Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Mijn leven (1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van Mijn leven
Afbeelding van Mijn levenToon afbeelding van titelpagina van Mijn leven

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.91 MB)

ebook (4.25 MB)

XML (2.48 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/autobiografie-memoires
non-fictie/muziek-ballet-toneel-film-tv


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Mijn leven

(1877)–Mina Kruseman–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 189]
[p. 189]

Den Generaal Majoor Krüseman.
New-York, 15 September.

Beste Papa!

Zoo even heb ik uwen brief ontvangen met het slechte berigt dat gij aan het sukkelen waart. Het verwondert mij niet dat gij bij *** ziek geworden zijt. Ik heb altijd tegen dat eeuwige tochtsysteem geworsteld en mij menigmaal over de taaiheid van *** verwonderd, die in zoo'n variable atmospheer van hitte, vocht en tocht kon leven. Ook te huis was mijn onophoudelijk kampen tegen tocht en avondlucht. Wees toch in 's hemelsnaam voorzichtig in dat misérable Europa, met al wat de menschen koel, of frisch, of luchtig noemen. Wij deugen niet voor al die kunstverkoelingen, daar zijn wij te lang voor in Indië geweest.

.........................

Alle dingen zijn mogelijk, maar ik geloof aan uwe hartkwaal niet. Ten eerste geloof ik niet dat men op uwen leeftijd zóó vatbaar voor die soort van ziekten is als jonge menschen en kinderen, die er zelfs meestal mee geboren worden, en ten tweede, wat heeft het hart met tocht of koude te maken. Ik geloof dat Jenny gelijk heeft en dat gij nooit beter zoudt kunnen doen dan naar Indië terug te keeren, is het niet om te blijven, dan ten minste voor de wintermaanden, om de kou te ontloopen. Gij kunt het huis immers sluiten en, als het u op Java niet bevalt weer terugkomen. Er is niets over stuur met een landmailreis, die intéressant en prettig is voor menschen die niet zeeziek zijn. Over mij behoeft gij u niet te bekommerenGa naar voetnoot1, ik zal mijn weg

[pagina 190]
[p. 190]

wel vinden, en mogt dit ook niet dadelijk vlotten, later zal het toch zeker gaan. Nergens in Amerika is een fransche opera dan in New-Orléans en die troupe is, au complet, uit Europa gearriveerd, zoodat ik van den winter met concerten voort moet zien te komen. Dit nu zal niet moeijelijk zijn, daar er avond aan avond concerten gegeven worden, waarop men altijd chanteuses noodig heeft, en alle concerten zóó druk bezocht worden, dat men dagen vooruit aan het bureau moet wezen om een kaartje te kunnen krijgen. Gij ziet dus dat gij u over mij niet ongerust behoeft te maken.

.........................

Gij ziet hieruit dat ik van het medegenomen geld, ook zonder iets te verdienen, nog geruimen tijd kan leven, en dat gij u, ook wanneer het mij hier tegen mogt loopen, nog niet erg ongerust behoeft te maken. Ik wenschte wel even gerust omtrent u te wezen als gij omtrent mij kunt zijn. Als gij ernstig ziek mogt worden, wil ik het weten, dan kom ik t'huis. De reis is niets en mijne bagage is ook geen obstacle, die kan ik achter laten, en er later over beschikken naar goedvinden; en geld is provisioneel ook niets. Ik ben intusschen blijde dat gij weer te huis zijt, daar ik oneindig meer vertrouwen stel in de eenvoudige kunde van G. dan in al de opgesmukte phrases der Nederlandsche geleerden.

Van Jenny's uitrekening begrijp ik niets. Zij vindt New-York te ver van Brussel en zij wilde mij te Soerabaya hebben! Als het maar niet om te zingen was, dáár zit hem eigenlijk de grootste afstand in! Wat vooroordeel al niet doet!

.........................

Inquiéteer u nu niet meer over mij, en denk eens ernstig over Indië. Spreek er ook eens met G. over. Ik kan immers, als ik hier boven alle verwachting ongelukkig mogt wezen, even goed naar Java als naar Europa gaan, en dáár met muziek later verder komen.

Ontvang enz. enz.

 

Mina.

voetnoot1
Ik heb in Amerika met recht mijn weg op allerhande manieren kunnen vinden! Eens ging ik gekleed naar een concert, ik zat in het rijtuig en was reeds een goed eind van huis, toen ik bemerkte dat ik vergeten had een kraagje om te doen. Ik schelde den koetsier, liet het rijtuig stilhouden voor een modewinkel, kocht een kraagje en deed het om. De dame van den winkel hielp mij, en examineerde mijn toilet, alsof zij iemand een nieuw kleed aan zag hebben dat zij zelve gemaakt had.
Ik lachte om haar kijken, en vroeg haar wat zij aan mij zag.
‘Dit garneersel is zoo mooi en zoo vreemd’ antwoordde zij, steeds kijkende, ‘wie is uw naaister, als ik vragen mag?’
‘Mijn naaister? - Ik ben mijn eigen naaister! voor de garneersels ten minste!’
‘Wilt gij de mijne ook zijn?’ vroeg zij heel ernstig, en toen zij zag dat ik begon te lachen over haar voorstel, vervolgde zij: ‘Ik meen wat ik zeg, ik wil u gaarne dertig dollars in de week geven, als gij dagelijks drie uren hier komt, om de meisjes te zeggen hoe zij de kanten en de strikken moeten plaatsen op de gekleede toiletten.... Ik hoop niet dat ik u beleedigd heb’, ging zij voort, toen ik niet dadelijk antwoordde, ‘ik weet niet of gij rijk of arm zijt, maar gij zijt in Amerika, en het is hier nooit schande om te woekeren met de talenten die men heeft.’
‘Ik heb nu geen tijd, om uw gul aanbod aan te nemen, maar mocht ik later...’
‘Kom wanneer gij wilt, gij kunt bij mij altijd dertig dollars per week verdienen, zoo als ik u gezegd heb.’
Een andere keer had ik bij een photograaf geposeerd voor portretten, ik kreeg eenige dagen later de proeven thuis en vond ze allen goed op één na; die ééne was de mooiste als portret, maar veel te flauw als photographie, zoodat zij, hoewel bewonderd, toch met algemeene stemmen afgekeurd werd. ‘Hoe jammer!’ riep een van de heeren, ‘wist ik maar iemand die haar wat kon bijwerken en kleuren, dan stemde ik voor deze pothographie.’ - ‘Zoo'n beetje opkleuren dat kan ik wel, wil ik het eens beproeven?’ vroeg ik, als een grap, en toen ik 't portretje gekleurd had gaf ik het hem.
Eenige dagen later liet de photograaf mij vragen of ik op zijn atelier wilde komen werken en welke mijne voorwaarden waren. - De eigenaar van mijn portretje had het hem getoond en hem gezegd wie het gekleurd had.
Zóó heb ik gouvernante kunnen worden ook, en zendelinge, en schrijfster! Dat schrijfsterschap was het allergekst. Ik had een engelsch briefje moeten schrijven aan den redakteur van een tijdschrift. ‘Dat zijn menschengedachten in een kindertaal!’ riep de man, toen hij mijn briefje ontcijferd had’, vraag haar of zij voor mijn blad wil schrijven, tien dollars het vel, ik zal voor de correcties zorgen!’ - Och, Amerika is zoo'n aardig land! het spijt mij nog dat ik al die baantjes afgeslagen heb.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • over Multatuli

  • over Mimi Douwes Dekker

  • over Betsy Perk

  • over Lucie Baart

  • over Elize Baart

  • over Antoine le Gras

  • over J. P. Revers

  • over Martinus Nijhoff

  • over Carel Vosmaer

  • over W.I.C. Rammelman Elsevier, jonkheer

  • over Catharine F. van Rees

  • over Julius Vuylsteke

  • over J.M.E. Dercksen

  • over Willem Doorenbos

  • over Gualtherus Kolff

  • over Jérome Alexandre Sillem

  • over Jan Versluys

  • over Jan ten Brink

  • over W.J.A. de Witt Huberts

  • over J.N. van Hall

  • over Jacob Haspels

  • over P. Haverkorn van Rijsewijk

  • over August Josef Cosijn

  • over B.P. Korteweg

  • over D.A. Thieme


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 15 september 1871