Het bijenboek. Practisch handboek der bijenteelt

(1941)–Joh. A. Joustra– rechtenstatus

Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

bron

Joh. A. Joustra, Het bijenboek. Practisch handboek der bijenteelt. F.J.S. van der Peijl, Goes 1941 (derde druk)

codering

DBNL-TEI 1

Wijze van coderen: standaard

dbnl-nr jous005bije02_01

logboek

- 2015-05-28 RK colofon toegevoegd

verantwoording

gebruikt exemplaar

exemplaar uit particuliere collectie

algemene opmerkingen

Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van de derde druk van Het bijenboek. Practisch handboek der bijenteelt van Joh. A. Joustra uit 1941. De eerste druk dateert uit 1928.

redactionele ingrepen

p. 45, 439: in het origineel staan op deze pagina's accolades over meerdere regels verspreid. Dat kan in deze digitale editie niet weergegeven worden. In plaats daarvan wordt de accolade op elke regel herhaald.

Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de pagina's met advertenties (537, 538, 539, 540, 541, 542) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.

[pagina 1]

Het Bijenboek

[pagina 2]

[pagina 3]

HET BIJENBOEK

PRACTISCH HANDBOEK DER BIJENTEELT

DOOR

JOH. A. JOUSTRA

REDACTEUR VAN HET MAANDSCHRIFT VOOR BIJENTEELT EN OUD-REDACTEUR VAN ‘DE PRACTISCHE IMKER’.

Met vele afbeeldingen en een aanhangsel.

DERDE DRUK

UITGAVE: F.J.S. VAN DER PEIJL - GOES

1941

[pagina 530]

INHOUD

		Bladz.
INLEIDEND WOORD BIJ DE DERDE DRUK		5
BIJ DE EERSTE DRUK		8
BIJ DE TWEEDE DRUK		9
BIJ DE DERDE DRUK		10
INLEIDING		13

	hoofdstuk i
DE GESCHIEDENIS DER BIJENTEELT		18

	hoofdstuk ii
HET NUT VAN HET BIJENHOUDEN		39
	Bestuivingsproeven	46
	Bloeitijden gedurende enige jaren	48
	Bestuivingsproeven Pomologische tuin	49

	hoofdstuk iii
ANATOMIE		54
	De kop	54
	De ogen	55
	De monddelen	57
	Het borststuk, de poten en de vleugels	60
	Het achterlijf	63
	De inwendige organen	64
	Het hart en de bloedsomloop	64
	De ademhalingsorganen	65
	Het zenuwstelsel	66
	De spijsverteringsorganen en de honingmaag	66

[pagina 531]

		Bladz.
	De klieren	68
	De wasklieren en het waszweten	68
	De geslachtsorganen	69
a De koningin		69
b De dar		70
	De angel	70
	De Nassanoffse klieren	71

	hoofdstuk iv
HET LEVEN DER BIJEN		72
	Ontwikkelingstabel	98
	Stamboom	111

	hoofdstuk v
HET OMGAAN MET BIJEN		116

	hoofdstuk vi
DE ONTWIKKELING EN BEHANDELING DER BIJEN IN DE LOOP VAN HET JAAR		128
a De generale reinigingsvlucht		128
	Verkeerde toestanden	136
	Dode of schijndode volken	136
	Voedselgebrek	137
	Dorstnood, luchtnood en moerloosheid	140
b De grote voorjaars-inspectie		141
	Verkeerde toestanden	146
	Moerloosheid en ondeugdelijke moer	146
	Voedselgebrek	149
	Slechte ratenbouw; beschimmelde raten	151
c Het door de Lente brengen der volken		153
d De vergroting van het broednest (korfteelt)		155
e Vergroting van het broednest bij kasten en boogkorven		162
HET ZWERMEN EN DE ZWERMBEHANDELING		167
a Zwermscheppen		167

[pagina 532]

		Bladz.
b Scheiden van op elkaar gevlogen zwermen		175
c Samenvoegen en teruggeven van zwermen		177
d Zwermen opzetten		179
e Zwermverzorging		185
f Behandeling van de afgezwermde stok		187
	Zwermverhindering	191
	In Simplex- of soortgelijke woningen	193
g Het maken en de aanwending van kunstzwermen		206
	De jager	206
	De vlieger	210
	De veger	212
	Afleggers	214
	De waarde van kunstzwermen	215
h De zomerbehandeling der bijenvolken en het oogsten		216
i Najaars-inspectie en inwintering		237
	De inspectie	237
	Het verenigen van wintervolken	239
	Het opvoederen	242
	Verdere winterverzorging	247

	hoofdstuk vii
RASVERBETERING		251

	hoofdstuk viii
DARRENTEELT		259

	hoofdstuk ix
KONINGINNETEELT		263
a Verschillende moercellen		264
b Koninginnen uit zwermcellen		266
c Kunstmatige Koninginneteelt		270
	Het pleegvolk	270
d Het maken van kunstmatige cellen		274
e Aanwending van rijpe moercellen en jonge koninginnen		278
f Het verzenden van moeren		288

[pagina 533]

		Bladz.
	hoofdstuk x
DE VERSCHILLENDE BIJENRASSEN		291
	De Duitse bij	291
	De Italiaanse bij	292
	De Krainer bij	293
	De Cyperse bij	294
	De Egyptische bij	294
	De Cypro-Italiaanse bij	294
	De Nederlandse bij	295

	hoofdstuk xi
HET AANSCHAFFEN VAN BIJENVOLKEN EN HET OVERBRENGEN VAN KORFVOLKEN IN KASTEN		297

	hoofdstuk xii
HET REIZEN MET DE BIJEN		307

	hoofdstuk xiii
HET ROVEN DER BIJEN		317

	hoofdstuk xiv
DE VIJANDEN DER BIJEN		323
	De wasmot	323
	De bijenluis	324
	Spinnen	325
	Muizen	325
	Mezen	325
	Mussen en Zwaluwen	326
	De Specht	326
	Wespen	326
	Mieren	327
	De Doodshoofdvlinder	327
	Egels en Padden	327
	Katten	327
	De Bijenwolf (Philantus Triangulum)	328

[pagina 534]

		Bladz.
	hoofdstuk xv
BIJENZIEKTEN		330
	Kalkbroed	330
	Steenbroed	330
	Amerikaans vuilbroed	330
	Europees vuilbroed	331
	Noséma	332
	Meiziekte	333
	Schrompelvleugel	334
	De ‘Wightziekte’	334
	Roerziekte	337
	De Hoorntjesziekte	340

	hoofdstuk xvi
DE BIJENWONINGEN		341
	De ronde korf	341
	De meest vooraanstaande mobielwoningen	349
	De Gravenhorster boogkorf	349
	De kasten	350
	De W.B.C. kast	352
	De Simplex	354
	De Thüringer kast	357
	De Kuntzsch-zwilling	360
	Wolfenbüttler Kuntzsch-zwilling	364
	De Tweevolkskast	369

	hoofdstuk xvii
BIJENHOUDEN DOOR FRUITKWEKERS		372

	hoofdstuk xviii
DE BIJENSTAND		387

	hoofdstuk xix
BEHANDELING EN GEBRUIK VAN HONING EN ZIJN SAMENSTELLING		397
	Het zemen van honing	411

[pagina 535]

		Bladz.
	hoofdstuk xx
HET PERSEN VAN WAS		415

	hoofdstuk xxi
HET VERVAARDIGEN VAN KUNSTRATEN		426

	hoofdstuk xxii
HET BEVESTIGEN VAN KUNSTRATEN		434

	hoofdstuk xxiii
DE BOEKHOUDING VAN DEN IMKER		443

	hoofdstuk xxiv
DE BIJENWEIDE		451
	Bloeikalender	459

	hoofdstuk xxv
BIJENTEELTGEREEDSCHAPPEN		467
	Bijenkap en bijensluier	467
	Pijpen en berokers	468
	Korfmessen en reinigingshaken	469
	De bijenborstel	469
	Handschoenen	470
	Ontzegelmes en -vork	470
	Zwermspuit	470
	De schepkorf	470
	Amersfoorts marktkastje	471
	Het jaagvat	472
	Voedertoestellen	472
	De honingslinger	474
	Erica draadborstel	476
	Moerkooitjes	476

	hoofdstuk xxvi
HET CONTROLEREN DER BIJENVOLKEN OP HUN GEWICHT		478

[pagina 536]

		Bladz.
	hoofdstuk xxvii
MAANDELIJKSE AANWIJZINGEN		483
	Januari	483
	Februari	484
	Maart	485
	April	488
	Mei	489
	Juni	491
	Juli	492
	Augustus	494
	September	496
	October	497
	November	498
	December	499

VERKLARENDE WOORDENLIJST		500

TABELLARISCH OVERZICHT DER VOORNAAMSTE FEITEN UIT DE BIJENTEELT		504

VERKLARENDE WOORDENLIJST (Vervolg)		506

AANHANGSEL		512

ALPHABETISCH REGISTER		520

INHOUD		530

ADVERTENTIEN		537

Vorige Volgende