Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Avonturen met Anansie de spin (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van Avonturen met Anansie de spin
Afbeelding van Avonturen met Anansie de spinToon afbeelding van titelpagina van Avonturen met Anansie de spin

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.19 MB)

Scans (44.70 MB)

ebook (7.78 MB)

XML (0.05 MB)

tekstbestand






Illustrator

Rumy Luider-Jeleva



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

sprookje(s)
verhalen
dierenverhaal/-epos


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Avonturen met Anansie de spin

(1982)–J. Koopman–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 8]
[p. 8]

Waarom de zon en de maan aan de hemel staan

Oma en opa lagen in bed. Het was nacht. In huis was het erg donker. Opa kon niet slapen. Hij lag maar te woelen en te woelen. Eindelijk dacht opa: als ik toch niet kan slapen, kan ik beter opstaan. Laat ik maar een wandeling gaan maken. Opa nam zijn kleren en sloop heel voorzichtig de kamer uit. Hij wou oma niet wakker maken. In de gang deed opa zijn kleren aan. Buiten trok hij zijn grote tuinlaarzen aan. Daar kan je goed mee lopen in het bos. De maan stond aan de hemel en daarom was het niet zo donker. Het was erg stil. Alle dieren sliepen. Alle dieren? Nee, een vogeltje dat naar gedroomd had begon even te piepen. Opa moest er om lachen.

Opa wandelde door het bos. Daar lag een omgewaaide boom. Daar kon je lekker op zitten. Opeens hoorde hij een stemmetje dat zong:

 
Ik vang de vliegen en de muggen,
 
de langzame en de vlugge,
 
de dikke en de dunne,
 
de ouwe die niet meer lopen kunnen.
 
Al zijn ze beleefd, al zijn ze brutaal,
 
Ik vang ze allemaal.
 
ha, ha, ha, ik vang ze allemaal.

Toen opa dat liedje hoorde zei hij: ‘Ben jij dat, Anansie?’ ‘Natuurlijk ben ik het’, zei Anansie.

Opeens zag opa hem zitten. ‘moet je weer op reis?’ vroeg hij. ‘Straks’, zei Anansie, ‘als het licht wordt’.

‘Wil je me nu een verhaal vertellen voor de kinderen’, vroeg opa.

‘Ja’, zei Anansie, ‘maar eerst wil ik je een raadsel opgeven’. ‘Weet jij waarom de zon en de maan aan de hemel staan?’

[pagina 9]
[p. 9]

‘Dat is gemakkelijk, zei opa, de zon en de maan staan aan de hemel om licht te geven’.

‘Mis’, zei Anansie.

‘Waarom dan?’, vroeg opa.

‘Dat is het verhaal, luister maar’.

Heel lang geleden woonden de zon en de maan in een huisje. Ze waren samen getrouwd. De zon was de vader en de maan was de moeder. Naast hen woonde het water. Ze waren buren. Soms gingen de zon en de maan bij het water op bezoek. Om een kopje thee te drinken en een beetje te kletsen. Dat doen buren wel eens. Maar het water kwam nooit op bezoek bij de zon en de maan. Op een dag zei de zon tegen het water: ‘Je moet ook eens bij ons op bezoek komen’.

‘Dat is moeilijk’, zei het water, ‘want mijn familie is erg groot, die kunnen niet allemaal in jouw huisje’.

Toen zei de zon: ‘Dan maak ik mijn huisje wat groter’.

Een volgende keer, toen de zon en de maan weer op bezoek waren bij het water, zei de zon:

‘Nu is ons huisje groter, nu moet je bij ons op bezoek komen’.



illustratie

[pagina 10]
[p. 10]

Het water zei nog: ‘Maar mijn familie is erg groot hoor’. ‘Dat geeft niet’, zei de zon, ‘jullie moeten allemaal komen’. Op een dag kwam het water op bezoek. Er was zo veel water dat de zon en de maan op de stoelen moesten gaan staan.

‘Zie je wel’, zei het water, ‘ze zijn er nog niet eens allemaal en nu moeten jullie al op de stoelen staan’.

‘Geeft niet’, zei de domme zon, ‘laat ze allemaal maar binnen komen’.

En toen er nog meer water kwam, moesten de zon en de maan op de tafel klimmen. En daarna op de kast. ‘Ze zijn nog niet eens allemaal binnen’, zei het water.

De domme zon zei: ‘ze moeten allemaal komen’.

Toen kwam er nog meer water in het huisje en de zon en de maan moesten op het dak klimmen. En er kwam nog steeds meer water. Toen moesten de zon en de maan naar de hemel klimmen. En daar zijn ze nu nog.

‘Begrijp je nu waarom de zon en de maan aan de hemel staan?’, vroeg Anansie.

‘Ja, zei opa, ik weet niet of het echt zo gegaan is. Maar het is wel een mooi verhaal’.

Het was nog nacht, maar het begon al een klein beetje licht te worden.

‘Ik geloof dat ik weg moet’, zei Anansie. En hij riep:

 
Maan, kunnen we gaan?

En de maan zei:

 
Kom maar, alles is klaar.

‘Dag opa’, zei Anansie, Opa voelde even een gekriebel aan zijn oor en weg was Anansie. Opa riep nog: ‘dag Anansie’, maar hij hoorde niets meer.

Het begon licht te worden. Het was ochtend en de nacht was om.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken