Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Brieven van Sophië aan mr. R. Feith (1807)

Informatie terzijde

Titelpagina van Brieven van Sophië aan mr. R. Feith
Afbeelding van Brieven van Sophië aan mr. R. FeithToon afbeelding van titelpagina van Brieven van Sophië aan mr. R. Feith

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.45 MB)

ebook (2.89 MB)

XML (0.17 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Brieven van Sophië aan mr. R. Feith

(1807)–Johannes Kinker–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Brief van Sophia aan Mr. J. Kinker]

[pagina II]
[p. II]
Wenn' die Leute nicht zurückhalten und schweigen, die geoffenbarte Religion nichts achten, warum sollten die schweigen, die Sie von ganzem Herzen ehren, und darin ihr Glück suchen?
Asmus.
[pagina III]
[p. III]

Voorberigt van den uitgever.

Mijne Zuster Sophia is eene Vrouw van den ouden stempel. Zij heeft weinig met uitwendig versiersel op, dat in het vlechten des hairs, omhangen van goud en aantrekken van kleederen, bestaat; en is, integendeel, zeer gezet op de inwendige schoonheid des harte en het onverderfelijk sieraad van eenen stillen en zachtmoedigen Geest, die kostelijk is voor God. En gelijk zij dus geene slavin der Mode is; maar het onverschillig aanziet, of men den hoed op zijn Kants, of hoe ook, optoome, zoo laat zij zich ook door allerleijen wind van leering niet slingeren; maar, alles beproevende en het goede zoekende te behouden, blijft zij bij haar oud gevoelen, dat de vreeze des Heeren het beginzel der wijsheid is.

 

Wordt zij hierom wel eens, als eene onnoozele ziel, te zwak van begrip en te bevooroordeeld, om tot de hooge verlichting van onzen tijd te geraken, bespot; dit rekent zij zich eene eer en zij zegt, met wijlen haren Vriend Gellert: ‘wie niet groot genoeg is, om

[pagina IV]
[p. IV]

zich boven deze valsche schande te verheffen, die is het geluk waardig, om slechts den bijval van dwazen en ligtzinnigen te hebben.’

 

Men denke echter niet, dat zij onverschillig is omtrend haren goeden naam. Uit haren brief aan den Heer Kinker zal den geëerden Lezer blijken; dat zij het niet dulden kan, wanneer men (gelijk meermalen geschiedt) iets, op haren naam, doet, dat zij zich schamen zoude.

 

Dit weinige oordeelde ik van mijne Sophia vooraf te moeten zeggen. Voor het overige oordeele ieder uit het geen zij zelve schrijft.

 

Christianus.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken