Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman (1969)

Informatie terzijde

Titelpagina van Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman
Afbeelding van Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormmanToon afbeelding van titelpagina van Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.58 MB)

Scans (26.24 MB)

ebook (3.33 MB)

XML (1.17 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman
verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman

(1969)–A.M. de Jong–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

XXX

Nee, die gevechtsoefeningen met losse patronen, die willen me maar niet aanstaan. Het is heel aardig, dat zal ik niet ontkennen. Het is een alleraardigst spelletje en ik voel me weer twaalf jaar, als ik er mee bezig ben, maar het is niet dát, zie je. Het is precies of je weer met je kameraadjes van vroeger ‘rovertje’ speelt in 't bos, het is te appreciëren als een buitengewoon gezonde en opwindende sport, maar er ontbreekt iets aan: je kunt nooit tot een goed resultaat komen. Dat is mijn grief. En daar zou best iets aan te doen zijn.

Vandaag bijvoorbeeld moesten de mannen van onze sektie een versterkt punt overrompelen, dat bewaakt werd door een zwakke wacht. Dat punt was moeilijk te vinden, verborgen als het lag tussen dichte bossen. We zouden er in drie afdelingen heen trekken en elk aan een kant om elf uur precies een aanval doen. Het zou zo snel gebeuren, dat de vijand zelfs geen tijd had

[pagina 387]
[p. 387]

om versterking te zenden. Maar natuurlijk liep dat al mis: de vijand had een uur voor de aanval al om versterking gestuurd en alzo werd onze middengroep onderweg verrast en gevangen genomen.

Wij overigen slopen van twee kanten op de wacht aan. Daar zagen we in eens naast de weg, op vijftig meter voor ons uit, een post zitten en de aanvoerder van de vijand, een luitenant, stond kalm met hem te praten. Drie van onze mannetjes namen de twee op de korrel en: pang! pang! pang!, daar knalden drie ‘losse flodders’ tegelijk los. Daarmee waren én post én luit' naar de weerga, zou je zo zeggen? Mis, poes! De post kroop in het hakhout en schoot terug, de luit' keerde zich om en wandelde kalm naar de wacht terug, stoorde zich er volstrekt niet aan, dat hij in de rug met kogels doorzeefd werd.

Toen trokken wij zachtjes aan vooruit. Een eind verder werd een dubbelpost overrompeld, wou zich niet overgeven en werd alzo neergeschoten. Maar de mannetjesputters kregen hevige ruzie, beweerden elk van hun kant, dat ze nog levend waren en het eerst geschoten hadden en - roef! daar smeerden de lijken 'em met buitengewone vaardigheid, terug naar de wacht.

En de wacht kwam in 't geweer. Wij stelden ons ‘in tirailleurlinie’ over de weg en vuurden op de vijand. Deze kreeg versterking en rukte al vurende voorwaarts. Maar wij zaten mooi verdekt opgesteld en hadden een prachtig gezicht op de naderende schutters, pikten ze een voor een weg. Waaraan ze zich echter niet stoorden. Zelfs beval hun kommandant: ‘Attakkeren!’ en daar stoof de bende op ons in, met gevelde bajonet!

De nood was op 't hoogst gestegen, maar nu was ook redding nabij! Onze derde groep was omgetrokken en kwam juist op tijd in aktie, onzichtbaar achter een bosrand. Daar begon plotseling een overweldigend snelvuur te kraken en een grote verlichting kwam over ons, die lelijk in de piepzak zaten.

Maar... de onversaagde vijand stoof met krankzinnige doodsverachting achter de schreeuwende luit' aan en liep onder daverende ‘hoera's’ dwars door z'n eigen (veronderstelde) prikkeldraadversperringen (die wij niet mochten passeren!) op ons af en - nam ons allemaal gevangen.

En toen verklaarde de luit' dat zijn afdeling het gewonnen had. En al ons gemopper hielp niks, want onze kommandant droeg enkel maar strepen. De luit' gaf daarop heel langdurig theorie over onze ‘taktische fouten’, maar hij heeft ons nochtans niet overtuigd.

Zie je, dat doet nou m'n soldatenhart zeer. Dat kan ik niet verkroppen. Dat is m'n eer te na. Wat bliksem, je loopt toch niet voor niks het vuur uit je sloffen! Je bent niet voor niks slim en krijgshaftig. Dit is flauwe kul! zo kun je het altijd winnen!

Ik weet het beter. Laat ze ons eens scherpe patronen in onze tassen geven en

[pagina 388]
[p. 388]

laat ze dan nog eens opkomen, de opscheppers, dan zullen we ze wel mores leren.

Dit, vreedzame lezer, is de algemene opvatting, van alle verliezende partijen bij gevechtsoefeningen met losse flodders.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken