Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Kleine Olle en zijn ekster (1922)

Informatie terzijde

Titelpagina van Kleine Olle en zijn ekster
Afbeelding van Kleine Olle en zijn eksterToon afbeelding van titelpagina van Kleine Olle en zijn ekster

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.43 MB)

Scans (5.65 MB)

ebook (4.05 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Kleine Olle en zijn ekster

(1922)–C.J. Kieviet–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige
[pagina 47]
[p. 47]

[XVII]

So, kijk Adam eens!’ riep hij zijn Vader toe, zoodra hij binnengekomen was. ‘Hij zit vol met bloed en zijn pootje is gebroken.’

Toen begon Kleine Olle weer te schreien.

‘Nu zal hij nooit weer kunnen loopen, - nooit weer!’ snikte Kleine Olle.

‘Och, och, is het zoo erg?’ vroeg Groote Olle. ‘Laat mij eens kijken, lieve jongen. Misschien is het niet zoo erg, als je denkt.’

‘Ja, ja, 't is wèl erg!’ snikte Kleine Olle. ‘O, 't is zoo erg. Zeker heeft een kat hem te pakken gehad, en nu gaat hij dood....’

Dokter Olle nam den vogel voorzichtig van Kleine Olle over, en bekeek hem overal. Hij streek de veeren van elkander om te zien, of hij erg gewond was. En toen bekeek hij ook met groote aandacht het pootje van Adam.

Kleine Olle stond hem angstig aan te staren.

‘Moet hij doodgaan, Groote Olle?’ vroeg hij zacht.

‘Ik geloof, dat ik hem beter kan maken,’ zei Groote Olle.... ‘Maar alleen kan ik het niet doen. Iemand moet mij helpen.’

‘Kan ik U helpen, Groote Olle?’ vroeg het kind, dat een kleur kreeg van vreugde.

‘Ja, jij kan me helpen. Ga maar meê naar de apotheek.’

Wat was Kleine Olle blij. Hij vloog zijn vader al vooruit.

In de apotheek nam Groote Olle twee dunne, smalle plankjes en maakte hij een smal windsel.

‘Houd hem nu goed vast, Kleine Olle,’ zei hij. ‘Zoo! Het pootje trekken wij rechtuit. Dat doet hem pijn, zie je wel, maar 't moet toch gebeuren. Houd jij er nu dat plankje tegen. - Goed, ferm zoo. Nu leggen wij aan de andere zijde van het pootje ook een plankje. Houd ze goed vast, Kleine Olle, en je moet niet beven. Best zoo. Kijk, nu draaien wij dat windsel er flink stevig omheen, één-, twee-, drie-, vier-, vijf-, zesmaal. Zoo is het goed. Nu vastmaken. Best zoo, Kleine Olle. Over een weekje is zijn pootje weer zoo goed, als het ooit geweest is. Je hebt me goed geholpen, Kleine Olle. - Nu zullen wij hem frisch wasschen. Zoo, - kijk, al het bloed gaat van de veertjes af. En nu smeren wij nog zalf op de wonden, die de kat gemaakt heeft. En dan is alles klaar. Hebben we dat nu niet eens flink gedaan, Kleine Olle?’

[pagina 48]
[p. 48]

De oogen van Kleine Olle schitterden van vreugde. Hij vloog Groote Olle om den hals en kuste hem vurig op allebei zijne wangen. En toen kuste hij ook nog heel zacht op Adam's kopje.

Hij legde Adam in de kist en zette hem in het zonnetje. Driemaal op een dag bracht hij hem lekker voer, en ook zocht hij worpjes voor hem.

Na een weekje was Adam geheel beter. Het pootje was weer recht gegroeid en de wonden waren genezen. En nog een paar weken later waren de veêren van zijn vleugel weer groot genoeg geworden en kon Adam weer in de toppen van de hoogste boomen vliegen. Adam heeft nog vele jaren geleefd, tot groote vreugde van Kleine Olle.

‘Als ik groot ben, Groote Olle, weet u, wat ik dan worden wil?’ vroeg Kleine Olle.

‘Nu, wat dan?’ vroeg Groote Olle. ‘Wat wil jij dan worden?’

‘Dan word ik net zoo'n knappe dokter, als Groote Olle is,’ zei hij, terwijl hij zijn vader in de armen vloog.

[pagina 49]
[p. 49]


illustratie


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken