Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (1819-1821)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten
Afbeelding van GedichtenToon afbeelding van titelpagina van Gedichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.09 MB)

XML (0.87 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten

(1819-1821)–Johannes Kinker–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 159]
[p. 159]

De gestafte nieuwsgierigheid.

 
Laat de Wijsgeer ons verachten,
 
Daar hij schimpend op ons ziet;
 
En zich boven ons verheffen!
 
Kloë! och, ontrust u niet.
 
 
 
Zaagt gij wel, toen we uit dat boschje
 
Gistren kwamen - hoe hij mij
 
Met een nijdig oog begluurde?....
 
Maar ik liep hem trotsch voorbij.
 
'k Geef hem vrijheid om te gissen,
 
Wat hij wil, uit ons gelaat;
 
'k Wed, dat hij uit twintig keeren
 
Nog niet eens de waarheid raadt.
[pagina 160]
[p. 160]
 
Ja - onze oogen stonden kwijnend;
 
't Haar hing achtloos golvend neêr;
 
Uw gelaat - was als de rozen
 
In het zoele zomerweêr.
 
'k Hield mijn arm om u geslagen;
 
En als 'k u een lonkje gaf -
 
Wendde gij somtijds uwe oogen
 
Met een lachje van mij af. -
 
Ja - dit zag hij. Maar verbeeldt ge u
 
Dat hij alles weet? - ô Neen!
 
Uit uwe oogen iets te lezen....
 
Dat geheim weet ik alleen.
 
Hij benijdt mij een genoegen
 
Dat hij nooit beseffen kan.
 
Hoe toch zou hij het dan gissen?
 
Lieve kloë, troost u dan! -
 
ô Die toestand, als de liefde
 
Zelfs voor ons een raadsel wordt,
 
Als ze ons uit haar hevigste onrust
 
In den schoot der kalmte stort -
 
Als in vlugtige oogenblikken
 
Zich het hoogst gevoel verliest
[pagina 161]
[p. 161]
 
In die onbeschrijfbre stemming
 
Die ons beider hart verkiest
 
Boven 't bruisen van de driften....
 
Kloë.... denkt gij dat die staat
 
Een verbeelding treft, die ophoudt
 
Als 't verstand niet verder gaat? -
 
 
 
Kon hij ons alleen verachten,
 
In zijn' hoogren kring verblijd! -
 
Maar wij zien het, hoe hij, schimpend,
 
Tandenknarzend, ons benijdt.
 
 
 
Waarom kwam hij zich ontrusten
 
En - zich tergend - ons bespiên?
 
ô Hoe wreed waar' niet zijn lijden,
 
Zoo hij alles had gezien!....
 
 
 
Kloë, laat hij ons verachten,
 
Daar hij schimpend op ons ziet!
 
Zich verr' boven ons verheffen!
 
Waarlijk.... ik benij' hem niet.

1786.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken