Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman (1969)

Informatie terzijde

Titelpagina van Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman
Afbeelding van Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormmanToon afbeelding van titelpagina van Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.58 MB)

Scans (26.24 MB)

ebook (3.33 MB)

XML (1.17 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman
verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Frank van Wezels roemruchte jaren & Notities van een landstormman

(1969)–A.M. de Jong–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

LVI

Een luitenant van de week heeft, wat een wélopgevoed soldaat noemt: een rotbaan. Daar kan je zenuwziek van worden. Vooral als je nog al hanig en bazig bent aangelegd als je behoort tot het meerbesproken genus: officier... Je weet nog wel, lezer, hè?

Want dat baantje brengt mee, dat je bijvoorbeeld bij het eten verplicht bent, verplicht zeg ik, om klachten aan te horen van iedereen, die meent, dat hij overtuigd is, dat het eten beter kon zijn. En die klachten, van zo'n gewoon stuk gemeen soldaat nog wel, die moet je overbrengen. Naar iemand, die zegt: ‘dank je’ elke dag opnieuw, en er zich gewoonlijk verder niks van aantrekt. Tenminste naar de resultaten te oordelen.

Maar daar zijn ook kamers, waar niks dan onderofficieren liggen. Die worden dan over een poosje vaandrig en dan luitenant. Mensen met een schitterende toekomst dus. En die kennen dan het klappen van de militaire zweep al zo'n beetje en zijn wel es erg brutaal tegen zo'n arm luitenantje van de week. En dat luitenantje voelt de spot al rijzen, als-ie de kamer opkomt en zoekt naar redenen om z'n zenuwachtigheid meester te worden. En gelukkig konstateert ie een staatsgevaarlijke misdaad: daar liggen een paar jassen op de kribben! Ahaaa! Ditmaal zal hij de klagers vóór zijn!

‘Ik... eh... ik duld niet, dat er hier onder het eten jassen over de bedden slingeren, verstaan jullie dat, ik duld dat eenvoudig niet, dat is ongehoord, zag!’ De landstormende sergeanten kauwen onverstoorbaar verder en het blijft

[pagina 421]
[p. 421]

onheilspellend stil. De luit' begint een beetje te blozen, herhaalt nog eens: ‘Dat duld ik niet.’

Dan komt in eens een stem: ‘Luitenant, de bonen zijn niet gaar.’

Het noodlot! Toch een klacht!

‘Wie zegt dat daar? Wat is dat voor een manier!’

Een sergeant staat op: ‘Ik lui'nt. 'k Dacht, dat u klachten over het eten kwam innemen.’

‘Jij moest zo beleefd zijn, zag, eerst je mond leeg te eten, eer je tegen me praat. M'n mond is leeg, lui'nt.’

‘Dat is niet waar, je kauwt nóg!’

Een stem van een onbekende: ‘Hij pruimt, lui'nt!’

Lui'nt bloost dieper, reageert voorzichtiglijk niet. De man antwoordt: ‘Toch is m'n mond leeg, lui'nt.’

‘Zwijg, als ik tegen je spreek!’

‘Ik dacht, dat u uitgesproken was, lui'nt.’

‘Hoe heet je?’ Deze politie-achtige vraag is altijd de voorbode van grote dingen. De naam wordt genoemd: Pieterse.

‘Je zult van me horen!’ En sabelkletterend schrijdt de verbolgen hoogheid heen. De half rauwe bonen komen niet meer ter sprake. Even later het hoofd van de lui'nt om de hoek: ‘Hoe heet je ook weer?’

En het koor valt in, op alle toonaarden: ‘Pieterse, lui'nt!’

Dan verdwijnt het rode hoofd voor goed en een stuipachtig lachsalvo barst los.

Daar was een hele opera in elkaar gezet voor de volgende middag. Maar toen, met strategische takt, kwam de luit' niet. Het is een zware baan en de boosaardige sergeants zullen later als ze zelf hoog zijn, de wrange vruchten plukken.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken