
 
En laeckt sijn machteloos bestaen voor Weer en Tijd?
 
't Behaeght mij. daer is 't all: en, als het al verslijtt,
 
'kWensch dat ick 't thienmael in mijn leven niew magh maecken.
7.
 
Wie heeft niet vanden Slagh van Heemskerck hooren seggen?
 
Gibraltar haett dien naem; maer hier 's een and're slagh
 
Van Heemskerck in de weer; geen slagh van alle dagh,
 
Maer met een niewe slagh, van ongeplantte Heggen,
5[regelnummer]
En ongewortelt Hout, daer af men dencken magh
 
Dat heel Gibraltar weer sou schricken, als sij 't sagh,
 
Als van wat seldsaems van een Heemskercks overleggen.
8.
 
'Ksie op mijn Werck met geen berouw;
 
Ick derv 'er 's Winters onder sitte',
 
Dat ick van geen vreemd Heemskerck houw;
 
Al waerder niet als ditte;
5[regelnummer]
Hij haelde 'tleven uyt de kouw,
 
En liet het inde hitte.
[pagina 241]
[p. 241]
9.
 
Ce Pourpoint decouppé de Bois sur la chemise
 
Sal Somers liefflyck sijn. Die 't 's Winters niet en lust,
 
Kom' by den Tuijnheers Vier, of blijv' by 't sijn in rust.
 
Daer krimpter al een deel het Houtwerck uijt, ick sie se.
10.
 
In dese Welfseltjens sal 't 's Winters koeltjens wesen:
 
Maer, is de Son geresen,
 
'tSal heel wat anders zijn.
 
Bewaert 'er liever dan uw' Druijven als uw' Wijn.
11.
 
Leert van mijn' houte Dreven
 
De wisseling van 't leven.
 
Dan treedt m' in 't ruijme Pad,
 
Dan in een nauwer gat
5[regelnummer]
Van sieckten of van sorgen,
 
En licht'lijck overmorgen
 
In ruijmer gang als voor,
 
Of noch benauwder spoor:
 
Tot dat wij moe gewandelt
10[regelnummer]
En 'twereldsche verhandelt
 
Door 't engste pad in 'twyd
 
Geraecken uijtter Tyd.
 
Dit 's, sonder meerder Ende,
 
Het uijterst, en mijn
 
Ende.

Tweederley blijvenGa naar voetnoot1).

 
Dirck raeckte mé te Veld, en quam 'er korts om 'tleven:
 
Waer Dirck niet beter thuijs als in het veld gebleven?
 
4. Aug.

Voor TilenusGa naar voetnoot2).

 
Een' Broeck van Stof ruijm voor twee Broecken,
 
Een Rust-bed midden in de Boecken,
 
Met kussentjens van allen slagh,
 
Om dicht te slapen bijden dagh;
[pagina 242]
[p. 242]
5[regelnummer]
Een Hoed van d'aller niewste drachten,
 
Die loode platen plat verkrachten
 
Om na de ronde Fransche maet
 
Stijf stand te houden by de Straet.
 
Een Huijs om twee drij groote heeren
10[regelnummer]
Met haeren aenhang te logeren,
 
Versien van Sael en Galerij
 
En hoopen Camers op een rij:
 
Daer bij een Tafel, daer den Renschen,
 
Den Franschen, en, voor leck're menschen,
15[regelnummer]
Den spaenschen niet en wordt gespaert.
 
Een Tafel, puijck, gelijck de Waerd,
 
Met volle schotlen en cieraden,
 
Tot sneew van Suijcker toe, geladen.
 
Vindt ghij behagen in dit werck,
20[regelnummer]
Soo treedt eens mergen na de kerck,
 
En hoorter 'tzedigh leven leeren
 
En nedrigheit in dack en kleeren,
 
En raedt dan, hebt ghij wat verstands,
 
Wiens doen is dit? die Predicants.
 
8. Aug.

Boertigh grafschrift voorden h.e van Maesdam, baillieu van Rynland, schilder en rijmerGa naar voetnoot1).

 
Hier light een man, die moe van sitten presideren
 
Aen 't Officieren viel, Baillieus gewijs, soo 'theet:
 
Dat oock moe; trachte sich met schild'ren te geneeren;
 
Dat oock; stierf Officier, en Schilder en Poeet.

Aen de heer VollenhovenGa naar voetnoot2).

 
Mijn Vriendt-e Vollenhoven-e,
 
't Is niet-e te gelooven-e
 
Dat ghij niet-e verstaet-e
 
Hoe vreemt-e dat het staet-e,
5[regelnummer]
Daer ghij so wel-e preeckt-e
 
Gods woordt-e, dat ghij spreeckt-e
 
Met staerten-e veel woorden-e
 
Die Hollandt-e noijt hoorden-e.
 
Lett eens-e, hoe ghij mist dus-e:
10[regelnummer]
Wat's Iesus-e, wat Christus-e?
 
Hoe is 't met ons gelegen-e?
[pagina 243]
[p. 243]
 
Wij spreken-e te deghen-e,
 
Soo wij niet beter weten-e.
 
Wilt ghij ons' Ingeseten-e
15[regelnummer]
Een' niewe taele leeren-e?
 
Nogh vrouwen-e, noch Heeren-e,
 
Ben ick-e niet bedroghen-e,
 
En sullen-e 't gedooghen-e.
 
Eij laet het u berouwen-e,
20[regelnummer]
En onse sotte vrouwen-e,
 
Bij u niet onbegrepen-e
 
Haer' staerten-e na slepen-e,
 
Op dat ghij niet bedrijft-e
 
Daer gh' andere om bekijft-e.
25[regelnummer]
Ick segg het u ten besten-e
 
Als zijnde van de lesten-e
 
Van uwe vrienden niet-e,
 
Gelyck ghij hier aen siet-e,
 
Ghij hebter veel sçavanter-e
30[regelnummer]
Maer geene veel
 
Constanter-e.
 
Hofwijck 16. Oct.

[Da veniam, Vir amice, joco censoris Amici]

 
Da veniam, Vir amice, joco censoris AmiciGa naar voetnoot1);
 
Tam bona tam male te dicere non patior.

In D. Heinsij orationes funebres et epicedia de Ios. ScaligeroGa naar voetnoot2).

 
Heinsiadae cum Scaligero qui nouerit olim
 
Quam fuerit strictae nexus amicitiae,
 
Nemo, puto, sanus non exclamauerit, Heu quod
 
Heinsiade viuo debuit ille mori!
5[regelnummer]
Heinsiadae contra quisquis tam grandia verba
 
Et tam Scaligeri laudibus aequa legat,
 
Si quid habet genij, cogetur dicere, Certe
 
Heinsiadae viuo debuit ille mori.
 
Dec.
voetnoot3)
Den titel schreef H. boven een afschr. van andere hand.

voetnoot4)
Den titel schreef H. boven een afschr. van andere hand.
voetnoot1)
H. schreef boven staanden titel boven een afschr. van andere hand, boven een ander afschr: Dircks gerijm.

voetnoot2)
Aan het versje is het volgende briefje toegevoegd: Arn. Bornio. Cl. Autorem Carminis Eucharistici ad Archiatrum Alcmarianum Amicus candide monendum duxit, de six pedibus hic notatis paulo amplius deliberandum videri, quo, si id sua interesse existimet, altera editiuncula tersiores exeant. Ook de 5 versregels met de 6 fouten zijn er aan toegevoegd.
Zie over Bornius, dl. VII, 187. Waarschijnlijk had hij Corn. Bontekoe (1647-1685) bezongen, die te Alkmaar geboren was en zich na zijne promotie een tijd lang als dokter in zijne geboorteplaats had gevestigd, om daarna in verschillende steden te praktizeeren en eindelijk te Berlijn lijfarts van den Keurvorst te worden.

voetnoot3)
Het versje is niet gedateerd. Ook in afschriften van andere hand.
Sir Theodore de Turquet de Mayerne (1573-1655), genoemd naar zijne geboorteplaats bij Genève, studeerde te Montpellier in de medicijnen en vestigde zich als dokter te Parijs. Later ging hij naar Londen en werd lijfarts van Jacobus I en van Karel I; van den laatsten was hij een vertrouwd vriend. De Mayerne was een zeer beroemd medicus. Hij is gehuwd geweest met Margaretha van Boetzelaer en daarna met Elizabeth Joachimi. H. kan hem aan het hof van Jacobus I ontmoet hebben.
voetnoot+
[krit] vs. beide 1 afschr.: maer de - vs. 6 op dit reglement afschr.: maer op dese less

voetnoot4)
Deze versjes zijn niet gedateerd.
Misschien zijn de versjes gericht aan Reynier van Heemskerck, die den 2den Jan. 1659 op 20jarigen leeftijd als juridisch student te Leiden werd ingeschreven. In de Journalen van Constantyn H. den zoon wordt een paar malen melding gemaakt van den philosoof Heemskerck, die den 10den Jan. 1690 stierf (dl. I, 237). Misschien was het deze, die hier door H. wordt geplaagd.

voetnoot1)
Den titel schreef H. boven een afschr. van andere hand, boven een ander afschr.: Dirck misrekent.

voetnoot2)
Johannes Thielenius (of Tilenus) werd in 1627 geboren te Leiden, waar zijn vader predikant was. Hij studeerde theologie, werd in 1655 predikant te Goes en in 1666 te Middelbnrg. In 1657 trouwde hij met Susanna van Baerle, eene dochter van H.'s zwager David, en later met Arnoudine Simonsdr. van Beaumont. Tilenus was zeer rechtzinnig en zeer Prinsgezind.

voetnoot1)
Het versje is niet gedateerd.
Zie over Frederik van Dorp, blz. 127. Hij was den 29sten Aug. gestorven.

voetnoot2)
Ook in afschrift van andere hand, met den titel.
Zie over Vollenhove, dl. VII, 153.

voetnoot1)
Het versje is niet gedateerd, maar staat onder het vorige.

voetnoot2)
Het boek, waar H. op doelt, was 70 jaren geleden uitgekomen. Het is getiteld: Danielis Heinsii in obitum V. Illvstr. Iosephi Scaligeri Ivl. Caes. Scaligeri a Bvrden F. eruditorum Principis orationes dvae. Accedunt Epicedia eiusdem et aliorum: effigies item ac monumentum Scaligeri, et Principum Veronensium aeri incisa. (Vignet) Ex Officina Plantiniana Raphelengij. M.D.C.IX. Lugd Bat. prostant apud Lud. Elzeuirium et Andream Cloucquium.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

plaatsen

  • Den Haag


Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • over A. Bornius

  • over Joannes Vollenhove

  • over Daniël Heinsius

  • over J.C. Scaliger


landen

  • Groot-Brittannië (en Noord-Ierland)


datums

  • 26 januari 1679

  • 21 februari 1679

  • 1 april 1679

  • april 1679

  • 4 augustus 1679

  • 8 augustus 1679

  • 16 oktober 1679

  • december 1679