Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Houten kappen in Nederland 1000-1940 (1989)

Informatie terzijde

Titelpagina van Houten kappen in Nederland 1000-1940
Afbeelding van Houten kappen in Nederland 1000-1940Toon afbeelding van titelpagina van Houten kappen in Nederland 1000-1940

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (22.17 MB)

Scans (67.90 MB)

XML (1.20 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis-archeologie
non-fictie/architectuur


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Houten kappen in Nederland 1000-1940

(1989)–Herman Janse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

6. Vakwerk

Een vakwerk is een constructie, waarbij balken en staven volgens een stelsel van driehoeken aan de uiteinden of kruislings door middel van kruishouten of schoren tot een onwrikbaar geheel verbonden worden. Onderdelen van een kapconstructie kunnen als vakwerk zijn uitgevoerd, zoals spantbenen van schoor- en springwerken. Ook kunnen spantbenen in een vakwerk aan de bovenzijde beweeglijk aan elkaar zijn verbonden, zodat een driescharnierspant is ontstaan.

Een vlak dak, een nok of een horizontale goot kunnen worden ondersteund door vakwerkliggers.

Vakwerken worden soms gebruikt om in combinatie met schuingeplaatste delen een vlak dakgedeelte te formeren. Er ontstaat dan een zogenoemd uitgeschoven spant (zie afb. 612).

 

Reeds in de 19de eeuw waren vakwerken voor kapconstructies toegepast. Men had echter de consequenties van een optimaal gebruik van de mogelijkheden nauwelijks doorzien.

Van de Manege, die koning Willem II in 1846 aan de Nassaulaan in 's-Gravenhage liet bouwen, bleven twee modellen van de kapspanten bewaard (afb. 613). Beide zijn ontworpen als een soort vakwerk met kruisschoren in het onderste gedeelte.

Het gebouw werd in 1853 omgebouwd tot kerk. Daarin bevonden zich gietijzeren kolommen, die optisch het stucgewelf ondersteunden (afb. 614). Eén van de modellen komt daarmee overeen, zodat dit als voorbeeld bij de bouw gediend zal hebben. De kerk werd in 1971 afgebroken onder handhaving van de voorgevel.

Het model toont een vakwerkligger, die rust op de ijzeren kolommen. De onderbalk bestaat uit twee delen, die in het midden gelast zijn. De ligger is doorgetrokken tot de beide zijmuren. Het schuine dak loopt van kolom tot kolom. De gedeelten tussen de schuine dakvlakken en de gekanteelde borstweringen waren vlak afgedekt. Het stucgewelf hing aan schenkels, die het onvolledige model gedeeltelijk toont.



illustratie
612. Schema van een uitgeschoven vakwerkspant.


[pagina 307]
[p. 307]


illustratie
613. 's-Gravenhage, Willemskerk, 1846. Modellen van kapspanten.




illustratie
614. 's-Gravenhage, Willemskerk, 1853. Interieur met gietijzeren steunpunten van de kapspanten.


Ook voor herstelwerk in oudere gebouwen werden moderne vakwerkconstructies toegepast, niet altijd met het gewenste resultaat. In 1842 en volgende jaren werden ingrijpende verbouwingen uitgevoerd aan de Grote of Jacobijnerkerk te Leeuwarden. Daarvoor werd advies uitgebracht door Is. Warnsinck uit Amsterdam, de stadsarchitect G. van der Wielen en de ingenieur Beyerink. In de zuidbeuk werden de stenen gewelven en de gordelbogen onder de goten tussen de dwarsgeplaatste kappen uitgebroken. Daardoor verloren de kappen hun steunpunten. Ter vervanging daarvan werden houten vakwerkliggers gemaakt, zonder dat er in de bewaard gebleven bestekken een behoorlijke omschrijving van is te vinden. Een dergelijke naderhand ingebrachte constructie is in eerste aanleg onvoldoende en onjuist belast. Ernstige doorzakking was het gevolg, zowel van de vakwerkliggers als van de oorspronkelijke kappen.

[pagina 308]
[p. 308]


illustratie
615. Aalsmeer, groenteveiling, 1929. Kniespant in vakwerk, met details.


Een fraai voorbeeld van de toepassing van vakwerken bij een houtconstructie is de overkapping van de groenteveiling te Aalsmeer (afb. 615), in 1929 ontworpen door A.J. Berghoef (NL 33,X: 106). De overspanning bedraagt 27,80 m. De spanten zijn uitgevoerd als driescharnierkniespanten in vakwerk. De langswanden hebben in de bovenzone een vakwerkligger, die de verstijving in de lengterichting van de constructie bewerkstelligt. Ook boven in de kap is een vakwerkligger ter weerszijden van de doorlopende lantaarn (die voor het daglicht midden in de ruimte zorgdraagt). Veel delen van deze houtconstructie zijn uitgevoerd in meerdere lagen, tot vier, en de verbindingen zijn alle tot stand gebracht met bouten en moeren en kramplaten, die met geringe middelen grote krachten kunnen overbrengen en verdraaien onmogelijk maken (zie hoofdstuk IV-1).


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken