Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De heilige historie (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van De heilige historie
Afbeelding van De heilige historieToon afbeelding van titelpagina van De heilige historie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.81 MB)

Scans (8.71 MB)

XML (0.59 MB)

tekstbestand






Illustrator

J.H. Isings jr.



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De heilige historie

(1921)–Jacobus Cornelis de Koning–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

65.
Gehoorzamen is beter dan offerande.

Een jaar later bevindt zich Israël in grooten nood. De Filistijnen hebben zich van het land meester gemaakt. En Saul heeft zulk een klein leger. En dat kleine leger zoo'n kleinen moed. Want de koning èn zijn volk hebben zoo weinig geloof.

Jonathan, Sauls oudste zoon, valt een Filistijnschen post aan en slaat dien. Nu komen de Filistijnen met een geducht, welgewapend leger. Honderden strijdwagens, zesduizend ruiters, en voetvolk... als het zand aan den zeeoever. En daartegenover Sauls leger: klein, moedeloos, zonder goede wapenen! Saul ziet zijn schare àldoor slinken: slechts 600 man houdt hij over. En die 600 komen bevend achter hem aan!

Hij moet wachten op Samuels komst. Maar hij wordt ongeduldig. Hij

[pagina 117]
[p. 117]

kàn het niet langer uithouden. Zal Samuel offeren voor het volk; de kleine schaar heiligen voor den strijd en hun Gods bevel doen hooren? Neen, het wordt te laat! Al meerderen deserteeren! Dan zal Saul zèlf offeren. Anders is àlles verloren. Dàn is geen verlossing meer mogelijk! Zijn dan niet àlle dingen mogelijk, dengene, die gelooft? Zeker, maar ... juist dat geloof ontbreekt Saul. En daardoor wordt hij ongehoorzaam.

Zie, nauwelijks is het offer aangestoken, of Samuel verschijnt. Hij ziet wat er is gebeurd. En er is droefheid in zijn stem, als hij Saul in den Naam des Heeren aanzegt: ‘Gij hebt Gods gebod niet gehouden, uw rijk zal niet bestaan. Een ander zal de Heere Zich verkiezen, om dit volk te regeeren!’

Maar ... Gods barmhartigheid redt nochtans Israël van den vijand. Jonathan, de dappere, de geloovige, slaat met zijn wapendrager, een voorpost der Filistijnen. Zij met hun beiden dooden twintig man. Dat is het begin der verlossing. Een beving Gods vaart door het leger der Filistijnen. Door angst aangegrepen, slaan ze op de vlucht. Nu worden allen, die eerst zich in holen, kloven en putten zich verborgen hadden, helden! De Filistijnen worden verslagen. En de Filistijnen niet alleen. Moabieten, Ammonieten, Edommieten, allen proeven de scherpte van Sauls zwaard!

Een nieuwen veldtocht moet Saul ondernemen. Thans zal het de Amalekieten gelden. Had God niet reeds in de woestijn tot Mozes gezegd: De hand des Heeren zal zijn tegen Amalek? Dit goddelooze volk zal thans loon naar werken ontvangen. God gebiedt Saul door Samuel die Amalekieten uit te roeien. Vreeselijk zal Gods wraakgericht wezen: mensch noch dier mag blijven leven!

En Saul trekt uit. Hij slaat de Amalekieten, maar ... hij stoort zich niet aan Gods bevel. Agag, den gruwelijk goddeloozen en wreeden koning spaart hij het leven. En alleen het minderwaardig en gebrekkig vee wordt gedood, maar de beste schapen en runderen en lammeren voert hij als een schoonen buit met zich.....

Trots woont nu in zijn hart. Een gedenkteeken aan deze groote overwinning richt hij op: niet tot eer van God, maar tot zijn eigen eer! Hoe is Saul veranderd. Hij heeft God verworpen!

Met vlammenden toorn in het oog treedt Samuel op hem toe. ‘Wat hebt gij gedaan?’ Ach, liegen baat hier niet. Hoort Samuels oor niet het geblaat der geroofde kudden? ‘Die kudden zijn een offer aan den Heere, uw God!’ zegt Saul, nu hij niet langer kan ontkennen, dat hij Gods gebod veracht heeft. Dàn zal het toch wel goed zijn. Zùlk een offer!

Neen, het is niet goed. Hoor, hoe Samuel hem in Gods Naam toespreekt: ‘Zou de Heere daaraan lust hebben? Gehoorzamen is beter dan slachtoffer!

[pagina 118]
[p. 118]

Omdat gij des Heeren woord verworpen hebt, zoo heeft Hij u verworpen, dat gij geen koning zult zijn!’

In heiligen ijver voor den Heere, laat Samuel Agag voor zich brengen, en doodt hem.

Een verworpen koning is Saul. Nog wel niet voor de oogen des volks. Maar toch in de oogen des Heeren. En dat wèèt en gevoelt hij. Dat maakt hem wrevelig en norsch. Geen berouw over zijn zonde leeft in zijn hart. Maar spijt en nijd. Hij ... verworpen! En straks een ander in zijn plaats koning!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken