Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Avonturen met Anansie de spin (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van Avonturen met Anansie de spin
Afbeelding van Avonturen met Anansie de spinToon afbeelding van titelpagina van Avonturen met Anansie de spin

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.19 MB)

Scans (44.70 MB)

ebook (7.78 MB)

XML (0.05 MB)

tekstbestand






Illustrator

Rumy Luider-Jeleva



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

sprookje(s)
verhalen
dierenverhaal/-epos


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Avonturen met Anansie de spin

(1982)–J. Koopman–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 19]
[p. 19]

Hoe het verstand verdeeld werd

Het was midden in de nacht. Oma en opa lagen te slapen. Opa droomde dat een vlieg op zijn neus zat. Hij probeerde hem weg te jagen, maar dat lukte niet. Eindelijk werd hij helemaal wakker van dat gekriebel en een stemmetje zei: ‘Ik dacht dat je nooit wakker zou worden’.

‘Ben jij dat, Anansie?’, vroeg opa.

‘Wat ben jij een slaapkop’, zei Anansie.

‘We hebben een tocht gemaakt’, vertelde opa, ‘en daardoor was ik zo moe’.

‘Ik kom een verhaal vertellen’, zei Anansie, ‘ga je mee naar de tuin?’

Toen ze samen in de tuin zaten was het zo donker dat opa Anansie niet kon zien, maar hij kon hem wel goed verstaan: Heel lang geleden woonde er in Afrika een oude man en een oude vrouw. Ze woonden in een hut en hun kinderen woonden daar heel dichtbij. Allemaal in mooie ronde hutten. Hun kinderen hadden zelf ook al kinderen. In die ronde hutten, is het overdag lekker koel. De warmte van de zon kan er niet gemakkelijk in omdat de hutten rond zijn. De oude man was de verstandigste man van de hele wereld. Hij had al het verstand. Daarom was hij bang dat iemand het zou willen stelen. Op een dag zei hij tegen zijn vrouw: ‘Je moet een grote pot voor me maken waarin ik mijn verstand kan bewaren. Dan ga ik de pot verstoppen waar niemand hem kan vinden’.

De oude vrouw zei: ‘dan moet ik een pot maken met een hele dunne hals, zodat het verstand er niet uit kan lopen’.

Dat vond de oude man erg goed en dus ging zijn vrouw naar de rivier waar ze goede klei kon vinden. Van die klei maakte ze een prachtige pot met een dunne hals. Ze maakte ook een stop

[pagina 20]
[p. 20]

om de hals af te sluiten. Toen ze klaar was zette ze de pot in de hete zon om te drogen. Na een paar dagen was de pot lekker stevig gebakken door de zon. De oude vrouw bekeek de pot van alle kanten. Toen ze zag dat de pot helemaal goed was bracht ze hem naar de oude man. Hij bekeek de pot heel aandachtig en zei: ‘Dat is een hele mooie pot, precies wat ik nodig heb. Die heb je mooi gemaakt en goed gebakken’. ‘Nee’, zei de oude vrouw, ‘ik heb de pot wel gemaakt, maar de zon heeft hem gebakken’. Toen begonnen ze allebei te lachen.

De oude man nam de pot mee naar een veldje achter het huis. Hij keek goed rond of er niemand in de buurt was.



illustratie

Hij keek met goed, wat hij zag niet dat een klein meisje - het dochtertje van een van zijn kinderen - achter een boom stond

[pagina 21]
[p. 21]

te kijken. Het kleine meisje dacht: wat doet mijn opa toch vreemd. Waarom dat hij zo geheimzinnig en waarom heeft hij zo een grote pot bij zich? Ze hield zich doodstil. Opa nam zijn verstand en deed het allemaal in de pot. Toen deed hij de stop op de hals zodat het verstand er niet uit kon lopen en deed een touw aan de oren van de pot. Toen hij klaar was keek hij nog eens goed rond, maar hij zag niemand. Hij deed het touw om zijn hals en nu hing de pot op zijn buik. Met de pot voor zijn buik begon hij te wandelen. Dat was niet zo gemakkelijk, want de pot was erg zwaar. Hij schoot maar langzaam op, het kleine meisje liep voorzichtig achter hem aan. Hij was zo in gedachten verdiept dat hij niets hoorde. Waar zou hij toch heen gaan? dacht het kleine meisje. Eindelijk stond hij stil bij een grote baobab boom.



illustratie

Toen zei de oude man in zich zelf: als ik

[pagina 22]
[p. 22]

die pot nou boven in de boom stop, kan niemand hem vinden. Het kleine meisje kon dat natuurlijk niet horen, maar ze zag dat haar opa probeerde in de boom te klimmen. Dat was een gek gezicht, want de grote pot hing op zijn buik en daardoor kon hij niet erg goed klimmen. Steeds klom hij een klein eindje omhoog, maar dan gleed hij weer naar beneden. Hij kreeg het er warm van. Hij probeerde het nog eens en nog eens, maar hij schoot niet op. Maar hij wilde het niet opgeven en probeerde het steeds opnieuw. Hij klom zo onhandig een stukje omhoog dat het kleine meisje het niet langer kon uithouden. Ze moest er zo om lachen en riep: ‘domme opa, je moet de pot op je rug hangen, dan kan je veel beter in de boom klimmen’.

Daar schrok de oude man heel erg van. Hij had helemaal niet gedacht dat iemand naar hem stond te kijken. Hij schrok zo erg dat de pot met een klap tegen de boom kwam. Toen viel al het verstand er natuurlijk uit. De oude man stond er heel verdrietig naar te kijken. Het meisje had haar opa nog nooit zo verdrietig gezien. Ze werd er bang van en holde vlug naar huis. Eerst probeerde hij al zijn verstand weer bij elkaar te zoeken, maar dat was erg moeilijk. Toen begon het te waaien en de wind nam een heleboel van het verstand mee. Toen begon het ook nog te regenen en de regen nam ook een heleboel van het verstand mee. De regen bracht het naar de rivier en de rivier bracht het naar de zee. En daardoor zit het verstand niet meer in een pot en kan iedereen een beetje verstand krijgen. En zo is het ook veel beter, zei Anansie.

‘Waarom ben je zo stil?’, vroeg Anansie, vind je het niet een mooi verhaal?

‘Het is misschien wel een mooi verhaal’, zei opa, ‘maar ik ben toch maar blij dat ik niet zo dom ben als die opa uit het verhaal’.

[pagina 23]
[p. 23]


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken